Bergschap
Als de gesteenten verschuiven
breken er spleten open:
gapend en zwart.
Ik mag op vlinders en duiven
in de verste verte niet hopen:
slangen komen gekropen,
radeloos slaat mijn hart.
Maar ik sta mij toe te wuiven
als ik mij zie verdwijnen
om langzaam terug te lopen,
langs bergkammen en ravijnen,
tot waar ik blind ben gestart.
A. Marja (1917-1964)
uit: Reislust (1957)
• • • • • • • • • • • • • • • • • •
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter