
Geld maakt niet gelukkig, maar het maakt het leven wel gemakkelijker: veel wensen zijn binnen handbereik. Alle wensen, eigenlijk wel. Of niet? In de roman Gelukkig maar van Anouk Kemper, waarin de levens van twee stellen plots heel dicht bij elkaar komen, gaat het veel over die vraag. Allereerst heb je Sallie en Yonathan, een koppel dat in Zaandam woont en op het eerste oog een relatief doorsnee leven leidt: huis, kind, allebei een baan die ze belangrijk vinden. Ja, ze hebben veel schulden door Yonathans restaurant, dat maar niet van de grond komt, en ja, Sallie zou graag meer stappen in haar carrière zetten, en oké, de opvoeding van zoontje Bennie verloopt ook niet helemaal soepel. Maar ze lijken gelukkiger dan het stel Salma en Laurens dat, hoewel het in een zeer duur, luxueus huis in Amsterdam Oud-Zuid woont, geen echte connectie met elkaar heeft en bovendien een heel groot element in het leven mist: een kind. Ondanks vele pogingen, lang wachten en een slopend IVF-traject lukt het Salma maar niet om zwanger te raken.
Voor alles is echter een oplossing te verzinnen, zeker als je rijk bent, en in dit geval doet Laurens dat. Wat als ze Sallie en Yonathan betalen om hun draagouders te zijn? Dan kunnen zij meteen hun schulden afbetalen, en dan hebben Salma en Laurens de felbegeerde baby. Dat Laurens dan dichterbij Yonathan is, op wie hij een oogje op heeft, is mooi meegenomen – dat betalen voor draagmoederschap zeer illegaal is, besluiten ze te negeren. Wat ook wordt vergeten is de ingewikkelde dynamiek die ontstaat: waar Laurens en Salma eerder nog probeerden om Yonathan en Sallie te imponeren met hun rijkdom om dominantie uit te stralen, hebben ze nu daadwerkelijk de touwtjes in handen op de meest ingrijpende manier. Daar maken ze goed misbruik van: Salma houdt zich plots wel heel erg veel bezig met het dieet van Sallie, in wier buik haar baby groeit. En Laurens, sowieso niet vies van een schaamteloos potje pronken, overschrijdt vele grenzen van zijn ‘vriend’ Yonathan. Samen schenken ze Bennie dure cadeaus – cadeaus die Salma en Yonathan zelf nooit hadden kunnen, en eigenlijk ook willen kopen.
Gelukkig maar is een echte grootstedelijke-millennialroman. De personages worstelen met problemen die typisch zijn voor die generatie, en dat doen ze tegen de achtergrond van een dolgedraaide huizenmarkt die een duidelijk verschil maakt tussen de haves en have-nots. De stijl onderstreept die sfeer: veel dialoog, gevloek, modern taalgebruik – vlot. De roman is geschreven vanuit de perspectieven van al deze op hun eigen manier onaangename personages, waarvan er niet één een werkelijke hoofdrol heeft: alle vier hebben ze hun eigen problemen, mankementen en dromen, die allemaal essentieel zijn voor de dynamiek tussen de vier. Het zorgt voor veel dramatische, komische situaties – maar de grote tegenstellingen houden de personages ook oppervlakkig, meer karikaturen dan mensen.
Wat echter misschien wel interessanter is dan de hele babykwestie, is het effect dat de financiële situatie waar de personages in verkeren op hen heeft. Want, hoe hard Sallie en Yonathan ook zullen rennen, zij zullen nooit zo’n gemakkelijk leven hebben als hun uiteindelijke kwelgeesten – en daar zijn ze zich zeer bewust van. Kemper speelt met dat gegeven en laat zien dat voor iedereen, ondanks de verschillen, hetzelfde geldt: geld geeft macht, en macht verblindt. Wie de uiteindelijke winnaar is in de strijd waar het boek toe leidt blijft door het open einde in het midden, maar in het echte leven bestaan die winnaars ook niet. Gelukkig maar.
Laat een reactie achter