Franstalige studenten over Marga Minco
Dinsdag 30 maart 2021, 15.51 uur. Een mooie datum om een collegereeks over Marga Minco (1920) af te ronden. De dag daarop wordt ze 101 jaar oud. ‘Ze vindt drie cijfers veel te veel’, deelde Jessica Voeten mee over de reactie van haar moeder toen ze in 2020 gevraagd werd haar leeftijd te becommentariëren. Voor de honderdjarige schrijfster betekende dat jaar niet alleen de 75ste verjaardag van het einde van de Tweede Wereldoorlog, maar ook 75 jaar schuldgevoelens. ‘Je voelt je schuldig dat je er nog bent’, zei ze al in een interview uit 1973. ‘Dat toeval, dat volstrekte toeval dat je de ramp hebt overleefd. Dat geeft een schuldgevoel dat je niet meer kwijtraakt’.
De Jodenvervolging, het toeval van haar overleving, de kille ontvangst van de Holocaustoverlevenden vlak na de bevrijding, de vervreemding, de schuldgevoelens, de vereenzaming: ik breng ze allemaal in kaart vanachter mijn scherm. Op 16 maart 2021 is afstandsonderwijs nog steeds de norm aan de Universiteit van Luik. Als ik de term survivor’s guilt gebruik, komen de vragen. Wat is dit eigenlijk? Bij mijn uitleg laat ik de schrijfster aan het woord via een interview van een tiental jaren geleden: ‘Als ik me realiseer dat ik ineens oud ben, dan “Waarom ik?”, denk ik dan, “Waarom ben ik een uitzondering?” En dan denk ik aan mijn familie. Mijn ouders zijn niet oud geworden. Waarom ik dan wel? Dat heb ik me mijn hele leven wel zo af en toe op bepaalde momenten afgevraagd: waarom ik?’ (hier te beluisteren)
Ter illustratie van de unieke schrijfstijl die de Nederlandse stem van de Europese oorlogsliteratuur hanteert om deze thema’s aan te snijden, staan we tijdens dat inleidende college van dinsdag 16 maart 2021 ook stil bij enkele passages uit haar prozawerken. Het duurt niet lang voor de studenten hun virtuele hand opsteken en op mijn vraag ingaan om voorbeelden te geven van de ingehouden manier waarop zij haar verhalen vertelt, van de kracht van het impliciete waarvan ze doordrongen zijn en van hetgeen Johan P. Snapper (1999: 301) terecht onderscheidde als ‘mincoiaanse ironie’. Zo bespreken we onder andere de soberheid waarmee het tragische einde van ‘Het dorp van mijn moeder’ is geschreven en de dubbelzinnigheid van de zin waarmee afscheid wordt genomen van de lezer, het onheilspellende karakter van de ‘volle asbak’ en de ‘[verlepte] stervormige bloesems’ in ‘De dag dat mijn zuster trouwde’, en de ironische werking die uitgaat van het enthousiasme van de broer van de ik-verteller in Het bittere kruid als hij vlak voor zijn deportatie opmerkt: ‘We zullen iets zien van de wereld, het lijkt me wel avontuurlijk’.
Een paar dagen later kreeg ik via een kennis bericht van mijn vader. ‘We zijn uit W. vertrokken,’ schreef hij op een briefkaart die hij kennelijk uit de trein had gegooid, ‘we zijn op weg naar de grens. Moeder maakt het goed. De trein is erg vol.’ Hij had met potlood geschreven en zijn naam er niet onder gezet. Het was niet nodig. Ik herkende zijn handschrift zo wel. Geen enkele ondertekening deed er nog iets toe.
(‘Het dorp van mijn moeder’, laatste alinea)
‘Technisch is het perfect, het is verbijsterend en oneindig subtiel. Ook voor hedendaagse jongeren is het een boek dat pijnlijk invoelbaar maakt wat de Jodenvervolging betekende op “microniveau”’, aldus Jos Joosten over Het bittere kruid in zijn reactie op Eveline Aendekerks beledigende uitspraken. Haar zal ik hier niet meer aanhalen. Ik geef veel liever het woord aan drie van de Franstalige bachelorstudenten aan wie ik twee jaar geleden al college mocht geven over Marga Minco. Over ‘Het adres’, een voor hen toen nog onbekende tekst waarover ze een aantal vragen moesten beantwoorden, deelden ze mee:*
Ik vermoedde niet dat er zoveel subtiliteiten in zaten, dus ik moest de tekst verschillende keren lezen om een beter inzicht te krijgen.
Na de tweede lectuur werd het me duidelijk: ik moest verbanden leggen tussen het verhaal en het leven van de auteur zelf. Na enig speurwerk ben ik te weten gekomen dat het verhaal geïnspireerd is op het leven van Marga Minco. […] Ze is echt naar het adres gegaan om haar spullen terug te krijgen. Na deze ontdekking kreeg het verhaal een diepere dimensie: het heeft me nog meer geraakt doordat het deels autobiografisch is.
‘Het adres’ is een verhaal dat ik met veel plezier heb gelezen. […] Doordat er direct naar de kern van de zaak wordt gegaan, wordt de nieuwsgierigheid van de lezer gewekt en wil hij of zij meer lezen om de situatie te begrijpen. Bovendien blijft het thema van de oorlog een interessant onderwerp, vooral wanneer het verhaal geschreven is door iemand die de oorlog heeft meegemaakt.
Wat Marie-José Klaver en Yra van Dijk betogen over leesplezier en dialogisch en onderzoekend lezen is ongetwijfeld ook van toepassing op Franstalige leerders van het Nederlands die kennismaken met Minco’s werk. Dat maakte ik niet alleen mee bij ‘Het adres’, maar ook bij de bespreking van De val, waarin de Joodse Frieda ‘zich altijd [is] blijven afvragen waarom ze [de Duitsers, MJ] haar toen niet hebben meegenomen en waarom ze haar niet alsnog zijn komen ophalen’. Aan het toeval van haar overleving en de fataliteit die de oud geworden vrouw najaagt, besteed ik het leeuwendeel van de collegereeks die ik in maart 2021 mag verzorgen. Dat onze Luikse studenten er plezier in vonden het verhaal van Frieda Borgstein te lezen, valt af te leiden uit de vragen die ze stellen en de antwoorden die ze zelf formuleren. Tot het tijd wordt om afscheid te nemen, niet zonder vervolgvragen:
Met alle begrip voor het taalfoutje daar. Het moest ook zo snel met die chatfunctie.
Primaire literatuur
Minco, Marga. De andere kant. Verhalen. Twaalfde uitgebreide druk. Amsterdam: Bert Bakker, 1990.
Minco, Marga. De val. Negentiende druk. Amsterdam: Bert Bakker, 2019.
Minco, Marga. Het bittere kruid. Een kleine kroniek. Negenendertigste druk. Amsterdam: Bert Bakker, 1995.
Secundaire literatuur
Dijk, Yra van en Marie-José Klaver, ‘Leesplezier met Het bittere kruid van Marga Minco’. In: Neerlandistiek, 22 augustus 2022.
Garrel, Betty van, ‘Marga Minco: “Je voelt je schuldig dat je er nog bent”…’. In: Kroon, Dirk (red.), Over Marga Minco: beschouwingen en interviews. ’s-Gravenhage: BZZTôh, 1982, pp. 155-157.
‘Jongeren lezen steeds minder? TikTok biedt boekenbranche hoop’. In: NOS Nieuws, 21 augustus 2022.
Joosten, Jos, ‘Bitter smaakt het kruid’. In: Neerlandistiek, 22 augustus 2022.
‘Marga Minco 100 jaar: “Ze vindt drie cijfers veel te veel”’. Op: NPO Radio 1, 31 maart 2020.
Peters, Arjan, ‘P.C. Hooftprijs voor 98-jarige Marga Minco: Nederlandse stem van Europese oorlogsliteratuur’. In: de Volkskrant, 11 december 2018.
Snapper, Johan P. De wegen van Marga Minco. Amsterdam: Bert Bakker, 1999.
*Linguïstische onnauwkeurigheden zijn, waar nodig, verbeterd.
(Marie Jadot is promovenda en assistente Nederlands bij het Département de Langues modernes : linguistique, littérature et traduction van de Université de Liège)
Laat een reactie achter