•• Nieuw in de DBNL: vijf bundels van de Vlaamse dichter Hedwig Speliers (en meer).
Als het paard paart, grijpt in het paradigma
van de polders de voorbarige geboorte plaats
van vele wonderen: het veulen in galop
nog voor het buikvlies breekt, en gehinnik
dat taalzuiver op de akker staat.
En meer: de ruiter, in boers ornaat,
die uit het zadel stuikt en sterft.
Wie in de bek kijkt van dit beest
weet meer dan wie in boeken leest.
Hij wordt die van de mens geneest.
uit: De mens van Paracelsus (1977)
••
Gegraveerd in mijn grafemen, zo wil ik je
van binnenuit vernemen voordat wij beiden
in segmenten van verlangen en van lijden
voorgoed verstenen, steun die jij mij bent.
Zo weet ik je te wonen in een huis
van woorden, de morfemen dagelijks onderdak
waarin gedempte stappen, op en af,
hun merkmaal slaan. Bewaar ons
van de winden, en hoe de wind des winters
hinderlijk de bindingen binnen dit wij
al te willekeurig wil verhinderen.
Hedwig Speliers (1935)
uit: Van het wolkje af (1980)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht in hun mailbox
Laat een reactie achter