Emoties hebben we allemaal en soms is er sprake van een conflict. Dat kan een conflict zijn tussen emoties of conflicten die emoties veroorzaken. In dit eerste gezamenlijke jaarcongres van de Werkgroep Zeventiende Eeuw en de Werkgroep Achttiende Eeuw willen we verkennen hoe mensen individueel of in groep in de vroegmoderne tijd omgingen met emoties, of dat nu conflicterende emoties waren of emoties in conflictsituaties.
In het onderzoek naar de emotionele cultuur van de vroegmoderne tijd is er vaak gesteld dat emoties in de lange zeventiende en de lange achttiende eeuw onderdrukt of tenminste gereguleerd dienden te worden. In zijn The Navigation of Feeling (2001) stelde William M. Reddy dat samenlevingen streven naar een emotioneel evenwicht en daarom sommige emoties afwijzen en andere reguleren binnen een emotional regime. Wanneer individuen niet in staat zijn hun emoties in overeenstemming te brengen met het emotional regime ontstaat emotional suffering. In Early Modern Emotions (2017) onder redactie van Susan Broomhall wordt onder meer de relatie tussen emoties en destructieve ervaringen onder de loep genomen. Zo schrijft Erika Kuijpers in dat kader over oorlog en geweld, waarbij ze wijst op het belang van egodocumenten bij het in beeld brengen van vroegmoderne geweldservaringen en de emoties die ermee verband houden, evenals de meer sturende werking van gedrukte teksten ten aanzien van het in stand houden van conflicten en de emoties die deze conflicten voeden.
Op haar beurt stelde Barbara R. Rosenwein in haar onderzoek naar emotional communities dat mensen deel uitmaken van verschillende gemeenschappen die in verschillende omstandigheden andere verwachtingen hebben rondom de uiting en regulering van emoties. De vraag rijst dan wat er gebeurt als deze communities in conflict zijn. Waar Reddy en Rosenwein vooral onderzoek deden naar ideeën over emoties in een samenleving, focuste Monique Scheer in het bijzonder op het lichaam. Het door haar geïntroduceerde concept emotional practices kan ons helpen om juist de specifieke handelingen rondom emoties in kaart te brengen. Dat lichaam kan volgens Scheer namelijk geconditioneerd en gedisciplineerd worden en is onderhevig aan culturele normen en waarden.
Deze drie onderzoekers vertegenwoordigen min of meer drie onderzoekslijnen in de emotiegeschiedenis. De vroegmoderne Nederlanden zijn tot nog toe in beperkte mate volgens deze onderzoekslijnen onderzocht. Zo paste Kristine Steenbergh reeds het begrip emotional communities toe op Vondels Maria Stuart (1646). Het onderzoek van Inger Leemans, die samen met een team van historici en programmeurs het Historic Embodied Emotions Model ontwikkelde, laat zien welke relatie er tussen emoties en lichamelijkheid bestond in vroegmoderne toneelstukken. Dat onderzoek is ook een specifiek voorbeeld van de rol die de Digital Humanities kan spelen in het onderzoek naar emoties in de vroegmoderne tijd.
Andere onderzoekers openen nog andere perspectieven. Zo hanteert Jan Konst een poëticale benadering in zijn onderzoek naar de literaire representatie van de hartstochten in de zeventiende-eeuwse tragedie. Hij liet zien hoe in de Nederlandse tragedie uit de zeventiende eeuw de hartstochten op gespannen voet stonden met de ratio. Dorothee Sturkenboom onderzoekt in Spectators van de hartstocht (1998)de emotionele cultuur van de achttiende eeuw en neemt daarbij onder meer een genderhistorisch perspectief in. Freya Sierhuis betoogt voor de zeventiende eeuw dat mensen vele verschillende emotiestijlen tot hun beschikking hadden ondanks een dominante moraal. Het onderzoek van Eric Jan Sluijter naar de uitbeelding van de passies bij Rembrandt verbindt kunsthistorische en retorische inzichten over de meest effectieve manier om een kijker te beïnvloeden.
We willen onderzoekers van de lange zeventiende en lange achttiende eeuw uitnodigen om een bijdrage in te sturen met betrekking tot het thema ‘emoties in conflict’. De nadruk zal liggen op de representatie van emoties in conflict in diverse bronnen uit de 17de en 18de eeuw, van egodocumenten, kronieken, medische en theologische traktaten, toneelstukken, romans, prenten, schilderijen, muziek, tot poëzie. We zijn onder andere geïnteresseerd in antwoorden op de volgende vragen:
- Welke emoties botsten doorgaans met elkaar?
- Hoe dachten medici over emotionele conflicten?
- Wat voor conflicterende emoties zijn er te ontdekken in de huiselijke sfeer?
- Welke emoties speelden een rol in politieke en militaire conflicten?
- Welke (emotionele) reacties hadden mensen op religieuze conflicten?
- Welke rol speelden emoties in de vroegmoderne diplomatie?
- Hoe brachten emoties ruziënde groepen juist weer bij elkaar?
Abstracts van circa 300 woorden kunnen worden ingestuurd tot 1 mei 2022 naar het algemene mailadres: jaarcongres.dze.dae@gmail.com. Het congres vindt plaats op vrijdag 26 augustus 2022. Lezingen duren 15 minuten zodat er voldoende tijd overblijft voor discussie. Het is ook mogelijk om een abstract voor een panel in te sturen. Bijdragen zijn bij voorkeur in het Nederlands, maar Engels is ook toegestaan.
De congrescommissie
Olga van Marion
Lieke van Deinsen
Kornee van der Haven
Tine De Koninck
Carolina Lenarduzzi
Sven Molenaar
Tim Vergeer
Evi Dijcks
Laat een reactie achter