We zijn eruit: het Nederlands kan worden uitgebreid met een zeer goede taalregel, streng en ingewikkeld. De kwaliteit van de inzendingen heeft de jury – dit jaar bestaande uit een delegatie van de hoofdredactie van Neerlandistiek en de taalregeldeskundige Wouter van Wingerden – aangenaam verrast. Het bleek nodig zijn om de ingezonden regels in de praktijk te beproeven. Bij een aantal experimenten bleken sommige van de ingezonden regels de taal niet onnodig ingewikkelder te maken.
Deze werkbare regels zijn geschrapt, en op. die manier bleef een shortlist over van vijf kandidaat-regels, waar de regel die u instuurde in ieder geval bij zat. Deze regels werden vervolgens onderworpen aan verschillende taalkundige analyses: hoeveel kans geven ze op verschillende interpretaties zodat deskundigen het onderling eindeloos oneens kunnen blijven? Hoe zorgen ze er maximaal voor dat deskundigen degenen die de regels niet kennen goed kunnen uitlachen.
Uiteindelijk kwam hier een wetenschappelijk verantwoorde unanieme winnaar uit: Daan Wesselink stuurde een goed gedocumenteerde regel in die het Nederlands korter maakt zonder te vervallen in smileys of afko’s. Let bovendien aan het interessante gender dat aan onze taal wordt toegekend in de eerste zin:
Mijn grootste ergernis aan het Nederlands is hoe onnodig wijdlopig hij is. Om competitief te blijven in het hedendaags gejaag, zal het allemaal rapper en bondiger moeten. Een uitstekend instrument hiervoor is de beknopte bijzin; het onderwerp van de hoofdzin herhalen in de bijzin is tenslotte je reinste tijdverspilling!
Ik stel voor bijzinnen met hetzelfde onderwerp als de hoofdzin ongrammaticaal te verklaren.
1a) *Ik besluit dat ik naar bed ga
1b) Ik besluit naar bed te gaan
1c) Ik besluit dat zij naar bed gaat
2a) Zij besluit naar bed te gaan
2b) Zij besluit dat zij naar bed gaatDeze regel maakt voorbeeldzin 1a ongrammaticaal, ten gunste van de efficiëntere zin 1b. Zin 1c met twee verschillende onderwerpen is natuurlijk nog steeds in orde. De zinnen 2a en b laten zien dat er ook dubbelzinnigheden worden opgelost. Dankzij deze nieuwe taalregel, moge het duidelijk zijn dat in de eerste zin de besluiter zelf naar bed gaat en in de tweede iemand anders. Het laatste voordeel is voor leraren Nederlands. Aangezien bovenbouwleerlingen nu al geacht worden maandenlang te oefenen met foutief beknopte bijzinnen, zal meer beknoptheid geheid zorgen voor nog meer oefeningen, extra lesuren en daarmee waardering voor het leraarschap. Tel uit uw winst.
Bijzinnen die vroeger met “of” of “dat” zouden beginnen, zijn gemakkelijk beknopt te maken, maar voor andere bijzinnen is het niet altijd even duidelijk wat de nieuwe grammatica voorschrijft. Hieronder een kort overzicht met beknopte alternatieven voor vaak voorkomende voegwoorden:
Temporeel:
Als/Wanneer -> Ik loop naar school, naar school moetend
Nu -> Ik loop naar school, nu naar school moetend
Toen -> Ik liep naar school, toen naar school moetend
Terwijl -> Ik loop naar school, een appel etend
Nadat -> Ik loop naar school, na een appel gegeten te hebben
Totdat -> Ik loop naar school, tot een appel gegeten te hebben
Voordat -> Ik loop naar school, voor een appel te eten
Sinds -> Ik loop naar school, sinds een kapotte fiets te hebbenCausaal:
Doordat -> Ik loop naar school, door een kapotte fiets te hebben
Omdat -> Ik loop naar school, wegens een kapotte fiets te hebben
Waardoor -> Ik loop naar school, daardoor een half uur nodig hebbend
Zodat -> Ik loop naar school, daarom een half uur nodig hebbend
Opdat -> Ik loop naar school, om toch nog aan te komenConditioneel:
Als/Indien -> Ik loop naar school, indien een kapotte fiets te hebben
Tenzij -> Ik loop naar school, behalve indien een fiets te hebben
Mits -> Ik loop naar school, op voorwaarde tijd te hebbenOverig:
Hoewel -> ik loop naar school, hoewel weinig tijd hebbend
Ondanks dat -> Ik loop naar school, ondanks weinig tijd te hebben
Zoals -> ik loop naar school, zoals dat elke dag te doen
Alsof -> Ik loop naar school, als het ware dat elke dag te doen
Dit is reeds de tweede keer dat Wesselink de taalregel van het jaar schreef. In 2018 stelde hij succesvol het foutieve gebruik van het woord heen aan de kaak; sindsdien gebruikt men in beschaafde conversatie het woord daarheen niet meer. Wij hopen dat de niet-beknopte bijzin een soortgelijk lot zal ondergaan. Doordat Wesselink nu reeds voor de tweede keer wint, maakt hij er kans op om bij de volgende verkiezing de felbegeerde wisselbokaal ook te mogen houden.
Eervolle vermeldingen gaan naar Michaël De Caesemaeker, Jan Willem van Dormolen, Lena Heynen en Sylvia W. En u lezer: verbeter de wereld en erger u voortaan aan onterecht onbeknopte bijzinnen!
hansniemeijer17 zegt
Spuuglelijk die “alternatieven”. Ik zal die “regel” met veel genoegen naast me neerleggen.
Lia+van+Gemert zegt
Vanwege een grote hekel aan vergezocht gebruik van ’te plus infinitief’ besluit ik deze regel te negeren,