
Nederland heeft een bijzonder ontspannen taalcultuur. Wanneer het begonnen is, weet ik niet precies, maar inmiddels verschijnen er bij ons voor zover ik kan zien – en anders dan in andere culturen – eigenlijk geen boeken waarin eindeloos gemopperd wordt over de teloorgang van de taal. J.L. Heldring (1917-2013) was misschien wel de laatste columnist die een hele rubriek kon vullen met voorbeelden van hoe mensen ‘niet in het minst’ schreven in plaats van ‘niet het minst’ (of omgekeerd, daar wil ik vanaf wezen).
In plaats daarvan hebben we cabaretiers, radioprogramma’s, plezierdichters, columnisten die allemaal vooral geïnteresseerd zijn in het plezier dat taal hun verschaft. En in dat opzicht is Frank van Pamelen misschien wel dé belichaming van de Nederlandse taalcultuur: cabaretprogramma’s maken, radioprogramma’s presenteren, dichten, columns schrijven, hij doet het allemaal. En altijd met een scherp oog voor de taal.
Zijn nieuwe boek heet Hebba nolla, net als een cabaretprogramma waarmee hij momenteel langs de theaters reist. Wat de relatie tussen de twee is, is moeilijk aan het boek af te lezen, want dat is zeker geen uitgeschreven theaterprogramma. Het is eerder een fontein van stukjes, observaties, gedichtjes en spitsvondigheden over taal. Zoals dit gedichtje, waarover hij vertelt dat het tot zijn grote plezier in 2002 in Battus’ krankzinnige Opperlans! verschenen was:
Ladder
Domaine de Lafayette, Cointreau en cider
En redelijk van whisky met Bordeaux
Een lumineuze wondermix voor ieder
Domaine de Lafayette, Cointreau en cider
Bewegen je tot solche schöne Lieder
Al lal je meestal weinig later: yo!
Doe mijn de la Fajet, Kwantro en sider
En redelijk wat wiskie met Bordo!
Het allerleukst van de nieuwigheden vind ik de ultrakorte woordenboeklemma’s, waar omschrijvingen ineens definities blijken:
kamerscherm (het; -en) voorzetsel(voorwerp)
krimpen (onoverg.; kromp, is gekrompen) verkleinwoord
Otto (de (m.); ’s) wederkerend voornaamwoord
praten (praatte, h. gepraat) spreekwoord
Je moet ervan houden, misschien, maar ik houd er toevallig van. Misschien is het nodig om een nerd te zijn om ervan te houden, maar dat is een van de aardige kanten van de Nederlandse taalcultuur: dat je er nerd mag zijn.

Frank van Pamelen. Hebba Nolla. Een vrolijke ode aan de taal. Nijgh & Van Ditmar, 2025. Bestelinformatie bij de uitgever.
Laat een reactie achter