Behoud het Keltisch voor Nederland
Het schokkendst van het persbericht dat de Faculteit der Geesteswetenschappen van de Universiteit Utrecht maandag uitzond, was misschien wel de optimistische toon. Voor een moment zou je bijna vergeten wie er momenteel aan de macht is, en denken dat er daadwerkelijk betere tijden in het verschiet liggen. Het bericht bevat bijvoorbeeld de volgende woorden:
De focus ligt de komende jaren op samenwerken over de disciplinaire grenzen heen, rondom thema’s die ons aangaan en waarvan we niet mogen laten gebeuren dat ze eenzijdig technologisch, economisch of politiek worden benaderd. Daar heeft de samenleving ons voor nodig.
Toch hoefde je niet bijzonder scherp te lezen om in dit persbericht de huidige tijd te horen meeklinken. Nog maar een week geleden noemde een woordvoerder van een regeringspartij de studie van kleine talen als Hebreeuws en Aramees een ‘linkse hobby’. Onder het mom van een ’transitie’ heeft het Utrechtse faculteitsbestuur nu besloten om de studies Frans, Duits, Italiaans, Keltisch, Islamstudies en Arabisch, en religiestudies te schrappen. De reden: deze talen zouden te klein zijn.
Het persbericht is geformuleerd in zalvende bewoordingen. Door het opheffen van deze talen – door afstand te doen van de verdieping in andere talen en culturen – zou de faculteit ‘toekomstbestendig’ worden. Kennelijk is wederzijds begrip in de toekomst volkomen overbodig. Volgens het persbericht blijft verder de expertise van de huidige medewerkers bestaan. Maar hoe we straks nog Keltologen hebben als deze studie wordt gereduceerd tot een paar vakken binnen een zogenaamde ‘brede bachelor’, dat vermeldt het persbericht niet.
Je zou verwachten dat alle betrokkenen een opdracht van openlijk antiwetenschappelijke machthebbers juist zouden proberen te dwarsbomen. Of op zijn minst dat er ergens een geluid van verzet te horen zou zijn. Maar in dit persbericht worden de bezuinigingen met enthousiasme verdedigd.
Draak
Er was nog iets schrijnends aan het Utrechtse bericht: het verwijst herhaaldelijk naar de getroffen studies als ‘niet rendabel’. Dat opleidingen per definitie nooit ‘rendabel’ zijn – je leidt mensen op, en dat kost geld – en dat je als faculteit juist geacht wordt te staan voor wat waardevol is, kwam niet ter sprake. Nog geen verdunde druppel van een krokodillentraantje. Nee, het klonk werkelijk alsof het kabinet-Schoof de geesteswetenschappen een enorme dienst had bewezen.
Want zeg nou zelf, wat is er mooier dan een opleiding Keltische Talen en Cultuur in Nederland? Natuurlijk trekt die slechts een handvol studenten, maar Nederland heeft ook geen honderden keltologen per jaar nodig – een paar is voldoende. Superspecialisten kunnen nu eenmaal alleen binnen het hoger onderwijs worden opgeleid. Bovendien is zo’n talenopleiding aanzienlijk goedkoper dan een willekeurige beta-studie. Er is geen apparatuur, er zijn geen laboratoria nodig. Zet dat kleine groepje studenten in het kantoor van de docent, en ze kunnen meteen aan de slag.
Er zijn ook volop inhoudelijke redenen om deze studie te behouden. De Kelten hebben duizenden jaren een grote invloed gehad op de Europese cultuur, waaronder het zuiden van Nederland. Er worden nog steeds regelmatig vondsten gedaan die hun aanwezigheid bevestigen – sporen die ook duidelijk zichtbaar zijn in de literatuur en kunsten. Bovendien is Utrecht de enige plek in de Lage Landen waar deze belangrijke Europese taalgroep nog bestudeerd kan worden. De leerstoel heeft een rijke geschiedenis, en het valt gemakkelijk te beargumenteren dat de mediëvistiek in Nederland en Vlaanderen mede tot bloei is gekomen dankzij de invloed van voormalig hoogleraar Maartje Draak.
Interdisciplinair
De kern van de ellende ligt in het financieringsmodel: opleidingen worden afgerekend op hun ‘kijkcijfers’. Het zijn de toevallige voorkeuren van 17-jarigen die bepalen wat belangrijke wetenschap is – of beter gezegd, wat als ‘rendabel’ wordt gezien. Omdat deze 17-jarigen door maatregelen zoals de langstudeerboete bovendien nauwelijks ruimte hebben om halverwege van richting te veranderen en iets te kiezen wat hen misschien meer boeit, hebben specialisaties zoals Keltische Talen en Culturen geen schijn van kans.
Maar vanuit een redelijke blik zou je zeggen: het is van belang dat ons land enkele experts heeft op het gebied van een belangrijke groep als de Kelten. Die experts moeten ergens kunnen werken, en de universiteit is de enige logische plek. Juist daarvoor heeft de samenleving de universiteit nodig – minstens evenzeer als voor het ‘interdisciplinair’ aanpakken van problemen die we niet eenzijdig technologisch, economisch of politiek willen oplossen.
Er zijn meer talen die verdwijnen, ze staan bijna allemaal onder druk. Hoe absurd is het niet dat bijvoorbeeld allebei de universiteiten waar nu Arabisch gedoceerd wordt, Leiden en Utrecht, ermee op dreigen te houden. Voor het Arabisch komt mogelijk nog iemand op – maar wie zal er pleiten voor het Keltisch? Terwijl we het zeker gaan missen.
Op 14 november is er een nationale demonstratie tegen de bezuinigingen in Utrecht. Teken ook de petitie.
Er is ook een specifieke petitie voor het behoud van Keltisch aan de Universiteit Utrecht.
Lotte Jensen zegt
Lees ook dit vlammende betoog van Eric Ottenheijm in DUB, die stevige kritiek op het faculteitsbestuur uit: https://dub.uu.nl/nl/opinie/transitieplan-voor-faculteit-geesteswetenschappen-leidt-tot-monocultuur
Bart Haers zegt
Mag het echt niet, in deze, refereren aan Martin Heidegger, die het nazisme omarmde en rector werd van de universiteit, met het doel waarlijk leiderschap te vertonen – en even gauw weer werd afgevoerd. Universiteiten moeten geleid worden door een collectief college van professoren, niet door managers. Okay, het kan dan nog wel even mislopen, maar in de senaat zullen er, mag men hopen, tegenstemmen zich staande houden. Met dank aan Marc van Oostendorp voor deze inspirerende verdediging van de Universiteit als kern van (Faustiaanse) leergierigheid. De studie van het Keltisch vergt inderdaad uitgebreide en diepgaande werkzaamheid van docenten en de kleine schare studenten. Denken we toch maar eens terug aan Thorbecke.
Lauran Toorians zegt
De leerstoel Keltisch vierde in 2023 zijn honderdjarig bestaan en kent een rijke academische traditie en internationaal een grote waardering. De bestudering van de Keltische talen (Iers, Schots-Gaelisch, Manx, Welsh, Bretons, Cornisch en de oude talen waarvan het Gallisch het best bekend is) is om tal van redenen van belang. De talen nemen een bijzondere plaats in binnen de Indo-Europese taalfamilie – waartoe ook het Nederlands behoort – en zijn daarmee van belang voor een beter begrip van de ontwikkelingen in die taalfamilie. De talen kennen een rijke literatuur die cultuurhistorisch van groot belang is, maar er wordt ook nog hedendaagse literatuur geproduceerd die van grote kwaliteit is en die dus het bestuderen (en vertalen) waard is. Wie gaat dat doen als we die talen niet leren kennen? En inderdaad, in een ver verleden werd ook in Nederland – mogelijk in heel Nederland – Keltisch gesproken en daarvan zijn sporen te vinden, niet alleen in plaatsnamen, maar ook in ons huidige Nederlands. De mogelijkheid om daar onderzoek naar te doen, verdwijnt wanneer we de Keltische talen niet meer bestuderen en kennen. Bovendien heeft Nederland gedurende de hele geschiedenis contacten van allerlei aard onderhouden met Keltischtalige gebieden – door migraties over en weer, handelscontacten, huursoldaten tijdens de Tachtigjarige Oorlog en de Republiek en bevrijders in 1944-1945. (Misschien hebben we nu opnieuw bevrijders nodig.)
En inderdaad, Keltisch trekt niet elk jaar dozijnen nieuwe studenten. Dat zou ook niet goed zijn, want we willen geen toekomstige werklozen opleiden. Maar die studenten die wel komen, zijn zeer gemotiveerd en kiezen bewust voor een moeilijk, maar bijzonder boeiend vakgebied en vrijwel alle afgestudeerden komen goed terecht. Deels internationaal in het vakgebied en deels op andere terreinen doordat zij hebben bewezen dat zij zich complexe materie eigen kunnen maken en daar creatief mee kunnen omgaan.
Met andere woorden: de studie van het Keltisch is waardevol in zichzelf, waardevol doordat we er onze wereld beter door gaan begrijpen en waardevol omdat ze mensen opleidt die op een belangrijke manier bijdragen aan de samenleving. Met het schrappen van deze leerstoel maakt Nederland zich internationaal belachelijk en doet ons land zichzelf tekort terwijl het – zoals terecht opgemerkt – nauwelijks tot enige besparing leidt. Hef dan een vak als natuurkunde op, daar valt veel meer te “besparen”. En waar zijn de argumenten? We moeten bezuinigen omdat we moeten bezuinigen. Dat klinkt even lachwekkend als triest. Bezint eer gij begint!
Lauran Toorians
(Keltoloog en voormalig voorzitter van de Stichting A.G. van Hamel voor Keltische Studies)
Ronald V. zegt
Uw naam lag op het topje van mijn vingers maar ik kon er niet zo gauw opkomen. Voor gegoogle was ik te lui. Dus bedankt dat u zich laat horen.
Mevrouw Jensen is filosofe. Of filosoof. Maakt niets uit. Ook haar commentaar, haar link, lijkt me zinnig.
Een democratie kan, alweer mijns inziens, slechts naar behoren functioneren als de geesteswetenschappen goed en soepel gedijen en er aldus een veilige ruimte bestaat om vrijelijk te debatteren zonder enghartig jargon en geharnaste meninkies en de samenvoeging van beide.
Maar lezen de verantwoordelijke politici ons gemurmureer? Of klagen we tegen een blinde, dove muur?
Thomas de Bruijn zegt
Ik vermoed dat ‘Niet voor de winst’ van Martha Nussbaum niet in de boekenkast staat van de gemiddelde universiteitsbestuurder. Datzelfde denk ik over de leden van de Tweede Kamer. Leesclubs blijken in het VO een effectief middel om leerlingen in gesprek te laten gaan over maatschappelijke onderwerpen. Wellicht moet er een leesclub komen voor bestuurders met ‘Niet voor de winst’ als eerste boek.
Ad Foolen zegt
Eind jaren ’60 vonden we dat Gotisch als verplicht vak bij de studie Nederlands opgeheven moest worden. Onderwijs en studie alleen in dienst van het volk, was de leuze van ons, linkse studenten. Gotisch was een elitaire hobby. De docent, Jan van Bakel, ging wel met ons in discussie, maar het mocht niet baten. Gotisch werd opgeheven. Peter-Arno Coppen, een studentengeneratie na ons, ging nog wel bij Jan van Bakel thuis langs om daar een privé-cursus Gotisch te krijgen. Nu is het Keltisch aan de beurt. Want dat is maar een linkse elitaire hobby, zo wordt nu vanuit rechts gesteld. ’t Kan verkeren, zei Bredero. Dat laatste hebben we tijdens de studie nog wel geleerd, toen nog wel…
Jan zegt
Er wordt nu gedaan alsof het kabinet rechtstreeks invloed heeft op het wegbezuinigen van bepaalde studies (omdat die een ”linkse elitaire hobby” zouden zijn), maar dat is niet zo. Het is eigenlijk net als met het Gotisch: de doodslag komt van binnenuit.
Bart Jaski zegt
Het gaat hier om meer dan de opleiding zelf, maar om een hele traditie in Nederland met een hechte gemeenschap die het vakgebied (en de UU) al jaren uitdraagt. De Stichting A.G. van Hamel van Keltische Studies bestaat al sinds 1991, geeft het online tijdschrift Kelten uit (https://stichting.vanhamel.nl/Kelten) met groot publiekbereik, en onderhoudt de internationaal geroemde CODECS website over handschriften en literatuur. Elk jaar verschijnen er tot tientallen publicaties van Nederlandse keltologen, ook in internationale tijdschriften. Er worden lezingen georganiseerd, tot aan Castlefest en Celtfest aan toe. De basis voor dit alles is de BA-opleiding Keltisch, en die hoort in Nederland te blijven, bij Toutatis!
Jan zegt
Wederom een tamelijk cynische column van dhr. Van Oostendorp. (Maar dit behoeft sinds november 2023 eigenlijk geen vermelding meer)
Ik begrijp volkomen dat het zonde is dat een volwaardige bachelor als Keltische taal en cultuur zal verdwijnen, maar uiteindelijk bepaalt de universiteit hoe zij de bezuinigingen uitvoert. (Ik kan me zo voorstellen dat er maatschappelijk gezien meer draagvlak is voor Keltisch dan voor gender studies en vakken als deze: https://studiegids.uva.nl/xmlpages/page/2024-2025/zoek-vak/vak/115258 (dit is dan een voorbeeld van de UvA)).
De ”machthebbers” zouden ”antiwetenschappelijk” zijn. Zozo, poepoe. Dat zijn ze echter niet.
De praktijk leert wel dat praktisch opgeleiden het idee hebben dat universitair geschoolden op hen neerkijken (zie de ”deplorables” en ”garbage” van de democraten in de VS en het ”Wie zíjn die mensen?” van Sigrid Kaag), en dat de universiteiten steeds meer doordrenkt raken van ideologische zaken als de Critical Race Theory waar de doorsnee belastingbetaler (terecht) niets mee te maken wil hebben.
Ook moet men stoppen met doen alsof het kabinet het op de geesteswetenschappen heeft voorzien. Dat klopt niet. Er zit geen dubbele agenda achter. De universiteiten gaan over hoe zij de bezuinigingen doorvoeren. Ik ben zelf geesteswetenschapper. Ik leg de schuld voornamelijk bij de universiteitsbesturen.