
Door Miet Ooms
De goede toehoorder heeft het waarschijnlijk wel eens gemerkt: sommige woorden hebben in België een ander woordaccent dan in Nederland. In sommige gevallen vormt de rijksgrens niet eens de grens tussen het ene en het andere accent, maar tussen de regio waar beide accenten kunnen (een wisselend accent) en die waar maar één accent gebruikelijk is. Soms is dat verschil er altijd geweest; soms is het ontstaan omdat in de ene regio het accent in de loop van de tijd verschoven is en in de andere regio niet (deMENtie vs. demenTIE); soms wordt er in de ene regio een betekenisverschil aangegeven door twee verschillende accenten (in NL: INgewikkeld ‘voltooid deelwoord van inwikkelen’ versus ingeWIKkeld ‘complex’), terwijl in de andere er toch maar 1 woordaccent is (in BE: altijd INgewikkeld). En soms is het beeld zo divers dat we gewoon niet weten wat er eerst was en waarom.
Ingewikkeld nieuwjaar
Voor twee kwesties hield ik onlangs een poll op Twitter: ‘ingewikkeld’ en ‘nieuwjaar’.
Deze poll plaatste ik omdat ik wilde testen of mijn aanvoelen, namelijk dat er twee mogelijke accenten zijn, klopt. In Vlaanderen ken ik er maar eentje, INgewikkeld, maar ik dacht dat ik Nederlanders vooral ingeWIKkeld hoorde zeggen als ze ‘complex’ bedoelen. Deze poll en de reacties erop heeft dat vermoeden bevestigd. Uit ervaring weet ik dat op Twitter naar verhouding veel meer Nederlanders actief zijn dan Vlamingen. Als ik dus iets wil weten van Nederlanders, zet ik de vraag op Twitter. Vragen voor Vlamingen zet ik op Facebook en voor vragen voor beide nationaliteiten gebruik ik de twee platformen. Daarom ga ik ervan uit dat de meeste invullers hier Nederlanders zijn.
Ik heb deze kwestie ook opgenomen in mijn nieuwste vragenlijst over ‘faux amis’ tussen Belgisch- en Nederlands-Nederlands, zodat ik er een nauwkeurige kaart van kan maken.
Deze poll hield ik naar aanleiding van een opmerking op de Facebookgroep VRT Taal, namelijk dat een VRT-nieuwsanker het over een nieuwJAARStoespraak had, en niet over een NIEUWjaarstoespraak. Dat viel wel meer mensen op en was daarom voor mij de aanleiding om deze vraag op Twitter te stellen. Ik heb ook even gepolst of het accent verandert bij een samenstelling, maar dat blijkt niet altijd te gebeuren. Voor sommige mensen is wel een verschil tussen de wens ‘Gelukkig nieuwjaar’ (vaker klemtoon op nieuw) en het woord ‘nieuwjaar’ (vaker klemtoon op jaar). Deze kwestie wil ik daarom opnemen in een volgende vragenlijst.
Op zoek
Dit soort woordaccentkwesties zijn heel interessant, maar ze hebben één ding gemeenschappelijk: ze zijn moeilijk te vinden. Aan geschreven taal heb je niets, bij gesproken taal moet je er bij toeval op stoten en vervolgens heel aandachtig zijn om het op te vangen. Iemand moet het woord in kwestie gebruiken en je moet net er alert voor zijn. Gesproken taal bestaat immers niet uit een reeks losse woorden met hun eigen accenten na elkaar, maar ook uit zinsmelodie, intonatie, contrasterend benadrukken enz.
Het lijstje woorden waarvan ik weet dat er een noord-zuidverschil is in woordaccent, is dan ook erg kort. Het bestaat uit bovenstaande kwesties (dementie, ingewikkeld, nieuwjaar) en het lijstje op Dutch++ onder ‘Klemtoon’. Zelf twijfel ik er zelfs over of het koppeltje TICKet – tickET nog wel bestaat. Ik vermoed dat meer en meer Vlamingen, zeker jongere, onder invloed van het Engels de klemtoon intussen ook op de eerste lettergreep leggen.
Maar het is dus een erg kort, waarschijnlijk incompleet lijstje. Mochten jullie, beste Neerlandistiek-lezers, nog zulke kwesties kennen of vermoeden dat er een verschil is, laat het me dan even weten in de reacties of via mail (miet(at)webred(punt)be) . Dan test ik het bij een volgende gelegenheid eens uit met een polletje of in mijn volgende vragenlijst. Alvast bedankt!
Foto: Pxhere
Ik stel mij voor dat de nabijheid van ‘la déMENce’ van invloed is op de uitspraak ‘deMENtie’, die aansluit bij de oorspronkelijke, Latijnse vakterm ‘deMENtia’ (zoals in ~ praecox). Het woordaccent ‘demenTIE’ is in Nederland inmiddels ook te horen in gesproken vaktaal, zoals bij hoogleraren neurologie, en is daarmee denkelijk niet meer te keren. Het sluit aan bij een woord als ‘democraTIE’, maar staat haaks op het accent in ‘poLItie’ en ‘urGENtie’.
Al jaren eerder was mij opgevallen dat de medische wereld demenTIE zei tegen deMENtie.
En toen al weer lang geleden zag ik een boze brief van iemand met medische achtergrond. Leken dienden zich te richten naar “ons, de mensen van het vak”. Dat leidde tot een stuk of tien reacties en toen ik mij er ook in wilde moeien schreef de redactie mij dat het onderwerp nu wel genoeg was uitgekauwd.
‘De mensen van het vak”? In elk geval vroeger noemden de beste Nederlandse voetballers een penalty pinantie en de seksindustrie zegt clitóris met klemtoon op -to-.
Heb verzuimd om te wijzen op het verschil tussen penalty met klemtoon op pè- en piNANtie.
Ik heb de uitspraak demenTIE altijd raar gevonden. Vermoedelijk omdat er tal van woorden zijn die op -entie eindigen en voor zover ik kan zien allemaal als ENtie klinken: abSENtie, assistENTIE tot en met het bijna helemaal gelijke clemENTIE.
Nederland: ONderwijs, ONderzoek
Vlaanderen: onderWIJS, onderZOEK
toch?
Ik zou als Vlaamse ook ONderwijs en ONderzoek zeggen, maar ik sluit niet uit dat andere mensen die klemtoon anders leggen. Ik zet ze op mijn lijstje ’te onderzoeken’. Ongeacht de klemtoon.
Uiteraard akkoord. Maar je kent de HSN-conferentie. Dat is de plaats waar ik (door simpelweg te luisteren) mijn wijsheid heb opgedaan.
Een terzijde, dat misschien verbreedt of verdiept: In West-Friesland, in de Kop van Noord-Holland, grofweg tussen Hoorn, Alkmaar, Schagen, Medemblik en Enkhuizen, heeft men nogal eens de gewoonte om de klemtóón anders te leggen dan in de rest van Nederland. Men spreekt daar van spoorbómen, bijvoorbeeld. Misschien hangt het samen met de koppige onafhankelijkheid van de oorspronkelijke bewoners, die er soms een wat kinderlijk plezier in hebben woorden expres verkeerd uit te spreken: ‹ noegat › in plaats van ‹ noga › wanneer er nougat geschreven staat.
Een bekend geval van wisselend woordaccent : Vlamingen kennen meestal alleen de NOORDzee, Nederlanders alleen de NoordZEE.
Dank je, dat is een goede!
Tis voor mij, opgegroeid in Drente, gestudeerd in Leiden, altijd Nóórdzee, nooit Noordzéé, en ik meen het ook meestal zo te horen bij mijn medelanders (en als zoon en broer van zeelieden heb ik die naam toch best vaak gehoord). Alleen in samenstellingen verschuift dat aksent, zo is het voor mij wel Noordzéékanaal, Noordzéélanden, Noordzéévisserij.
Als in Engels: WaterLOO maar WAterloo station.
De twaalfde editie uit 1963 van het Engelse uitspraakwoordenboek van Daniel Jones, in mijn tijd een autoriteit, merkt op dat een minderheid in alle gevallen WAterloo gebruikt.
In gezang gelden andere regels, dat Abba geen Engelsen zijn doet er minder toe.
Ik ben geboren in een Waterloostraat. Klemtoon helemaal vooraan.
Wat betreft het woordje “ticket”. In Nederland wordt het gebruikt, voor zover ik heb ervaren, op dezelfde wijze als in het Engels, ook met diezelfde uitspraak: [’tick et]. In Vlaanderen wordt ticket uitgesproken als [tie ‘ket] of [tie ‘ketje] en men bedoelt dan het bonnetje bij aankoop van een artikel in een winkel. “Wilt u het bonnetje?” versus “Wilt u het ticketje?”.
Wat betreft de klemtoon in “Noordzee”, Boudewijn de Groot heeft duidelijk het accent op Noord in zijn lied “Noordzee”: “Daar zeilde op de Noordzee, de Noordzee wijd en koud”.
Waar ik ook nog aan dacht: Hollander. In Nederland zegt men [‘Hol land der], in Vlaamse dialecten [Hol ‘lan der].
In het Engels is de t- van ticket verplicht geaspireerd.
Nederlanders heb ik vaak in hun vermeende Duits de eigen taal Holländisch of Niederländisch met klemtoon op -län- horen noemen.
ROSmalen (zuid) RosMAlen (noord(-west?))
Noordzee geef ik soms het ene soms het andere accent. Bij Nieuwjaar idem. Of er systeem achter zit zou ik niet durven zeggen. Bij Dementie zou het ook een sociolect kunnen zijn, latinisten zeggen deMENtie, anderen niet per se.
In geografische namen is misschien ook een hoop leuks te vinden. Echte Utrechters zeggen (zeiden) HamBURgerstraat, mijn oudtante uit Leiden woonde in de RoerDOMPstraat, in Hilversum zeiden we VaartWEG en LoRENTZweg. Enzovoort.
Zeker, in Bussum heb je ook zo’n LoRENTZweg, en in Amsterdam nog langer de BilderDIJKstraat.
De Bilderdijkstraat in Amsterdam, heb er 11 jaar gewoond. Maar nu ik erover nadenk, denk ik dat die klemtoon veel te maken heeft met wat je van iets of iemand als Bilderdijk afweet. Het zal of een persoon of een dijk zijn, tja,zoiets werkt natuurlijk door. En bij de LoRENZweg is de kans groot dat de zegger even de definitie kwijt was van wat een lorentz is.
In geografische namen is een tendens van klemtoonverschuiving naar achteren waarneembaar. AmsterDAM (Engels EMsterdem), MaasTRICHT, RoerMOND, HoogeVEEN, LeerDAM (familienamen: HOOgeveen, LEERdam), HilvarenBEEK, KaatsHEUvel. Een Vlaams voorbeeld is Sint NiKLAAS. Dit voorbeeldje zou Miet Ooms kunnen toevoegen, hoewel het een beetje complex is. In Nederland zeg je SinterKLAAS, maar Sint NI-colaas. En in Vlaanderen heet, dacht ik, de heilige net als de stad. Nog een straatnaam? In Den Haag kun je echt niks anders zeggen dan LeyWEG.
Duits is POTSdam, zo ook AMsterdam, ROTterdam enz.; het laatste dan behalve in https://www.youtube.com/watch?v=mqvPzW8RPN8
Merk op dat het laatste woord RussLAND afwijkend van het normale spreekpatroon ‘Endbetonung’ heeft en dat ook het voor het Duits normale RoTterdam voorkomt.
Inzake Potsdam – ik weet niet hoe vaak Harry Reintjes in het Duits Potsdam turft – https://www.youtube.com/watch?v=uDdpbc9kHHk
vaker dan ééns. maar al zou het maar één keer geweest zijn, dan zou dat ondersteunen wat ik bij het artikel “aanvullend….” zeg, nl. dat e.e.a. toch persoons-, regio-, situatie-, contextafhankelijk is.
Even niet opletten en de computer verwijdert de hoofdletters uit POTSdam, resp. PotsDAM.
Het mooiste voorbeeld lijkt mij BreDA. Geen Duitser die dat zo zou uitspreken, maar ideaal voor de Fransen.
Overigens is ook EnscheDE verraderlijk voor Duitsers (Westfalers), die zelf een MEschede kennen.
Engelse uitspraak is AEmsterdaem, ligatuur voor ae weet ik zo gauw niet te vinden, bedoeld is daarmee de open è-klank. De laatste lettergreep heeft ‘secondary stress’.
Sorry, Brits Engels spreekt geen -r- uit.
De verkeerde klemtoon in plaats- en straatnamen is de meest voorkomende ’taalfout’ op radio en tv. Is ook vaak lastig voor die journalisten/presentatoren; zo moet je welhaast uit de buurt komen om te weten dat in Westerbork de klemtoon op de laatste lettergreep ligt, want als je de naam alleen uit de media kent hoor je bijna altijd de klemtoon op de eerste lettergreep. En het is ook niet een erg voorspelbaar patroon, zo hebben de buurdorpen Kolderveen en Nijeveen de klemtoon op de laatste, respektievelijk eerste lettergreep. Dit geldt trouwens ook voor zelfstandige naamwoorden die een toponimisch gebruik kennen, in mijn beleving heeft dorpshuis de klemtoon op dorp, maar stadhuis op huis. En zelfs de kontekst kan voor een-en-dezelfde naam klemtoonverspringing betekenen, zo ben ik opgegroeid aan de Rheeërweg (klemtoon op ‘weg’), maar verpsingt de klemtoon naar ‘Rhee’ zodra ik het huisnummer meenoem.
In Nederland zeg je ASfalt, in Vlaanderen asFALT. Dat staat in het onverbiddelijke taalboek Zilverlingen, waarin ik niet mijn schaamte als Hollander in Antwerpen durfde te memoreren bij het, inderdaad, opnoemen van adressen. Alle klemtonen bleken te liggen op -LEI, -PLEIN,-BAAN, -LAAN en –STRAAT. Benieuwd wat Vlamingen ervaren bij een klassiek klemtoonlied van een Nederlander. Het werd gezongen door Rijk de Gooyer en heet ‘Johanna’: https://www.youtube.com/watch?v=1ksNrSF5c-Y&gl=BE
Zonet op Radio 1 voor het eerst van m’n leven de klemtoon CanNAbis gehoord.
Wow, zoveel reacties! Wat fijn! Hartelijk dank aan iedereen die een bijdrage heeft geleverd, hier kan ik heel wat mee!
Vanmorgen in laatste onderwerp eerste uur VPRO-radioprogramma OVT de Belg Luc Rasson over zijn boek ‘Het lijk van de dictator’ de door mij nog nooit eerder gehoorde uitspraak ‘siNAASappelkist’.
Dat heb ik ook gehoord, maar ik houd het voor een spreekfoutje.
In België hoor ik sinAASappel geregeld, maar minder vaak dan appelSIEN. Hoe heeft het Nederlands zich bij deze fruitsoort trouwens ontwikkeld met zijn oprukkende medeklinkers? Toen ik emigreerde neigde men tot ‘ZIEnaaZZAppelz’…