Van smartlap tot boerenpummelrock: VI
Deze tekst is het resultaat van de Olympiade van PlusNederlands, die dit jaar in aangepaste vorm doorging. Leerlingen konden individueel deelnemen aan een Onderzoekslab, waarbij ze onder begeleiding van een of meerdere onderzoekers van een Nederlandse of Vlaamse universiteit met een eigen project aan de slag gingen. Tom Withaar uit vwo 5 van het Praedinius Gymnasium in Groningen was een van de enthousiaste deelnemers. Samen met zijn begeleiders Kristel Doreleijers (Tilburg University/Meertens Instituut) en Jos Swanenberg (Tilburg University) verdiepte hij zich de afgelopen maanden in de motivaties voor artiesten om in dialect te zingen. In deze blogserie bespreekt hij de belangrijkste resultaten van zijn taalkundige verkenning. Vandaag in deel VI de vijfde casestudy: Marlene Bakker.
Casestudy 5: Marlene Bakker (Groningen, 2010 tot heden)
Waarkhanden dij t laand plougen
Waarkhanden – Bakker, 2018
En mie goud grootbrocht hebben
Ik rie deur dreug plattelaand
terwiel de wind der deurhìn roast
en ik aan die denk, hou of wie hier ooit woond hebben
De laatste Groninger artiest die ik bespreek is Marlene Bakker, waarna we het rurale platteland achter ons laten en inzoomen op dialectmuziek uit het stadse Amsterdam. Marlene Bakker maakt muziek met poëtische, verstilde teksten, vaak over het plattelaand. Haar muziek heeft daarom wel wat weg van de liedjes van Ede Staal. In een interview in het Dagblad van het Noorden zegt ze interessante dingen over haar dialectkeuze, over de verandering van dialect en over de sfeer die het Gronings aan een tekst geeft.
Marlene Bakker is geboren in Niezijl en groeide op in Smeerling. Haar ouders spraken onderling wel Gronings, maar niet met hun kinderen. Toen Marlene Bakker ging studeren verliet ze het Groninger kleilandschap en ging ze naar Tilburg, naar de Rockacademie. Ze zong daar voornamelijk liedjes in het Engels. Om terug te keren naar haar roots begon ze uit heimwee daarnaast ook in het Gronings te schrijven. Het is opvallend dat Marlene Bakker het Gronings dus niet van huis uit als moedertaal heeft meegekregen, maar later als tweede taal heeft geleerd. Toch heeft ze de toal in haar kinderjaren veel gehoord en heeft ze er dus wel een diepe connectie mee. Hierover zegt ze het volgende: ‘Het Gronings was mij in het begin vreemd, er was een soort afstand naar de taal. Via de muziek heb ik mij de taal eigen gemaakt. Het Gronings is mij nu vertrouwd.’ Marlene Bakker schrijft haar liedjes dan ook zelf direct in het Gronings; het zijn geen gekunstelde vertalingen vanuit het Nederlands. Vervolgens controleert Hindry Schoonhoven (een docent Gronings) haar teksten om ervoor te zorgen dat haar taalgebruik ‘goed Gronings’ is.
Met haar dialectmuziek draagt Marlene Bakker bij aan het behoud van het Gronings. Ze vindt het ook belangrijk om te omarmen dat dialect verandert. Groningers moeten nieuwe sprekers van het dialect niet gaan verbeteren, ook het nieuwe Gronings is mooi: ‘Er is niet één soort Gronings. Ook het Gronings van zogenaamde nieuwe sprekers is interessant; zij hebben ook een verhaal en een verbintenis met de taal. Omarm alle ontwikkelingen rondom de streektaal. Alleen dan blijft de taal levend.’
Marlene Bakker geeft – net als Gerard van Maasakkers – aan dat ze bij dialect een andere feeling heeft dan bij het Standaardnederlands. Het Gronings voelt voor Marlene Bakker compact: ‘Je hebt weinig woorden nodig om iets uit te leggen.’ Daarnaast voelt het Gronings voor haar ook als iets van lang vervlogen tijden: ‘Na een optreden in Brabant vertelde een bezoeker mij dat het Gronings voor hem klinkt als een haast mythische, Keltische taal. […] Het voelt ook als een taal die teruggaat naar een soort oertijd.’ Voor Marlene Bakker zijn dus twee componenten van het Gronings belangrijk: een nieuwe component (het omarmen van nieuw gebruik van het Gronings om het dialect levend te houden) en een oude component (de verbinding met klanken ‘uit de oertijd’). In haar muziek voel je dan ook het enthousiasme voor de levende toal en ook hoe de Groningers uit een ver, mythisch verleden door haar beetje bij beetje tot leven worden gewekt.
Na de rurale dialectpop gaat de laatste casestudy in de volgende bijdrage over de Amsterdamse muziek van Sophie Straat.
Literatuur
Bakker, M. (2018). Waarkhanden. Streektaalzang. http://www.streektaalzang.nl/strk/gron/text/textmba2.htm
Bakker, M. (z.d.). Info. Marlene Bakker. https://marlenebakker.nl/nl#info
Ottay, P. & Pot, A. (23 maart 2020). Marlene Bakker: ‘Gronings voelt als een taal die teruggaat tot een soort oertijd’. Dagblad van het Noorden. https://www.dvhn.nl/cultuur/Marlene-Bakker-Gronings-voelt-als-een-taal-die-teruggaat-tot-een-soort-oertijd-25490709.html
Poparchief Groningen. (z.d.). Marlene Bakker. Poparchief Groningen. https://poparchiefgroningen.nl/zoeken?mivast=3590&mizig=398&miadt=5&miaet=14&micode=POPACTS&minr=11713855
van Kelckhoven, L. (5 augustus 2016). Marlene Bakker neemt debuut-cd op in Utrecht. Dagblad van het Noorden. https://www.dvhn.nl/groningen/Marlene-Bakker-neemt-debuut-cd-op-in-Utrecht-21543451.html
Laat een reactie achter