Opeens stond de honderdjarige Hans Keilson in de belangstelling. The New York Times prees zijn romans Komedie in mineur en In de ban van de tegenstander, boeken van een halve eeuw oud. Meesterwerken, volgens die krant, en de Nederlandse pers pikte de lofprijzingen voor Keilson op. Zo verscheen hij als gast in De Wereld Draait Door, en mocht hij voor het eerst in zijn leven naar het Boekenbal. Eindelijk gerechtigheid? Het antwoord dat Keilson op die vraag gaf was helder. Het woord gerechtigheid was niet op hemzelf van toepassing. ‘Bij zo’n term dacht hij in de eerste plaats aan zijn vermoorde ouders.’
Het lange leven
Hans Keilson. Telkens een nieuw leven is een kloeke biografie, maar niet al te kloek zoals sommige andere biografieën. Biograaf Jos Versteegen (1956) heeft het turbulente en lange leven van Keilson binnen vierhonderd pagina’s weten te houden (exclusief noten en bibliografie), netjes opgedeeld in vier even grote delen, waardoor de vaart erin blijft. Versteegen is vooral bekend als dichter, vertaalde al eerder sonnetten van Keilson in het Nederlands en kreeg van de weduwe, Marita Keilson – Lauritz, vrij toegang tot het persoonlijk archief van haar man.
Keilson werd geboren in 1909 in Freienwalde an der Oder. Met precisie en verbeelding wekt Versteegen het vooroorlogse stadje tot leven. Keilsons ouders hebben een textielzaak die in de jaren twintig failliet gaat ten tijde van de grote geldontwaarding. Een oom helpt Keilson financieel om na zijn gymnasiumtijd medicijnen te kunnen studeren. Naast deze opleiding volgt hij ook een opleiding tot sportleraar. Het zijn gewone biografische gegevens in een tijdsgewricht dat dreigender wordt. In die zin wordt 1933 op verschillende vlakken een bijzonder jaar. Hitler komt aan de macht, Keilson debuteert met Das Leben geht weiter (over de teloorgang van de winkel van zijn vader) en hij ontmoet Gertrud Manz, zijn latere echtgenote. Dan zit de lezer nog in het eerste deel van de biografie. De voortekenen van de duistere periode zijn al zichtbaar. Als hij een minder nationalistisch gedicht van Heinrich Heine in de klas voordraagt, wordt hij door de andere jongens voor lange tijd verstoten. De biograaf is voorzichtig: ‘Antisemitisme was niet aantoonbaar in het spel, maar kan hebben meegespeeld.’ Het incident zal een litteken op zijn ziel blijven.
Onderduikliefde
Het hart van de biografie wordt gevormd door het tweede en derde deel. In het tweede deel, over de jaren 1936 tot en met 1945, volg je Keilson in zijn vrijwillige ballingschap naar Nederland. Zijn zus Hilde vertrekt naar Palestina, hun ouders blijven in eerste instantie in Duitsland en wijken pas in 1939 uit naar Nederland. Ook daar zijn ze niet veilig na de Duitse inval. Ze worden in 1943 naar Auschwitz gedeporteerd, en daar vermoord. Het zal later tot wrijving leiden tussen broer en zus, want hoe zou het zijn gegaan als de ouders niet naar Nederland maar naar Palestina waren geëmigreerd? Zo zetten beide kinderen zichzelf en de ander op late leeftijd vast in hun beider schuldgevoel. Het zijn de meest pijnlijke passages in de biografie.
Pijnlijk, maar dan van een geheel andere orde, verloopt de onderduikperiode van Keilson. Hij verlaat Gertrud – met wie hij vanwege de rassenwetten niet mocht trouwen – en Barbara, hun dochter, en vindt een geheim adres in Delft. Hij doet wat verzetswerk, zoals het bezorgen van bonnen en persoonsbewijzen, ‘maar zijn specialiteit lag op een ander vlak: proberen onderduikers een hart onder de riem te steken als ze het niet meer zagen zitten’. In 1944 ontmoet hij Hanna Sanders, een jonge Joodse vrouw die ook ondergedoken zat en met wie hij een geheime relatie begint. Hoe die verliep is goed te volgen in het postuum verschenen Dagboek 1944. Na de oorlog kiest hij toch voor Gertrud en trouwt met haar. Over het verdriet van Hanna schrijft hij: ‘Ik moet tot mijn eigen afschuw bekennen dat ik van haar wanhoop geniet. Het is het gemeenste schouwspel waartoe ik in staat ben.’
Trauma blijft
In het derde deel, van 1945 tot 1970, komt het dubbeltalent van Keilson tot bloei. Hij wordt psychoanalyticus – ‘zenuwarts’ staat er op een bordje voor zijn praktijk in Bussum, en helpt vooral getraumatiseerde Joodse kinderen. Daarnaast schrijft hij aan het boek over Hitler, In de ban van de tegenstander. Door de dood van zijn echtgenote, onder omstandigheden die zelfmoord niet geheel uitsluiten, valt een steunpilaar weg in zijn leven. Het lijkt dan ook mis te gaan met hem, tot er met de komst van een nieuwe liefde weer elan en stabiliteit in zijn leven ontstaat. Daarmee opent het vierde deel van deze biografie. Op hoge leeftijd verdedigt hij zijn proefschrift over trauma en de sequentietheorie, over fasen in de traumatische ervaringen van Joodse weeskinderen. Hoe na afloop van de traumatische ervaring de opvang verloopt, bepaalt grotendeels of het trauma van de patiënt verhardt of verzacht. Voor Keilson is er geen ‘na-trauma’, alleen een ‘doorlopend traumatisch proces’. Zijn onderzoek raakt de actualiteit als het gaat om de juiste opvang van getraumatiseerde mensen.
Durf af te dalen
Telkens een nieuw leven, het is een rake typering voor het energieke en gevarieerde bestaan dat Hans Keilson heeft geleid, van psychoanalyticus, sportdocent, literator en bestuurder (hij is ruim drie jaar voorzitter van het PEN-Zentrum deutschsprachiger Autoren im Ausland). In deze gevarieerdheid legt Versteegen de meeste nadruk op het literaire werk van Keilson, op zijn poëzie en zijn romans. Het is een weloverwogen biografie geworden, waarin Versteegen ook de minder aangename kanten van Keilson durft te belichten. Tegelijkertijd is deze opzet geheel in lijn van Keilsons literaire en psycho-analytische opvattingen. Niet voor niets citeert Versteegen Keilson halverwege de biografie: ‘Wanneer je durft af te dalen in je eigen haatgevoelens, angsten en lusten, word je een rijker mens en ontstaat er een evenwicht in jezelf. Je leert dan wat grenzen zijn: wat je wel en niet kunt, en ook hoe je kunt oppassen dat je geen schoft wordt, of doodsbang of oversekst. Het is als met een fles wijn: dat je niet de hele fles achter elkaar leegdrinkt, maar slechts twee glazen.’
Durven afdalen, om jezelf en de ander (ook de tegenstander) te begrijpen. Keilson deed het in gesprek met zijn patiënten, én in zijn literaire werk, waardoor er in al die gevarieerdheid steeds deze spanning herkenbaar is: durven en tegelijkertijd jezelf begrenzen.
Disclaimer: De recensent kent de biograaf goed. Zij zijn buurtgenoten en zo nu en dan eten zij samen of bezoeken een literaire bijeenkomst.
Jos Versteegen. Hans Keilson. Telkens een nieuw leven. Amsterdam: Nieuw Amsterdam, 2023. Bestelinformatie bij de uitgever.
Laat een reactie achter