Wacht u voor deze grijns, dit is de oude
Niet meer, de onvergankelijke niet meer.
Dit is de hoonlach die wij overhouden
Als ’t leven voortkruipt na de ommekeer.
Niet meer het veelbewogen bloeien, zeer
In trek bij de tuinieren van de Gouden
Lusthof, niet meer de spelen van mooi weer
En mooie meisjes, die óók bloeien zouden.
Triomf der tandloosheid: grijsaards bijten
Wel feller dan de trotse jonglingschap:
Zij bijten met hun rimpels en hun ogen,
Die, héél ver af, de bloeienden verwijten
Dat ze in de lentewind zijn weggevlogen
En niet meer lachen om de satansgrap.
S. Vestdijk (1898-1971)
uit: Rembrandt en de engelen (1956)
• • • • • • • • • • • • • • • • • •
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter