Nr. 275 uit de Klassiekers-reeks van poëzietijdschrift Meander.
Langzaam
winter, jij bent een slechtaard
in de huizen verstop je je
als een kind zie ik je alle scholen
binnen hollen met je lichaam
in een tas o winter jij bent
een slechte meester
een klein beetje vuurwerk daarmee
ben ik tevreden o winter geef mij
wat vrolijkheid knip een stuk
van deze middag af gooi een sprookje
in het water van de nacht
o slechte meester
dag slechte winter, scharenslijper,
met geschramde knieën hol je
over de speelplaats als knikkers
uit de wolken van een hemel naar het blauwe
hemd waar het witte krijtje rijdt van
een slechte meester.
Hans Lodeizen (1924 – 1950)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Laat een reactie achter