‘Dus hij ging zeg maar een half uur over zijn ex praten.’
‘Oh my God, hoe awkward is dat?!’
‘Ja weet je ik ben er ook echt wel klaar mee ofzo.’
‘Echt hè! Hé maar kaartjes voor Lowlands, hoe leuk is dat?’
Meisjes in de trein. Skinny jeans, jas met nepbontkraag, telefoon in de hand. Oude mensen kijken humeurig op van hun krant. Oh my god, zeg maar, awkward: ze scoorden allemaal heel hoog bij de Weg met dat Woord!-verkiezing. Dat is een verkiezing die het instituut waar ik werk, het Instituut voor de Nederlandse Taal (INT), sinds een paar jaar organiseert. Woorden waar je zeg maar echt klaar mee bent, wegstemmen, ofzo. De verkiezing wordt steeds populairder, want lachen om taalfouten is leuk, en lekker afkeuren wat vreemd, onnodig hip of nietszeggend is, ook. Dit jaar was awkward voor het eerst kandidaat, wat ook wel te verwachten was, want, bah, jongerentaal, en bah, Engels, maar ook good ol’ leuk werd voor het eerst met een hartgrondige passie afgekeurd. Interessant, want op dat woordje studeerde ik honderd jaar geleden af bij Ariane van Santen én Arie Verhagen. Leuk is anders besloeg zo’n 175 pagina’s, en achteraf wist ik nog niet helemaal wat leuk nou precies betekent, maar sinds mijn afstuderen gaat heel regelmatig de telefoon en willen, meestal redelijk hippe, radiostations en kranten ook graag weten wat leuk nou precies betekent.
Ariane en Arie, en later ook Fons en Piet, leerden me veel over woorden en hun betekenissen, maar Arie ook nog over iets anders: constructies. Even terug naar vorig jaar, diezelfde woord-verkiezing: opvallend veel inzenders ergeren zich aan constructies. ‘Dan heb ik zoiets van: woorden wegstemmen is zóóó gisteren/2002/last year.’ Constructies wegstemmen is zeg maar ook echt een ding. Hoe opvallend is dat? Maar ‘Weg met die constructie!’ bekt toch net wat minder goed, dus we blijven onze oude naam voeren.
We noemen het maar even de hoe X is dat?-constructie. Het is een vraag, maar ook weer niet. Het is zeker niet hetzelfde als ‘Was het vet/cool/lauw/moeilijk/leuk?’, want het is geen vraag aan iemand anders, maar meer een soort uitroep. Een retorische vraag eigenlijk. Maar ‘Hoe vet/cool/lauw/moeilijk/leuk is dat?’ drukt net iets meer enthousiasme uit dan alleen ‘vet!/cool!/lauw!/moeilijk!/leuk!’ zeggen, dus ‘Hoe X is dat?!’ met vraagteken én uitroepteken lijkt me een goede ‘oer’-vorm.
En de X is dan meestal een bijvoeglijk naamwoord, en dan meestal eentje die een bepaalde eigenschap uitdrukt. En het zijn vaak bijvoeglijk naamwoorden die jongeren fijn vinden: ‘Hoe wreed is dat?’ ‘Hoe moeilijk is dat?’ ‘Hoe ziek is dat?’ ‘Hoe dope is dat?’ En dat is allemaal heel positief. Open deur, maar ‘Hoe hout is dat?’ kan dus niet.
Soms duikt er na hoe ook weleens een ander soort woord op: op een hiphopconcert hoor ik zomaar live naast me luid en duidelijk ‘Wow! Hoe straat is dat?’ En op het forum Girlscene lees ik ‘Ik ben een bloggerhipster en ik heb niet eens een blog, hoe hipster is dat’. Journaliste Renske de Greef wees vorig jaar in de NRC ook al op vergelijkbare (maar toch net iets andere) uitingen, bijvoorbeeld ‘Zelfs zijn labradoodle had een knot. Hoe hipster kan je zijn?’ De Greef vindt het niks, en we mogen nooit meer ‘Hoe leuk is dat?’ zeggen. Ze vindt de constructie vooral niet precies genoeg, want hoe leuk dan precies? Dat weet je dus niet, maar dat komt vast ook door dat vage woordje leuk, denk ik dan gelijk. In ieder geval is de constructie niet onopgemerkt gebleven, hoe interessant is dat!
Maar Arie met pensioen, OMG, hoe jammer is dat!
Laat een reactie achter