Door Romy Veul
Dat de opleiding Nederlands kampt met dalende studentenaantallen is niet onopgemerkt gebleven. De meest alarmerende koppen hebben de revue gepasseerd. Er is behoefte aan actie, en wel nu. Precies daarom is het Nationaal Platform voor de Talen eerder dit jaar in het leven geroepen.
De handen ineenslaan
Uit de berichtgeving van de afgelopen tijd blijkt dat het niet ontbreekt aan strijdlustigen die zich willen hardmaken voor Nederlands en de andere taalstudies. In Nederland zijn in de loop der tijd verschillende initiatieven opgezet voor vernieuwing van de taalcurricula of om de bekendheid van talenstudies te vergroten. De drive is er, maar het ontbreekt nog aan een allesomvattend plan waarin de verschillende initiatieven samenkomen. Samenwerking is namelijk essentieel, juist nu.
Daarom hebben de samenwerkende geesteswetenschappenfaculteiten en het programmabureau Duurzame Geesteswetenschappen het Nationaal Platform voor de Talen in het leven geroepen, dat als opdracht heeft meegekregen om een Deltaplan voor de Talen op te stellen. En dat doet het Platform uiteraard niet alleen. Het landelijke Platform wil eerst de bestaande initiatieven in kaart brengen, om die aan te vullen met nieuwe inzichten en gezamenlijke acties.
Zo is er inzicht nodig in de wensen van studenten en in de behoeften van het bedrijfsleven. Wat worden oud-taalstudenten na hun opleiding? Hoe hebben zij de aansluiting op de arbeidsmarkt ervaren? En hoe kijken studiekiezers, ouders, het bedrijfsleven en stagebedrijven tegen talenstudies aan? Stuk voor stuk vragen waarop het Platform een antwoord wil vinden om, samen met alle betrokkenen, het tij te keren voor de talenstudies.
Een nationaal platform
De universitaire talenstudies aantrekkelijker maken en de inhoud en het nut van deze studies helder communiceren naar studiekiezers, stagebedrijven en het bedrijfsleven – dat zijn de belangrijkste doelen van het Platform. Het is tijd om te laten zien waarom de studenten die wél voor een studie als Nederlands, Duits, Frans, Japans of Scandinavische talen hebben gekozen, onmisbaar zijn voor de maatschappij en de economie. Tegelijkertijd is er aandacht voor verbetering en vernieuwing van de universitaire talenstudies waar dat nodig is. Daarbij worden de belangen van individuele opleidingen en universiteiten niet uit het oog verloren.
Tot de eerste concrete plannen behoort onder andere een landelijke campagne om studiekiezers te interesseren voor talenstudies door de nadruk te leggen op de maatschappelijke relevantie en de beroepsperspectieven. Daarnaast staan op de agenda het aanbieden van innovatief lesmateriaal, een werkveldonderzoek onder alumni en interviews met vertegenwoordigers van het bedrijfsleven over hun visie op talenstudies. Verder besteedt het Platform ruime aandacht aan taalonderwijs op de middelbare school en werkt het nauw samen met docenten en vakdidactici. Hiervoor voert het Platform overleg met de Meesterschapsteams en met Curriculum.nu, een gezamenlijk initiatief dat kritisch kijkt naar het curriculum voor het voortgezet onderwijs en daarbij bekijkt wat leerlingen nodig hebben om een bijdrage te kunnen leveren aan de samenleving.
De toekomst van talenopleidingen
Zoals Nijhuis aangeeft in de Volkskrant (27 september), zit het probleem hem grotendeels in de associaties die scholieren hebben bij een taalstudie. Niet iedere scholier weet dat je ook zonder onderwijsambities met een taalstudie op de arbeidsmarkt terecht kunt. “Nederlands, die taal spreken we toch al? Wat leer je dan nog?” en “Frans of Duits, dan leer je zeker alleen grammatica of moet je oninteressante literatuur bestuderen?” Niets is minder waar, zo weet ik als afgestudeerd neerlandica. En met mij vele anderen, want het enthousiasme van veel taalstudenten liegt er niet om, net als de zeer diverse beroepen waarin alumni met een taalopleiding terechtkomen. Alleen al daarom verdienen de talenstudies beter!
Laten we de handen ineenslaan en onze krachten bundelen. Oftewel, laten we stoppen met klagen en samen in actie komen.
Bezoek de website van het Nationaal Platform voor de Talen voor meer informatie of volg ons op Facebook en Twitter en discussieer mee.
Coen Peppelenbos zegt
Alleen universiteiten dus.