Goethe
Goethe, uw geest blijft hoedende om ons zweven
Sedert wij, langs woesten Gemmi-pas,
Waar het uitzicht onbeschrijflijk was,
Maar een mispas wegrukte uit het leven,
Langs de Dala verder wandelen bleven
En de Rhône, groen van ’t oevergras,
Soms doorzichtig als geslepen glas,
Tusschen kiezel voorwaarts zagen streven.
Dan, een eeuw na ’t werd door u betreden,
Door Tête Noire naar ’t woeste Chamounix
En het is of ‘k in den berg uw leden,
In de kloof uw vasten oogblik zie.
Krachtig hebt gij tegen ’t leed gestreden,
En dat staalt des moeden wandelaars knie!
J. Winkler Prins (1849-1904)
uit: Sonnetten (1885)
Portret: Joseph Karl Stieler
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter