Door Agata Kowalska-Szubert
Dinsdag 9 april, klokslag 12 uur. Op 17 universiteiten in tien Midden-Europese landen waar Nederlands wordt gedoceerd, buigen studenten zich over witte vellen papier, klaar om een tekst te gaan opschrijven over carillons, liefde en techniek. Hun plaatselijke docent leest hun die voor. Het ondertussen zesde Internationaal Studentendictee (bij ons in Wroclaw inmiddels het tiende) gaat van start.
Het dictee schijnt ambivalente gevoelens binnen de talendidactiek te wekken. Aan de ene kant wordt spelling als een belangrijk element van goed taalgebruik beschouwd – als je een taal goed wilt beheersen, moet je ook correct kunnen spellen. Een dictee is in deze context meedogenloos, want het toont dat je nauwelijks perfect kunt zijn. Aan de andere kant echter trekt zo’n uitdaging menigeen aan. Een dictee zonder nadelige gevolgen (niemand wordt gestraft als hij/ze zo’n honderd fouten maakt), maar met de kans op een mooie prijs, blijft in de afgelopen jaren ook een trekpleister voor de studenten Nederlands in Midden-Europa.
Het initiatief is negen jaar geleden geboren, naar aanleiding van het nationaal dictee in Polen, waar ondergetekende in de prijzen is gevallen. De reactie van onze studenten in Wroclaw liet er geen twijfels over bestaan: zij wilden ook een dictee. Het pendant van wat voor mijzelf in 2009 een leuke ervaring met mijn moedertaal mocht zijn, is in de tussentijd uitgegroeid tot een groot evenement met 17 deelnemende universiteiten in tien Comeniuslanden (Comenius is dé vereniging van neerlandici in Midden-Europa). In 2010 waren het alleen studenten in Wroclaw die mee hebben gedaan, in 2012 schreef heel Polen mee, en daarnaast ook nog bevriende universiteiten in Tsjechië. Sinds 2014 is het Internationaal Studentendictee met zijn eigen vaste regels en de trouwe begeleiding van de diplomatieke vertegenwoordigingen van Nederland en Vlaanderen (die voor de steun van andere partners zorgen) een vast agendapunt in Polen, Tsjechië, Slowakije, Hongarije, Oostenrijk, Bulgarije, Roemenië, Kroatië, Slovenië en Servië.
De opzet is vrij eenvoudig. Er wordt een originele tekst geschreven die vervolgens op dezelfde dag, hetzelfde tijdstip op alle deelnemende universiteiten wordt gedicteerd. Dan worden de dictees overal op dezelfde manier gecorrigeerd. Ieder land krijgt zijn eigen landelijke spellingkampioen, en er is een regionale spellingkampioen. Als je in aanmerking neemt dat we in het beste jaar zowat 300 deelnemende studenten hebben gehad, dan gaat de titel “internationale spellingkampioen” evident met een uitstekende prestatie gepaard. De internationale kampioen is namelijk niet alleen beter dan al zijn mededingende landgenoten; hij/zij is beter dan de horden studiegenoten uit de naburige landen. Dit doet het gevoel van de eigenwaarde van de kampioen beslist aanzienlijk stijgen. Want achter het dictee gaat, zoals gebruikelijk, veel meer schuil dan men het op het eerste gezicht vermoedt. Het is niet genoeg dat je de spellingregels kent en goed weet toe te passen. Daarnaast moet je ook kunnen begrijpen wat er gezegd is. Om met de termen van het Europees Referentiekader te spreken: er worden bij het dictee twee vaardigheden aangesproken: de schrijfvaardigheid (maar dit spreekt eigenlijk vanzelf) maar daarnaast ook de luistervaardigheid, die de moeilijkste onder de vier vaardigheden blijkt te zijn. Wie de dictees corrigeert, merkt vrijwel meteen welke student de lijn van het verhaal heeft kunnen volgen, en welke maar op goed geluk gegokt heeft. Je ziet het bijvoorbeeld in de zorgeloze verandering van de “romantische sfeer” in de tekst in de “romantische zweer” bij een van de studenten. Het is prachtig dat de vrije geesten onder onze studenten ook mee willen doen, maar we waarderen nog meer de besten, die het met vrij weinig fouten vanaf brengen.
De tekst
Bij de organisatie van het dictee hoort ook het bedenken van een tekst. De verantwoording voor het hele initiatief ligt sinds het begin bij mijzelf, en dus heb ik in de afgelopen jaren de moedige deelnemers getrakteerd op o.m. een in Leiden lijdende koe en een gevreesde frezer, een Azerbeidzjaanse wijsgeer, een koffiefreak die naar het mekka van de mokka op zoek was en een kosmopolitisch marsmannetje dat de uitvoeringsrichtlijnen van de EU nauwkeurig trachtte na te leven. Zoals u kunt zien, niet bepaald teksten die je in de basisschool tegenkomt. Van de moeilijkheidsgraad van de teksten moge getuigen dat er nog geen enkel dictee foutloos is geschreven, al hebben ook ettelijke moedertaalsprekers hun best gedaan. Sinds 2017 wordt de tekst speciaal ten behoeve van ons dictee door een Nederlandse of Vlaamse schrijver/schrijfster geschreven. Na Luuk Gruwez, die bij wijze van een experiment in 2013 een tekst voor ons bedacht, kwamen tot nu toe achtereenvolgens Frank Westerman, Sven Peeters en Gerdien Verschoor aan de beurt. Met telkens een heel mooi verhaal.
Technische voorbereiding
Hoewel het dictee altijd in april wordt gehouden, moet de tekst ruim van tevoren klaar zijn. Eens en vooral: een dergelijke tekst moet uitermate zorgvuldig worden gecontroleerd, en het feit dat je moedertaalspreker en professor in de Nederlandse taalkunde bent, biedt nog geen ultieme garantie dat je thuis bent in alle denkbare en ondenkbare valkuilen van de spelling. Normaliter werd de tekst dus door enkele professoren tegelijk nagekeken, de coördinatoren hebben er ook hun zegje over gezegd. Dit jaar hebben we steun gevraagd bij de hoogste autoriteit in het taalgebied – het Instituut voor de Nederlandse Taal in Leiden. En dit jaar was feitelijk het eerste waarin de coördinatoren niet eens gingen mopperen! ☺
Verder krijgen de coördinatoren op een gegeven moment niet alleen de tekst van het dictee aangeleverd. Behalve de tekst zelf en de richtlijnen voor het corrigeren wordt een mp3’tje rondgestuurd. Met de tekst, opgenomen door de beste van de besten: Philip Freriks die naar zijn eigen zeggen alle dictees heeft afgezworen, maar voor ons dictee wel een uitzondering maakt. Onze universiteit in Wroclaw heeft Philip Freriks vorig jaar live kunnen meemaken: hij kwam bij de editie in 2018 in Wroclaw de tekst echt dicteren.
De prijzen
We hebben er altijd naar gestreefd om de spellingkampioenen een waardige prijs aan te bieden. Sinds enkele jaren mogen we de Van Dale Uitgeverij als onze vrienden en sponsors beschouwen: dankzij van Dale krijgen de landelijke kampioenen een jaar lang gratis toegang tot de Dikke van Dale op het internet. De internationale kampioen krijgt bijzondere aandacht. Het is ons eenmaal zelfs gelukt om de kampioen deel te laten nemen aan het Groot Dictee in Den Haag. Sinds het Groot Dictee er niet meer is, doen we ons best om de kampioenen naar onze congressen ergens in de regio uit te nodigen. Een neveneffect daarvan is dat de winnares van 2017 nu aan haar proefschrift werkt.
Helaas duurt het nog een paar dagen voor we weten wie met de roemrijke titel van regionale kampioen naar het regionaal colloquium neerlandicum in Bratislava in mei 2019 zal komen. De resultaten ter plaatse zijn al bekend, de landskampioenen gaan binnenkort hun nieuwe woordenboek testen, maar volgende week moeten we een beslissende ronde houden. Łukasz in Poznań (Polen) en Marijana in Belgrado (Servië) die allebei precies even weinig fouten maakten , gaan nog een tweede dictee schrijven. Nu over het transcendentale buiten Europa. Alweer dezelfde dag, hetzelfde uur.
Laten we dan voor hen duimen!
Wie meer informatie over het dictee wil hebben: www.internationaalstudentendictee.nl
Laat een reactie achter