Afgelopen week zat er een bijzondere verrassing bij de post: het debuut van Suzanne Voets, De toverlantaarn. Geïnspireerd door de Camera Obscura. De twintigjarige auteur studeert Nederlands aan de Radboud Universiteit en dit boek vol schetsen en verhalen in de stijl van Hildebrand is een bewerking van haar VWO-profielwerkstuk!
In de vertelstem van De toverlantaarn versmelten de vroege negentiende eeuw (de stijl, humor, rubriceringsdrift en voorstellingswijze van Camera Obscura) met de eenentwintigste eeuw (telefoons, auto’s, gebrek aan parkeerplaatsen bij een café). Dat mengsel levert een heerlijk boek op, waarmee ik mij in de zaterdagse trein enorm heb geamuseerd. Voets schreef geen flauwe imitatie of pastiche, maar laat zien wat literatuur uit het verleden ons (haar!) te zeggen heeft. De geestigheid en diepe mensenkennis van Hildebrand zijn op haar overgeslagen. De toverlantaarn bevat prachtige zedenschetsen als ‘Moestuinvreugd’, de driedelige ‘Horeca-ergernissen’, ‘Herfstsymfonie’ (met gedichten van Nicolaas Beets) en langere verhalen, zoals ‘De familie Harbrinck’. Kopieerlust in het kwadraat en dat op verbluffend hoog niveau.
De schrijfster zal de aandacht van de lezer – of hij of zij het nu wil of niet – van deze spannende voorstelling wegdrijven. Wij changeren eens van polariteit, en nemen in plaats van de gast, de werknemer als uitgangspunt, en in het bijzonder de werknemer die alle weekenden aanwezig is in De Kikker: de cafékelner.
Dank Suzanne Voets voor deze bron van inspiratie voor heel jonge beoefenaren der letteren en deze bron van hoop voor de toekomst van het literatuuronderwijs!
Lezen dat boek, als ge neerlandicus zyt of als ge iets anders zyt!
Suzanne Voets, De toverlantaarn. Geïnspireerd door de Camera Obscura. Amsterdam/Antwerpen: De Arbeiderspers, 2021. Bestelinformatie bij de uitgever.
Willem Kuiper zegt
Ook ik werd afgelopen zaterdag verrast met dit boek, dat vergezeld ging van een “Beste Willem” kaartje. Zal morgen Singel Uitgeverijen via e-mail bedanken en vragen waarom Sinterklaas dit jaar zo vroeg valt. Hoewel ik geen moderne literatuur meer lees, ben ik er toch aan begonnen en heb ik de Voorrede gelezen. Onvoorstelbaar dat een twintigjarige dit geschreven zou hebben. Maar ik ga erin doorlezen, want ik kwam op p. 10 een uitspraak tegen die mij uit het hart gegrepen is: “Toen ik op de middelbare school voor het eerst kennismaakte met Nederlandse literatuur uit andere eeuwen, besefte ik dat ik veel nauwer in contact kwam te staan met een andere tijd wanneer ik een werk las dat niet geschreven was ‘over’ die tijd, maar ‘in’ die tijd.” Vroeg mij af op welke middelbare school zij gezeten heeft, waar leerlingen nog kennismaken met Nederlandse literatuur uit andere eeuwen. Of ik dit boek ga uitlezen kan en wil ik niet beloven, maar voorlopig houd ik het in het zicht en binnen handbereik, want ik ben oprecht nieuwsgierig naar haar verhalen geworden.
Simone zegt
Eckartcollege, Eindhoven.
Willem Kuiper zegt
Goede school!