Het Dialectenbureau, aflevering 4
Dialect is toch een spreektaal? Toch floreert aan het begin van de eenentwintigste eeuw het dialect juist ook in geschreven vorm. We gaan langs bij de Beslisbomenmaker Des Vaderlands, Dichter des Vaderlands én de uitgever van het kinderboek Des Vaderlands. In Friesland, Zeeland en Utrecht.
Steven Sterk geeft de verhalen van Nijntje in bijna alle talen uit, en dus ook in ruim 30 dialecten. Voormalig dichter des vaderlands Tsead Bruinja. Hij laat zien hoe je het niveau van spelen met geschreven dialect tot nieuwe hoogten kan brengen. Koos Marsman maakte een Utregs leesplankje. En Katinka Polderman vertaalde de Gruffalo in het Zeeuwse dialect en verbaasde zich over schalkse spotverzen uit een ver verleden.
Lou Spronck zegt
De stelling dat middeleeuwse (middelnederlandse) teksten als Karel ende Elegast en Van den Vos Reinaarde per definitie dialectliteratuur zijn, acht ik een ernstige misvatting, en evenzeer dat in de 16e-17e eeuw deze dialectliteratuur plaats maakt voor het standaard-Nederlands.
Auteurs van middelnederlandse teksten schreven niet in een bepaald dialect, maar streefden naar een bovenlokale taal, een koinè die gekleurd werd door taal van hun plaats of regio. Het standaard-Nederlands van de 16e-17e eeuw ontstond uit de bovenlokale taal (zo men wil: het regiolect) van de ‘Hollandse’ provincies.
Lou Spronck .