Rondeel
Verlos ons van den droom die leven heet,
Waarin men schuifelt op vermoeide voeten,
Ofwel zich haast naar een verbeeld ontmoeten
En even later zich weer eenzaam weet;
Waar kind’ren reeds boosaardig zijn en wreed
En zachte dieren zich verbergen moeten;
Verlos ons van den droom die leven heet:
O Gij, de duist’re bron van alle leed!
Wordt Gij verzaad door de eindelooze stoeten
Van sterv’lingen die voor uw schepping boeten?
Of zijt Ge zelf een droom dien men vergeet,
Een droom binnen den droom die leven heet?
H.W.J.M. Keuls (1883-1968)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter