•• Uit Spiegelschriften, een bundel prozagedichten van Scott Rollins.
Beekschaatsenrijder Blues
Elk voorjaar bij het zien van de beekschaatsenrijder ben ik blij
als een kind. Hij is degene die op water kan lopen. Kijk hoe hij
schuift, schiet, schaatst, schippert, deze oppervlaktewants die
de vuurvlieg, mug en mijt opslokt, maar op zijn beurt prooi is van
kikkervisjes in stagnerende zomervijvers en bij zonsondergang
van boerenzwaluwen die in het kielzog van de kokendhete dag
naar beneden zweven om hem te verorberen.
Deze beekschaatsenrijder speelt nu een jitterbug riff op mijn
gitaar, hij kabbelt heen en weer door de kwintencirkel naar het
eind van mijn rêverie, alsjeblieft beekschaatsenrijder, blijf
terugkomen, blaas nieuw leven in de vuurvliegen, glimwor-
men, Japanse kevers, honingbijen in een glazen pot met een lucht-
gaten gepriemd in de deksel, alsjeblieft wijs me de weg weer
naar de slangen en de bijtschildpadden en de koren van krekels,
cicaden, en brulkikvorsen die ons toezongen vlak voor de
zomernacht ging vallen.
Scott Rollins (1952)
uit: Spiegelschriften (In de Knipscheer, 2024)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht in hun mailbox
Laat een reactie achter