
•• Twee gedichten uit een waakhond aan me vastgebonden, de nieuwe bundel van Margriet Westervaarder.
gelegen in een nest
van dons en klein venijn
de takjes dagelijks herschikt
zacht mos en doornig groen
in overvloed gevoed van mond op mond
gewiegd in volle armen
soms weggevallen op de tegelvloer
meestal wel opgeraapt
met een witte washand opgelapt
frisse kleren, gesteven en gestreken
en warme sokjes
•••
in al hun vensterbanken stonden ze
zijn dierbaren
zijn cactussen
hij fluisterde hen toe
zei hoe ze groeien moesten
en dat hij bloei van hen verwachtte
hij had een zeer beschaafde vrouw
die wist hoe alles anders hoort
ze hield van stofdoeken en borstels
soms goot ze bij zijn cactussen
meestal per ongeluk
een scheutje chloor
ze hadden ook een kind
en dat was ik
vanaf geboorte cactuskind
een meisje met doorgeprikte huid
dat weg klom uit haar vensterbank
op zoek naar eigen grond
die ze al scharrelende vond
te midden van een ruig
en onbekommerd onkruidveld
en daar zomaar wat bloeide
Margriet Westervaarder
uit: een waakhond aan me vastgebonden (in de Knipscheer, 2025)
Abonnees van Laurens Jz Coster krijgen iedere werkdag een gedicht in hun mailbox
Laat een reactie achter