
Lieve Rustimo,
Ik zal heel eerlijk zijn: ik vond je maar een vervelend mannetje. Je maakte het me veel te makkelijk om me achter de negentiende-eeuwse elite te scharen en naar je te wijzen en te lachen. Uitslover, ging er door mijn hoofd. Aandachttrekker.
Als onverwacht geschenk uit Egypte was je de lieveling van het hof, de speelkameraad van keizerin Sisi’s liefste dochter, maar zoals een kind zijn favoriete teddybeer ontgroeit, was ook Valerie op een zeker moment op je uitgekeken. Met deze tragische wending ging jouw verhaal nu écht beginnen.
Je gedrag kon ik verklaren, wegredeneren met stockholmsyndroom of trauma van het verlies van je moeder. Toch werkte je grootheidswaanzin me op de zenuwen. Dat ging gepaard met schuldgevoel. Je was een jongen van vlees en bloed, afgedankt als versleten speelgoed en weggestopt in een voormalig opslaghok. Zou ik niet juist medelijden met je moeten hebben?
Het medelijden moest groeien. Ik ervaarde het pas echt toen ik doorhad dat je er niks aan kon doen dat je jezelf zo belangrijk achtte. Je waande je uitverkoren en niemand stond klaar om uit te leggen waarom het tegenovergestelde waar was. Langzaam maar zeker kwam je daar zelf ook achter. Je hebt me op mijn plek gezet met de woorden: ‘Jullie vertellen me nooit iets, is het dan dom van mij dat ik van niets weet?’
Je bent niet dom. Je bent hoopvol. Ondanks alles weet je hoop te koesteren dat er een plek is voor je in een omgeving waar alles en iedereen je tegen lijkt te werken. Elke nieuwe situatie trad je tegemoet met een onvermoeibaar optimisme. Daar kan ik nog wat van leren.
Je bént uitverkoren. Uitverkoren om nooit vergeten te worden. Jouw verhaal zal altijd blijven bestaan in Zandbergs sobere maar meeslepende roman, Rustimo. Opdat je na het mijne nog vele lezersharten mag veroveren.
Laat een reactie achter