Het scharniermoment
De tafels beneden in het restaurant waren gedekt, en zij die een kamer hadden geboekt, die zich, per geluk of per ongeluk, zoals men het wenst te bezien, boven de dampkap van de keuken bevond, voelden reeds aan het stijgende waterpeil in hun mond dat een scharniermoment op aanbreken stond.

Deze middelste zin is een typische Verhulst: barok, beeldend en rijk genest. Dat hoeft niet te verbazen voor een auteur die niets dan lof heeft voor Jeroen Brouwers en dan vooral voor de manier waarop die zinnen construeerde: “[Brouwers zinnen] waren bouwwerken waarbij de piramides onnozele legoblokjes lijken.”
De hoofdzin – zij … voelden dat een scharniermoment op aanbreken stond – neemt dan ook een flink aantal bijzinnen in de tang, als om het onvermijdelijke kantelpunt nog even uit te stellen. Ook de Verhulst zo kenmerkende, aan het sarcasme grenzende ironie – per geluk of per ongeluk – schept figuurlijke afstand tot dat belangrijke moment, extra in de verf gezet door het gebruik van archaïsche woorden en uitdrukkingen als wenst te bezien en reeds.
Het stijgende waterpeil in hun mond getuigt van een Pavloviaanse reflex en houdt de belofte van eten in zich. Tegelijkertijd symboliseert het, op een abstracter niveau, het verlangen naar dat ene moment waarop een mens precies inzit tussen wat geweest is en wat komt.
Je hebt het lang weten uit te stellen, maar precies zo’n scharniermoment is nu voor jou aangebroken, Peter-Arno. Ik wens je toe dat je je, alvast voor een tijdje, mag bevinden op dat heerlijke nulmoment: precies tussen terugblik en toekomst, tussen de mooie taalcarrière die achter je ligt en de taal die nog vorm moet krijgen.
Bijzondere bepalingen
Nu je ein-de-lijk de tijd voor het narekenen zal hebben, geef ik je hieronder graag nog mijn middelstezinbepaling mee. Wat dan weer mijn ‘boekbepaling’ betreft: ik koos, om redenen die wellicht voor de hand liggen, bewust voor een Vlaams auteur die voor Nederlanders vaak exotisch klinkt vanwege de Vlaamse eigenaardigheden (dampkap en niet afzuigkap bijvoorbeeld), maar precies daarvan zijn eigen, straffe stem wist te maken. Hoe die stijl te karakteriseren valt? In Onze Taal 2-3 (2015), in een interview met Jan Erik Grezel, zegt hij daar zelf over: “Als iemand mij vraagt om een typische Verhulst-zin te schrijven, zou ik dat niet kunnen. Ik kan wel zeggen dat ik graag een grote vrijheid van zinsconstructie heb. Hoe dol ik ook op het Nederlands ben, ik betreur het dat wij geen naamvallen meer hebben. Door het gebrek aan naamvallen ben je in het Nederlands gebonden aan min of meer vaste plaatsen voor het onderwerp en vooral voor werkwoorden. Die moeten gegroepeerd zijn. Kafka had in het Duits veel meer mogelijkheden. Wanneer je een beetje variatie in Nederlandse zinnen wilt brengen, moet je een grote creativiteit aan de dag leggen.” Jij, Peter-Arno, hebt me geleerd dat zulks (om het op zijn Verhulsts te zeggen) onnodig is, want dat met iedere zin, ook de weinig creatieve, wel iets bijzonders aan de hand is. Dank dat je mij, en met mij vele lezers, dat bijzondere hebt bijgebracht!
Bepaling van de middelste zin uit De laatste liefde van mijn moeder van Dimitri Verhulst (Uitgeverij Contact, Amsterdam/Antwerpen, 2010)
De eerste zin van De laatste liefde van mijn moeder van Dimitri Verhulst staat op pagina 7, de laatste op pagina 236. Het netto aantal pagina’s bedraagt dus:
(236−7) + 1=230 pagina’s
Aangezien dit een even aantal is, bevindt de middelste zin zich op de grens van de twee middelste pagina’s. We delen 230 door 2, tellen dat op bij het paginanummer van de eerste bladzijde en trekken er 1 af:
230/2 = 115
7 + 115 = 122
122 – 1 = 121
De middelste zin staat dus op de grens van pagina 121 en 122. Op pagina 121 eindigt een zin, en de volgende zin begint op pagina 122:
“De tafels beneden in het restaurant waren gedekt, en zij die een kamer hadden geboekt, die zich, per geluk of per ongeluk, zoals men het wenst te bezien, boven de dampkap van de keuken bevond, voelden reeds aan het stijgende waterpeil in hun mond dat een scharniermoment op aanbreken stond.”
Deze zin geldt daarmee als de middelste zin van het boek.
Laat een reactie achter