
Simon leidt een ogenschijnlijk normaal leven. Hij is een succesvolle fotograaf, heeft na een moeilijke periode weer redelijk contact met zijn dochter, en denkt met liefde terug aan zijn inmiddels overleden ex-vrouw Carla. Toch is wat er gebeurt in Peter Terrins jongste roman Nog lang geen winter allesbehalve alledaags. Aan het begin van het boek krijgt Simon namelijk een enorme som geld overgemaakt, zonder aanleidingwaar hij weet van heeft. Had hij nog iets van iemand tegoed, misschien een erfenis van een ver familielid? Dan ontvangt hij van een onbekende een bericht met een adres. Op dat adres ontmoet hij vervolgens een man met een hoedje die zegt dat Simon ‘ergens vandaan kwam, een plek waar [hij] vragen had’, dat hij op reis was gegaan om de antwoorden te beleven.
Simon probeert aanvankelijk te ontsnappen aan deze vreemde boodschap, zoekt verklaringen: misschien is de man niet goed bij zijn hoofd, is er een fout gemaakt. Als hij hem negeert, gaat het vast vanzelf over. Hij probeert zijn gewone leven te hervatten, blijft zijn werk als fotograaf uitvoeren. Toch voel je als lezer dat er iets niet klopt. Er wordt terloops verwezen naar een monoliet op de maan Europa, naar opstanden, en naar een zekere Li, mogelijk de bron van alle kennis op aarde.
Deze sciencefictionelementen nemen niet de overhand, zeker in het begin niet. De roman draait aanvankelijk vooral om de menselijke details in Simons huidige leven, waarin hij nachtelijk hardloopt en geen drugs meer gebruikt. In flashbacks lees je over het leven dat hij leidde met Carla — zijn veel oudere ex-vrouw — en hun dochter Romy, die opgroeide met een beperking. De focus op het menselijke zorgt niet alleen voor geloofwaardige, levensechte personages, maar is ook functioneel: die laat heel mooi zien dat Simon maar al te graag in zijn verleden duikt om te ontsnappen aan het grimmige heden. Maar het leven gaat door, zeker als de wereld door opstanden en oorlogen in brand staat. Simon krijgt last van momenten waarop hij wegvalt, verdwijnt in zijn parallelle leven. Romy is getuige van zo’n moment en maakt zich zorgen. Wanneer Simon haar vertelt wat de man met het hoedje tegen hem zei, gelooft ze hem direct. Zulke details houden de lezer scherp: in wat voor wereld leven Romy en Simon als een reis naar een andere werkelijkheid een geloofwaardige verklaring is voor vreemd gedrag? Terrin doseert de elementen die het verhaal dystopisch maken voorzichtig, laat ze in deze uitgebalanceerde roman steeds wat meer aanwezig zijn, tot er ook voor Simon geen ontsnappen meer aan is.
Laat een reactie achter