Zomerregen
Vanmorgen regent het. Er is geen wind.
Het tikken van het droppen van de bomen,
Bijna geworden tot een ruisend stromen,
Vervult de kamer waar ik mij bevind.
Slechts ’t dunne glas der ramen dat mij scheidt
Van wat een zaligheid is in het leven:
De zomerregen die, als is het even,
De stem en ’t ritme heeft der eeuwigheid.
*
zet het blauw
van de zee
tegen het
blauw van de
hemel veeg
er het wit
van een zeil
in en de
wind steekt op
*
wat je bezit
is op weg
naar anderen
Willem Hussem (1900-1974)
• • • • • • • • • • • • • • • • • •
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter