Gids voor verborgen spraakverwarringen tussen Belgen en Nederlanders (12)
De landsgrens NL-BE trekt een duidelijke scheidingslijn doorheen het Nederlandse taalgebied voor wat betreft de huidige betekenis(sen) van een handvol woorden en uitdrukkingen; in deze gevallen gebruiken Nederlanders en Belgen dus dezelfde termen maar bedoelen ze er iets anders mee.
Het spreekt voor zich dat je hier een momentopname ziet, want zoals het een levende taal betaamt, is ook de onze altijd in beweging – met regelmaat vinden er dan ook talige uitwisselingen plaats tussen noord en zuid.
Quasi
In de vorige aflevering van De gids voor verborgen spraakverwarringen bespraken we uitvoerig het verschillend gebruik van zogezegd tussen Belgen en Nederlanders. We schreven daar onder andere dat zogezegd voor de Belg meestal een uitgesproken ironische nuance heeft in de hoofdbetekenis van dat woord: ‘in schijn’. In een klein aantal gevallen bedoelt de Belg bij wijze van spreken en dat is dan weer de meest voorkomende betekenis voor de Nederlander!
De online Dikke Van Dale geeft ons ter verduidelijking twee synoniemen voor de ‘Vlaamse’ betekenis van zogezegd, namelijk: zogenaamd en quasi.
Voor de Nederlander zijn die synoniemen allebei verduidelijkend, maar menig Belg zal quasi niet (h)erkennen als synoniem van in schijn: ten zuiden van de landsgrens is de betekenis van quasi immers: vrijwel, nagenoeg.
Taaladvies.net beschouwt deze betekenis als standaardtaal in België.
Wie heeft er nu eigenlijk gelijk, de Belgen of de Nederlanders? Welke betekenis was er eerst? Het antwoord hierop is simpel: de twee betekenissen, of nuances zo je wil, zijn even oud. Quasi is ontleend uit het Latijn en in die taal werd dit woord in verschillende betekenissen gebruikt: zogenaamd, alsof (quam-si) én ongeveer, nagenoeg. In de loop van de eeuwen is die laatste betekenis vooral in het zuiden blijven voortbestaan, vermoedelijk onder de invloed van, jawel, het Frans. In die taal betekent quasi immers uitsluitend ‘bijna, nagenoeg, zo goed als’.
Door dat betekenisverschil kan in bepaalde contexten de Belgisch-Nederlandse betekenis van een zin waarin het woord quasi voorkomt nagenoeg lijnrecht tegenover de Nederlands-Nederlandse betekenis liggen. In het gelijknamige artikel op het Vlaams woordenboek staat een hele bloemlezing.
Weerhouden
We lezen op de website taaladvies.net:
‘Weerhouden van’ betekent in de standaardtaal afhouden van, terughouden, tegenhouden, beletten.
Nederlanders gebruiken het woord alleen op deze manier, meestal in combinatie met het voorzetsel van of in de passieve vorm, met door (door iets weerhouden worden).
In België gebruikt men, meestal in formele contexten, het woord ook zonder dat het gevolgd wordt door van of door (of voorafgegaan door ervan of (er)door). Dan krijgt het woord een andere betekenis: overhouden, in aanmerking nemen, selecteren. Dat is dus het tegengestelde van het algemene gebruik van het woord! Dit lijkt op ’t eerste zicht een absurde, onhoudbare situatie. Of is het dat toch niet?
Een klassiek voorbeeld van de verwarring die het woord kan veroorzaken onder noordelijke en zuidelijke Nederlandstaligen vinden we in sollicitatieprocedures, waar je door mag naar de volgende ronde als je kandidatuur ‘weerhouden wordt’. Dezelfde situatie bestaat ook bij offertes die weerhouden kunnen worden. Dat betekent meestal dat die offerte aanvaard is en niet dat ze geweigerd is. Juristen gebruiken het woord ook graag in de ‘Franse’ betekenis – inderdaad: critici van het ‘Belgische’ weerhouden halen het graag aan als een typisch voorbeeld van een gallicisme, en dat zeker al sinds eind 19de eeuw. Hoe zit dat?
De vertaling van het standaardtalige weerhouden (tegenhouden, beletten etc.) in het Frans luidt: retenir. Maar dit Franse retenir heeft nog meer betekenissen die het Nederlands niet kent, bijvoorbeeld onthouden en bijhouden. En ook: in aanmerking nemen. Die betekenis beschouwt men dan als leenvertaling. En een leenvertaling uit het Frans die niet als standaardtaal wordt beschouwd (wat op dit moment nog steeds het geval is voor de Belgisch-Nederlandse betekenis van weerhouden) noemen we een gallicisme.
Nederlanders gebruiken het woord weerhouden in deze context overigens heel zelden.
Belgen kennen formuleringen met weerhouden van ook, in de standaardtalige betekenis.
Bijvoorbeeld: ‘Ik heb Joris ervan weerhouden om nog langer weerhouden op zijn Belgisch-Nederlands te gebruiken.’
Wouter Scholten zegt
Niet tot verwarring leidend, tenminste, dat denk ik, maar het valt me op dat in België bijna altijd wordt gesproken van “mama” (of papa) terwijl in Nederland we “moeder” (of vader) zeggen/schrijven. Ik lees nu in De Morgen “…dat het al begint in de buik van de mama.” Het zijn bij ons de jonge kinderen, de kleuters, die spreken over mama en papa als ze het over hun ouders hebben. Als bij wijze van spreken een 16 jarige tegen zijn vrienden zegt dat hij naar zijn mama gaat, dan wordt hij hoogst waarschijnlijk daarvoor uitgelachen. Maar dus ook in de Belgische media worden de woorden moeder en vader vervangen door mama en papa en dat komt mij wat kinderachtig over.
Frank Mutsaers zegt
De link naar “Een klassiek voorbeeld van de verwarring” werkt niet meer. De website gidsvoorhetzuiden.nl is uit de lucht. Maar gelukkig wordt alles bewaard wat op internet staat en stond.
https://web.archive.org/web/20200809231245/http://www.gidsvoorhetzuiden.nl/weerhouden-betekenis-belgie/