• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

We kunnen niet zonder taal

16 september 2018 door Lucas Seuren 9 Reacties

Door Lucas Seuren

Het was deze week weer zo ver: een zelfbenoemd expert legde aan mij en iedereen wie het wilde horen uit dat communicatie zo bijzonder is, omdat het voor 65% non-verbaal is. Eens in de zoveel tijd kom ik die stelling tegen—het cijfer varieert nogal, maar het is altijd meer dan de helft—en elke keer vraag ik me weer af waarom mensen het geloven. Ik ben nog nooit iemand tegengekomen die kan uitleggen waar dat idee vandaan komt, men neemt het dus gewoon aan. En dan denk ik, als je er even bij stil staat en kritisch nadenkt, dan moet toch snel duidelijk zijn dat het totale onzin is?

Meten

Laat ik beginnen met het methodologische probleem: Hoe bepaal je welk percentage van communicatie verbaal dan wel non-verbaal is? Communicatie, anders dan zonuren of valsnelheid, is nu eenmaal niet zo eenvoudig te kwantificeren. Je kunt natuurlijk zeggen dat communicatie bestaat uit het overdragen van informatie tussen minimaal twee personen.

Maar dat brengt ons doodleuk bij een nieuw probleem: hoe kwantificeer je informatie? Gelukkig zijn er al honderd jaar wetenschappers die met deze vraag bezig zijn. Zo dacht men ooit dat informatie te kwantificeren is door te bepalen hoeveel mogelijkheden uitgesloten worden. Later was het idee dat het mogelijk te maken had met de mate waarin informatie nieuw of onverwacht is. Een andere optie is de manier waarop je informatie weergeeft; hoe complexer te formuleren, hoe groter de informatie.

In moderne tijden kun je informatie wellicht kwantificeren als de digitale ruimte die het inneemt. Maar welke oplossing je ook kiest, het is nog altijd volstrekt onduidelijk hoe je kan uitvogelen bij een simpele zin als “Ik ga morgen voetballen” hoeveel informatie er is overgedragen, en welk deel daarvan non-verbaal is.

Taal als fundament

Maar los van die methodologische horde is er een veel duidelijker bezwaar tegen de notie dat communicatie voornamelijk non-verbaal is: taal is wat onze complexe samenleving mogelijk maakt. Schrift speelt hier natuurlijk een grote rol in. Schrift is vrijwel zuiver talig; lost van stillisme, komt er over het algemeen geen non-verbaal aspect bij kijken. Maar de uitvinding van het schrift, en zeker later de boekdrukkunst en het internet, waren revolutionair voor de distributie van kennis, van informatie. Geschreven communicatie, non-verbaal talige communicatie, is een van de meest belangrijke vormen van communicatie geworden.

Zelfs wie niet kan lezen of schrijven komt regelmatig in aanraking met primair non-verbale communicatie: de telefoon. Wie belt, los van videobellen natuurlijk, kan de ander niet zien. We kunnen urenlange gesprekken voeren, internationale conflicten oplossen, en oorlogen beginnen aan de telefoon. Als communicatie grotendeels non-verbaal zou zijn, dan is het vrij aannemelijk dat we niet zo probleemloos telefonisch kunnen communiceren.

En als we dan toch videobellen, dan kunnen we ook prima zonder beeld. Iedereen die enigszins regelmatig Skypet of FaceTimet weet dat er problemen op de lijn kunnen ontstaan. In mijn huidige onderzoek naar arts-patiëntgesprekken via dergelijke media valt op dat als die problemen ontstaan, ze doorgaan zolang het geluid maar werkt. Gesprekken kunnen probleemloos gevoerd worden, ook als het beeld niet werkt. Taal wordt door de deelnemers veel belangrijker gevonden, dan die lichamelijke signalend die we daarnaast geven.

Mehrabian

We kunnen met andere woorden niet zonder taal. Of het nu gaat om gesproken taal of gebarentaal, verbale interactie is de basis van moderne communicatie. Waar komt dan het idee vandaan dat communicatie voornamelijk non-verbaal is? In een grijs verleden stelde een wetenschapper genaamd Albert Mehrabian aan een aantal mensen de vraag waar ze op letten als ze willen inschatten hoe betrouwbaar of aardig hun gesprekspartner is. Ze gaven aan dat dat voor slechts 7% gebeurde op basis van gesprekspartners zeggen: 55% is lichaamstaal en 38% is intonatie. Het moge duidelijk zijn  dat die resultaten onmogelijk gegeneraliseerd kunnen worden naar alle communicatie van alle mensen (wat Mehrabian zelf ook altijd geprobeerd heeft te voorkomen).

Hoeveel procent van onze communicatie talig is, weet niemand. Wat onze niet-talige communicatie überhaupt bijdraagt is nog altijd niet adequaat onderzocht. Onderzoek naar de verscheidene modaliteiten van communicatie gaat ver terug, maar echt grootscheeps, systematisch onderzoek staat nog in de kinderschoenen. Mogelijk is er geen grens te leggen tussen de modaliteiten en vullen ze elkaar aan waar nodig. En wellicht communiceren we volstrekt andere dingen met ons lichaam, dan met onze spraak. Maar wat het antwoord ook moge zijn, laten we eens ophouden met verkondigen dat communicatie voornamelijk non-verbaal is. In deze post-truth wereld worden we al met genoeg onzin geconfronteerd.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: columns Lucas Seuren

Lees Interacties

Reacties

  1. Marc van Oostendorp zegt

    16 september 2018 om 22:30

    Los van de terechte problemen die je naar voren brengt met de kwantificatie van een en ander, begrijp ik niet waarom het ‘zo bijzonder’ zou zijn als communicatie voor 65% ‘non-verbaal’ is. Wat heb je aan die constatering? Stel dat het klopt, wat gaat dat dan veranderen in onze omgang met communicatie, of onze analyse ervan?

    Beantwoorden
    • Lucas zegt

      17 september 2018 om 08:58

      Geen idee. Voor de wetenschap is het uiteraard van belang als je wilt begrijpen hoe communicatie werkt, hoe intersubjectiviteit en common ground e.d. werken. Voor de leek is het idee dat hoewel we constant taal gebruiken, die taal er niet zo veel toe doet wellicht leuk om te weten?

      Volgens mij is het vooral een managersding. Uitleggen tijdens een workshop dat je vooral nonverbaal communiceert, zodat je weer wat uurtjes cursus gaat volgen.

      Beantwoorden
      • DirkJan zegt

        17 september 2018 om 15:45

        Ik dacht aanvankelijk dat de kern van uw kritiek was dat nu niet wetenschappelijk valt vast te stellen hoe de verhoudingen tussen verbale en non-verbale communicatie zijn . Maar nu begrijp ik dat u ook een positie inneemt en klaarblijkelijk vindt dat het talige aandeel in de communicatie veel meer moet zijn dan de geopperde 35 procent. Dan doet u precies hetzelfde wat u de ander verwijt, namelijk wat beweren zonder feitelijke onderbouwing.

        Beantwoorden
        • Lucas Seuren zegt

          17 september 2018 om 17:03

          Ik weet niet waar deze conclusie op gebaseerd is, maar het is in ieder geval geen accurate samenvatting van hetgeen ik gezegd heb.

          Misschien had ik wat meer gebaren moeten inzetten, zodat ik adequaat begrepen kon worden.

          Beantwoorden
          • DirkJan zegt

            17 september 2018 om 18:03

            “Volgens mij is het vooral een managersding. Uitleggen tijdens een workshop dat je vooral nonverbaal communiceert, zodat je weer wat uurtjes cursus gaat volgen.”

            Hier reageerde ik op.

            Beantwoorden
            • Lucas Seuren zegt

              17 september 2018 om 19:16

              Dat ik niet in God geloof, omdat ik er geen bewijs voor zie, wil dat niet zeggen dat ik wel in feeën geloof.

              Gevalletje non-sequitur.

              Beantwoorden
          • DirkJan zegt

            17 september 2018 om 22:27

            “Dat ik niet in God geloof, omdat ik er geen bewijs voor zie, wil dat niet zeggen dat ik wel in feeën geloof.”

            Maar ik denk nu juist dat u wel een beetje in kabouters gelooft! 🙂

            Beantwoorden
            • Lucas zegt

              18 september 2018 om 07:31

              Geloof heeft daar weinig mee te maken, kabouters bestaan immers gewoon. Straks gaan we nog praten over of zeemeerminnen of neushoorns bestaan.

              Beantwoorden
  2. Peter-Arno Coppen zegt

    16 september 2018 om 22:33

    Mooi stuk! Het moet maar eens afgelopen zijn met al die mythen.

    Beantwoorden

Laat een reactie achter bij Lucas SeurenReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Sint Nicolaas

Zie eens, Mietje! wat al lekkers
U, Sint Nicolaas al bragt;
Omdat ge’ als gehoorzaam Meisje,
Uw verpligting hebt volbragt.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

De koeien schemeren door de heg,
het paard is uit taaitaai gesneden,
in ieder duindal ligt dun sneeuw.

De branding vlecht een veren zee
waar zon over omhoog stijgt, licht waarin
geen plaats om uit te vliegen is.

Bron: Uit de hoge boom geschreven, 1967

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

2 januari 2026: Vlekflits

2 januari 2026: Vlekflits

5 december 2025

➔ Lees meer
11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

3 december 2025

➔ Lees meer
11 december 2025: Proefcollege Nederlands

11 december 2025: Proefcollege Nederlands

2 december 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1946 Dick Wortel
➔ Neerlandicikalender

Media

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

2 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

30 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

29 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
%d