Gids voor verborgen spraakverwarringen tussen Belgen en Nederlanders (11)
De landsgrens NL-BE trekt een duidelijke scheidingslijn doorheen het Nederlandse taalgebied voor wat betreft de huidige betekenis(sen) van een handvol woorden en uitdrukkingen; in deze gevallen gebruiken Nederlanders en Belgen dus dezelfde termen maar bedoelen ze er iets anders mee.
Het spreekt voor zich dat je hier een momentopname ziet, want zoals het een levende taal betaamt, is ook de onze altijd in beweging – met regelmaat vinden er dan ook talige uitwisselingen plaats tussen noord en zuid.
Pistolet
De woorden [pistoletje] en [pistolet]– uitgesproken volgens Nederlandse klank-tekenkoppeling – hoort men in Nederland, terwijl de Belgen spreken van een [pistolee]. Ze schrijven dat wel als pistolet, want ’t is Frans. Het meervoud van de Belgische [pistolee] is [pistolees].
Een uitspraakverschil, meer niet? Toch wel! Een Nederlands pistoletje is geheel iets anders dan de Belgische pistolee. In België is het een knapperig rond broodje met heerlijk smeuïge, spierwitte kruim. Erg populair om tijdens luie zondagochtenden te nuttigen of aan de koffietafel na een uitvaart. Het Nederlandse pistoletje is dan weer meer een kort stokbroodje (langwerpig dus), met over het algemeen een minder luchtige kruim dan de Belgische versie.
Het Etymologisch Woordenboek van het Nederlands zegt ons dat de Franstalige Belgen de term wellicht ongeveer twee eeuwen geleden hebben gelanceerd om een broodje mee aan te duiden dat iets weg had van een revolver oftewel een pistool. Dat kan wel zo zijn, maar in het Limburgs etymologisch woordenboek (op dezelfde internetpagina), meldt Frans Debrabandere een attestatie uit Frankrijk van vroeger datum. Hij haalt ook aan dat men volgens het Antwerpsch Idioticon van Cornelissen-Vervliet vroeger in Antwerpen langwerpige pistolees at. Die betekenis is tegenwoordig helemaal verdwenen in België.
Als een Belg een Nederlandse pistolet ziet, zal die waarschijnlijk zeggen: ‘Maar dat is toch geen pistolet, dat is een piccolo! En toch heeft de Nederlander het in deze kwestie eerder bij het rechte eind dan de Belg, want zeg nu zelf, een Belgische pistolet heeft toch minder vormovereenkomsten met een pistooltje dan het pistoletje uit Nederland. Aan de andere kant: de piccolo (uit het Italiaans, ‘klein’) is inderdaad een klein stokbrood. Daar heeft de Belg dan wel weer gelijk.
Sandwich
Ook als je een sandwich bestelt aan de andere kant van de landsgrens, zou je raar kunnen opkijken. Een Nederlandse sandwich (uitspraak op zijn Engels: [sentwitsj]) bestaat uit twee dunne sneetjes brood, meestal zonder korst, met beleg ertussen. Net zoals de Engelsen dus. Als dat niet genoeg is, kun je ook een dubbele sandwich of club sandwich (drie of meer sneetjes brood met beleg ertussen)vragen of maken. Belgen kunnen zich niets voorstellen bij een dubbele sandwich. Hun sandwich (uitspraak [santwisj] of [santwies]) is wat Nederlanders een puntbroodje noemen: een langwerpig, zoetig broodje. Het wordt in gelijkaardige situaties genuttigd als de pistolet en is populair voor het lunchpakket tijdens schooluitstapjes.
Sandwich (het woord, niet het ding) is een uit het Engels ontleend eponiem. Dat betekent dat het afgeleid is van een naam. Meestal is dat een persoonsnaam, maar sandwich is min of meer een uitzondering. De Engelse sandwich is immers vernoemd naar John Montagu, de vierde graaf van (nu komt het) Sandwich! Die man was een verwoed gokker en zou ooit 24 uur aan een speeltafel hebben doorgebracht met als enige ‘voedsel’ wat plakjes koud vlees tussen sneetjes brood. Hiermee is de vraag welke van de twee betekenissen de originele is meteen beantwoord: de Nederlandse sneetjes met beleg. Een vluchtige rondgang op Wikipedia leert ons dat een zeer groot gedeelte van de internationale medemensen met – een vormvariant van – het woord verwijst naar dit voedselwaar. Het is niet duidelijk waarom en wanneer dat in België veranderd is.
Wat betreft de figuurlijke betekenis van het woord: iets dat gekneld zit tussen twee zaken, doen de Belgen wel mee. Zo kan een auto zowel in België als in Nederland gesandwicht worden.
Peter Debrabandere zegt
Misschien is deze opmerking niet zo relevant. Maar toch … Een revolver is niet hetzelfde als een pistool. De revolver is overigens pas ontstaan nadat het woord “pistolet” voor het broodje op basis van een vergelijking met de vorm van een pistool ontstond. (Een revolver heeft een roterend magazijn. Een pistool heeft een losse patroonhouder.)
roeland cortois zegt
Zeker wel relevant! Dank voor de opmerking.
Hubert J.M.W. Peters zegt
In de zestiende en zeventiende eeuw (tijdens de Tachtigjarige Oorlog) komt in Holland het woord ‘pistolet’ voor in de betekenis van een toenmalig betaalmiddel: de ‘Spaanse munt’.
Zo bijvoorbeeld in het beroemde hekeldicht, de Geuzenvesper (1631?), van Joost van den Vondel (1587-1679). Daarin beklaagt deze het lot van Johan van Oldenbarnevelt die door Prins Maurits’ toedoen in 1619 op het Binnenhof in Den Haag werd onthoofd. Hierin komen de regels voor dat Van Oldenbarnevelt nooit verradersgeld van de Spanjaarden heeft aangenomen:
… Maar waarom den hals gekorven
Want zijn bloed
Was in d’aders schier verstorven;
In zijn goed
Vond men nooit de Pistoletten
Van ’t verraad …