Kinderleven
Er rees een bloem ten avondhemel,
een roze kegel in het raam —
en toen kwam er een plots gewemel
tussen de vissen, want een naam
werd uitgesproken. Kikkers riepen
vanuit het wier en killig slijk.
En om wat parels op te diepen
dook iemand onder in het rijk
van kroos en mos en zieke stenen.
Glazen soldaatjes liepen daar
en meisjes, geurige sirenen,
ontbonden er hun vochtig haar.
Alfons Goris (1930-2018)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter