Door Roland de Bonth
Wie Neerlandistiek per mail volgt, treft in zijn inbox elke ochtend een dagoverzicht met alle artikelen van de vorige dag aan. Dit overzicht opent steevast met een gedicht, geplaatst door Raymond Noë. Bij zijn keuze laat hij zich doorgaans leiden door de actualiteit of de tijd van het jaar. Zo plaatste hij op 2 januari het gedicht ‘Ik wens U een jaar’ van Guido Gezelle. Althans, aan deze Vlaamse dichter werd het gedicht op diverse internetsites toegeschreven. In reacties op die post twijfelden enkele lezers openlijk aan deze toeschrijving. Vooral het gebruik van de woorden creativiteit en alfabet deed hen de wenkbrauwen fronsen. Inmiddels wordt op Neerlandistiek bij het gedicht vermeld dat de schrijver anoniem is.
Gezellewebsite
Toch was januari 2020 op Neerlandistiek een goede maand voor de Gezelle-liefhebber. Zo werd op 22 januari Gezelles ‘Nihil’ tot daggedicht gekozen en deed de Openbare Bibliotheek Brugge een week eerder – op 16 januari – met gepaste trots kond van de lancering van www.Gezelle.be. Deze erfgoedbibliotheek beheert onder andere het Gezellearchief en wist met beeld en geluid vele honderden teksten van Gezelle tot leven te wekken op de prachtige website.
Guido Gezelle (1830-1899) was één van de belangrijkste Vlaamse dichters. Velen zullen weten dat hij het priesterambt bekleedde, minder bekend zal zijn dat hij ook een zeer verdienstelijke leraar, journalist, taalgeleerde en vertaler was. Kortom, voor de Vlaamse cultuur en literatuur is Gezelle van grote betekenis geweest.
Dat Gezelle in Vlaanderen nog bekend is en gelezen wordt, staat buiten kijf. Maar is er ook in Nederland nog aandacht voor zijn (leven en) werk? Op de Facebookpagina Leraar Nederlands – die overigens ook door veel Vlamingen wordt gelezen – levert zijn achternaam in elk geval niet het aantal treffers op dat men op grond van zijn staat van dienst mag verwachten. Kan www.Gezelle.be ervoor zorgen dat “de grootmeester van de Vlaamse poëzie” zijn weg vindt naar een nieuwe generatie jonge lezers, in Vlaanderen en in Nederland? Aan de makers van de website zal het beslist niet liggen: de liefde voor Gezelle spreekt boekdelen. Wanneer je op de homepagina op de menuknop drukt verschijnen er vijf thema’s: Ontmoet Gezelle, Guido Gezellearchief, Gezelles brieven, Atelier Gezelle én Gezelle in de klas! Uiteraard gaat het mij in deze bijdrage voor Neerlandistiek voor de klas om het laatstgenoemde thema. Ik besteed er hier aandacht aan omdat uit de aankondiging op Neerlandistiek niet direct duidelijk werd dat onderwijzers en leraren hier veel direct bruikbaar lesmateriaal kunnen vinden.
Gezelle in de klas
“Hoe ga je als leerkracht aan het werk met een literair zwaargewicht als Guido Gezelle? Op welke manier kun je jongeren warm maken voor literair erfgoed? Kun je gedichten van Gezelle aan jonge kinderen presenteren?” Het antwoord op deze vragen is te vinden in ‘Gezelle in de klas’. Daarvoor werden met vereende krachten – het Guido Gezellearchief, studenten van leerkrachtenopleidingen, dichteressen, het Poëziecentrum, het Guido Gezellegenootschap – projecten en lesmaterialen voor verschillende leeftijden ontwikkeld. Zo is er een webzoektocht, een wandeling door Brugge, een zoekplaat, een bloemlezing met gedichten en een compleet uitgewerkte lessenreeks waarin leerlingen onderzoek doen naar Gezelles bekende gedicht ‘Het Schrijverke’. Kleuters, leerlingen uit de tweede graad ASO, leerlingen met een interculturele achtergrond, docenten en Gezelleliefhebbers: er is voor elk wat wils.
Literaire genootschappen
Hoe eerder lezers in aanraking komen met het werk van een schrijver, des te groter is de kans dat zij later daadwerkelijk een roman of dichtbundel van die literator zullen kopen of lenen en lezen. Aan dit aspect wordt vaak voorbijgegaan door traditionele literaire genootschappen, wat mij een gemiste kans lijkt: de Vereniging van Carmiggeltvrienden is al in 2005 opgeheven en ook het Nieuw Gerard Reve Genootschap blies in 2018 zijn laatste adem uit. Van de literaire genootschappen over Nederlandstalige schrijvers op de site boekenoverboeken.com – klik daar op het tabblad Gids/links – hebben er voor zover ik in de gauwigheid heb kunnen zien, slechts drie aandacht voor een jong lezerspubliek. Het Godfried Bomansgenootschap heeft een tabblad ‘Voor kinderen’ en het Multatuligenootschap schenkt bij het tabblad ‘museum’ gelukkig wel aandacht aan ‘scholieren’ (bezoek aan Multatulihuis, spreekbeurt of werkstuk, hertaling, debattoernooi). Het uitgebreidst is het Reynaartgenootschap op zijn website: onder het kopje ‘Reynaert de Vos op school’ biedt het tal van ideeën en voorbeelden die toegepast kunnen worden in kleuter-, basis- en voortgezet/secundair onderwijs.
Misschien nog wel mooier dan de website www.Gezelle.be zelf is dat die tot stand is gekomen door samenwerking van diverse, sterk van elkaar verschillende partijen. Zou het niet prachtig zijn als literaire genootschappen – maar ook liefhebbers van andere moderne(re) schrijvers – contacten leggen met kunstenaars, lerarenopleiders, docenten, studenten, leerlingen, ja zelfs kleuters. Met websites, workshops, lezingen, filmpjes en lesideeën kunnen zij gezamenlijk (vergeten) schrijvers in het middelpunt van de belangstelling plaatsen en kunnen lezers (opnieuw) kennismaken met de prachtige werken die de Nederlandstalige literatuur rijk is.
Illustratie: M. van Oostendorp
Hanneke Eggels zegt
Project Literaire Genootschappen Beleidsplan OCW 1997-2000. Uw wens en oproep om literaire genootschappen te herwaarderen en te verjeugdigen las ik met genoegen. Ik heb mij lang met het heractiveren van Literaire genootschappen bezig gehouden door ze uit te nodigen bij de Landdag voor Leeskringen Boek-delen in de Beurs van Berlage in 1991 op initiatief van de door mij opgerichte Literaire Salon en de jaarlijkse training voor leeskringleiders van De Literaire Salon in het ISVW. In het verlengde daarvan en op verzoek van het ministerie van OCW diende ik als doorstart voor De Literaire Salon een projectvoorstelLiteraire Genootschappen in voor haar beleidsplan 1996- 2000. Dat plan ligt ter inzage in het Literaire Salonarchief van het Literatuurmuseum. (zie ook Dick Welsink in Handleiding voor leeskringen 1992) Daarom ga ik nu na wat er en of van mijn vierentwintig jaar geleden gepubliceerde projectplan Literaire Genootschappen zoals Multatuligenootschap, Godfried Bomans, Guido Gezelle Vestdijkkring in de discussies over de toekomst van de Neerlandistiek nog iets is teruggekomen. Of u daar nog wat aan hebt gehad. Of mijn voorzet u heeft geholpen, zodat ik als onbezoldigd adviseur dan op die manier eraan heb kunnen bijdragen het Multatuligenootschap en andere min of meer sluimerende genootschappen voor een breder publiek bijvoorbeeld op het VWO aan de man te brengen
.
Hanneke Eggels zegt
Project Literaire Genootschappen Beleidsplan OCW 1997-2000. Uw wens en oproep om literaire genootschappen te herwaarderen en te verjeugdigen las ik met genoegen. Ik heb mij lang met het heractiveren van Literaire genootschappen bezig gehouden door ze uit te nodigen bij de Landdag voor Leeskringen Boek-delen in de Beurs van Berlage in 1991 op initiatief van de door mij opgerichte Literaire Salon en de jaarlijkse training voor leeskringleiders van De Literaire Salon in het ISVW. In het verlengde daarvan en op verzoek van het ministerie van OCW diende ik als doorstart voor De Literaire Salon een projectvoorstelLiteraire Genootschappen in voor haar beleidsplan 1996- 2000. Dat plan ligt ter inzage in het Literaire Salonarchief van het Literatuurmuseum. (zie ook Dick Welsink in Handleiding voor leeskringen 1992) Daarom ga ik nu na wat er en of van mijn vierentwintig jaar geleden gepubliceerde projectplan Literaire Genootschappen zoals Multatuligenootschap, Godfried Bomans, Guido Gezelle Vestdijkkring in de discussies over de toekomst van de Neerlandistiek nog iets is teruggekomen. Of u daar nog wat aan hebt gehad. Of mijn voorzet u heeft geholpen, zodat ik als onbezoldigd adviseur dan op die manier eraan heb kunnen bijdragen het Multatuligenootschap en andere min of meer sluimerende genootschappen voor een breder publiek bijvoorbeeld op het VWO aan de man te brengen
Hanneke Eggels zegt
I-depot Benelux Merkenbureau.
Mijn projectvoorstel voor beleidsplan OCW 1997-2000 Literaire genootschappen is onder nummer 110918 op 16-04-2018 als I-depot beschermd bij het Benelux Merkenbureau.