‘Augustus’ — uit de maandencyclus van Folgóre da San Gimignano, plus het ‘tegensonnet’van Cenne de la Chitarra, beide vertaald door Frans van Dooren.
Augustus
Ik schenk je in augustus een vallei
met dertig hooggelegen bergkastelen,
waar zoele zuchtjes door ’t geboomte spelen
en je je steeds welvarend voelt en vrij;
’s morgens en ’s avonds hoog te paard en blij
je oog door ’t zoete landschap laten strelen
met stadsburchten waarvan je de kantelen
nooit in de verte ziet, maar steeds dichtbij.
En in een stroomdal, dat je een rustplaats gunt,
je even in de hof van Eden wanen,
en met de middagzon op het hoogste punt
loom luieren in lommerrijke lanen
terwijl je geld uitgeeft zoveel je kunt
aan alles wat maar goed is in Toscane.
Folgóre da San Gimignano (1270-1322)
••
Augustus
Ik schenk je in augustus rust op ’t volle
zeestrand van Senigallia, fris en fijn,
en elke dag laat ik je als medicijn
dertig mijl draven op aftandse knollen,
die je ongezadeld voort moet laten hollen
langs een stinkende drekvaart vol venijn;
en voor je weer op je uitgangspunt zult zijn,
zullen je billen beurs zijn en gezwollen.
En als ze daar je rust te veel bedreigen,
zet ik je in Chiusi neer, zo afgemat
dat je geen knoop meer los of vast kunt krijgen
en platzak rond moet struinen door de stad,
en dan als wolven met de bek wijd open
eens in de week door ’t rijke Siena lopen.
Cenne da la Chittara (?-1336)
Laat een reactie achter