Aan mijn heden elfjarig dochtertje
Rebecca, dierbaar kind! ontvang by uw verjaren
Uws Vaders zegening op ’t kinderlijke hoofd.
En moog zich aan die bede eens Heilands deernis paren;
Hoe wordt dan ook voor u Zijn Naam eens hoog geloofd!
Uw elfde jaar vervloog. Een nieuw is ingetreden!
Wat toeft ge? doe de keus, twaalfjarig maagdelijn!
Zy word’ niet uitgesteld, maar uitgebracht nog heden:
‘Ik wil der wereld niet, maar Jesus eigen zijn.’
Rebecca, dierbaar kind! dien Heiland opgedragen,
En in Zijn Kerk op aard door ’t doopbad ingelijfd!
Wat in dees wereld ooit der jonkheid moog’ behagen,
’t Mag schittren, maar vergaat! Slechts wie God aankleeft, blijft.
(8 November 1843)
Isaäc Da Costa (1798-1860)
———————————–
- Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter