Over de biograaf over de biografie over Godfried Bomans
Daar komt-ie aan, hoor! De (altijd zeggen: ‘langverwachte’) biografie van Godfried Bomans door Gé Vaartjes. De boekenbijlage van de Volkskrant heeft de primeur, met maar liefst vier hele pagina’s over het boek. Of, dat wil zeggen: over het boek? Nou nee, over het boek gaat het eigenlijk helemaal niet, het gaat over biograaf Gé Vaartjes die omstandig geïnterviewd wordt door de scheidende boekenchef Wilma de Rek – o ja, let op, ‘scheidend’ als in: dat ze vertrekt als boekenchef en dus niet dat haar huwelijk ten einde loopt. Da’s misschien wel goed om er even bij te vermelden in dit tijdsgewricht waarin eenieder zo gefocust is op privé-details en de mens achter de auteur.
En zo zijn we dan meteen terug bij Bomans’ biografie of, juister gezegd, Bomans’ biograaf. Want aan hem worden de meer dan 3500 woorden knusse Volkskrant-journalistiek gewijd. We leren dat Vaartjes in het huis van wijlen zijn oom en tante resideert en krijgen daarbij leuke dialogen met De Rek als: ‘Wil je een stukje banketstaaf bij de thee? Eventjes warm gemaakt in de oven?’ Iets later lezen we dat Vaartjes ‘de warme banketstaaf op mooie oude schoteltjes legt’.
Weten we dat ook weer.
Representatief
En zo keuvelt dat gezellig door, alle bekends en zelfs uitgekauwds uit Bomans’ leven passeert netjes de revue. De biografie is een ‘prachtig portret’ geworden, zo meldt De Rek. Hoezo prachtig? We lezen er niks over. ‘Prachtig’ is wel het enige inhoudelijke wat we in al die duizenden woorden over Vaartjes’ boek zélf te weten komen: niets over zijn technische benadering, zijn analysemethodes, omgang met bronnen, visie op de verhouding leven en werk, de institutionele erkenning of inbedding van Bomans, zijn positie als ontzuilde (of niet) katholiek in naoorlogs Nederland, so wie so zijn complexe omgang met het katholieke geloof. Heel het leven (én Vaartjes’ werk) is teruggebracht tot een kletspraatje bij een stukje eventjes warm gemaakte banketstaaf.
O ja, er is natuurlijk wel de ‘primeur’. Bomans is niet de biologische vader van zijn dochter. Beeldhouwer Mari Andriessen schonk Pietsie Bomans ‘het kind […] waar ze zo hevig naar verlangde en dat Bomans haar gunde’ (Ik hoop overigens niet dat dit enige citaat uit de biografie representatief is voor de stijl van Vaartjes’ hele boek).
Bitch
Och jeetje, shame and scandal in the family! Dat moet trouwens leuk zijn voor de dochter in kwestie, over wie we nota bene lezen dat ze ‘de publiciteit altijd net zo geschuwd [heeft] als haar moeder’. Daar sta je dan, niet alleen met je privé-kwestie geboekstaafd in een biografie, maar ook met naam en toenaam in de veelgelezen zaterdagochtendkrant.
Cruciale vraag is intussen: waarom moeten wij dit weten? Wat is de relevantie hiervan voor de Bomans-geïnteresseerde? Stel (stél) nou dat Bomans in zijn essays of boeken een militante verdediger was geweest van huwelijkse trouw, een fundamentalist van de monogamie, agressief zeloot voor een eendimensionaal familieleven, die eenieder verbaal te lijf ging die hier ook maar enigszins anders over dacht of naar handelde, dán zou er nog een punt te maken zijn. Maar nu is dit gewoon niet meer (hooguit minder) dan een doodgewoon Yvonne Coldeweijertje (‘Mensen denken dat ik een keiharde bitch ben, maar ik doe dit oprecht uit bezorgdheid.’).
Ideeën
De vraag ‘wie interesseert dit?’ kun je trouwens ook heel letterlijk nemen. Ik ben zestig en heb Bomans al niet meer meegemaakt in zijn hoogtijdagen. Hij was een icoon van de generatie van mijn (katholieke) ouders en schoonouders, die allen reeds het loket van de Heilige Petrus passeerden. Wie boeit het huwelijksleven van iemand die, bij leven en welzijn, dit jaar op 2 maart zijn 112e verjaardag had zullen vieren?
Naar één ding ben ik wel benieuwd. Vaartjes vertelt dat hij gaandeweg zijn onderzoek vooral bewondering kreeg voor Bomans’ columns, die hij ‘pas de laatste jaren goed [is] gaan bestuderen’. Dat verheugt mij. Ik deed namelijk dezelfde bevinding. Tien jaar geleden betitelde ik Bomans in dat verband al – ietwat hyperbolisch – als de Nederlandse Roland Barthes. Daarover zie ik werkelijk uit naar Vaartjes’ ideeën in zijn biografie. Want, tsja, over ideeën lees je dus niks in de krant.
Laat een reactie achter