Droom
Het bloedspoor, vluchtend voor mij uit,
zocht door het bos de vijverrand,
waar, buigend tot het bodemzand,
een hert dronk met een koel geluid
van ’t water, bleek-rood aangerand.
In zijn gewei hing blad en rag
en scheef stond in zijn witte buik
een pijl, gebroken aan de struik,
ver weg, waar nog mijn schiettuig lag,
mijn weitas en een lege kruik.
Toen trad ik drinkend naast het hert
en leunde doodmoe op een wolk,
die langzaam afdreef naar de kolk.
Ik voelde hoe ik anders werd,
verloren voor mijn lief en volk.
Mijn spiegelbeeld was ik niet meer:
een ranke kop droeg het gewei;
het dure bloed droop uit mijn zij
en greep de stroming van het meer,
dat zonlicht bleek over mijn sprei…
Max Dendermonde (1919-2004)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter