Duif Het had geonweerd, en de straat was nat. het asfalt lag als water aan de oever van het trottoir, waar plechtig trad een duif en koerde als een kind, maar droever. De hemel boven ’t park werd licht, de bomen stonden groen, afzonderlijk, en ieder leek een bos, zo vol, zo wonderlijk en in zichzelf gekeerd, prevelend opgericht. Ik liep te kijken in de korte stille … [Lees meer...] overGedicht: M. Vasalis • Duif
Gedicht: Max Greyson • Citoyen
Uit Et alors, de nieuwe bundel van Max Greyson. Citoyen Koortsig leven in het vide van zeven auroresdagen verstoken dat het een aard heeftavancer vooruitgaan verliezen verwordendevenir l’homme dans la rue qui ne bouge plus Eeen detente waar de nacht valt, in een nudat altijd iswaar het verleden zich op de toekomst entoù chaque seconde compte contre la gravitation N’en pouvoir … [Lees meer...] overGedicht: Max Greyson • Citoyen
Gedicht: Janus Secundus • De dertiende kus
Janus Secundus schreef in het Latijn en is vertaald door (i.i.g.) Jan van Hout (begin 17e eeuw), J.H. Scheltema (begin 20e eeuw) en (een eeuw later) J.P. Guépin. De dertiende kus Kwijnend na zoete strijd lag ik ontzield, mijn leven,mijn vingers om je hals en in je haar geweven,mijn geest was uitgeblust op mijn verdorde mond,geen nieuwe bries maakte mijn hart opnieuw gezond.De … [Lees meer...] overGedicht: Janus Secundus • De dertiende kus
Gedicht: Janus Secundus • De elfde kus
Janus Secundus schreef in het Latijn en is vertaald door (i.i.g.) J.H. Scheltema en (een eeuw later) J.P. Guépin. De elfde kus Ze zeggen dat we te verfijnde kussen gevendie 't kranig voorgeslacht bepaald niet had geleerd.Zou ik, als om jouw hals mijn grage armen klevenen mij, mijn Licht, jouw kus tot stervens toe blesseert,bezorgd zijn om het kwaad dat mensen van mij zeggen,ik … [Lees meer...] overGedicht: Janus Secundus • De elfde kus
Gedicht: Gerrit Krol • Het meisje van Steinberg
Het meisje van SteinbergHet meisje van Steinberg gezien,in volle staat, doodstil,met op haar achterste een staart,de krullen op het hoofdmet veters aan elkaar geknoopt,niet kwaad, maar breed,- dat is, zei Stein, wat ik graag zie -schouders van een kapitein,pijpjes naaizij op gordijn,boezem, maar met strikjes,substrikjes in een gesp bijeen,de armen bloot maar zeer voorzien,en o, … [Lees meer...] overGedicht: Gerrit Krol • Het meisje van Steinberg
Gedicht: Sander Meij • Details
Uit Pincetbeweging, de nieuwe bundel van Sander Meij. Details ik zocht naar een woordtoen ze weer aan me vroegof we misschien konden praten ik ben bekend met dit jargonhet woord is me even ontschotenmaar het had met deductie te maken de oude Grieken kennen zes woorden voor liefdehaar espressomachine bereidt zes soorten koffiede vraag is waar hier de vooruitgang in zit waarom ik … [Lees meer...] overGedicht: Sander Meij • Details
Gedicht: Michel van der Plas • In de trein
In de trein(bij Heemstede) Huis met de groene luiken naast de ramen,met groene tuin, met 't groene hek ervoor:groen huis met meisje in het groen, tesamenontmoet tresoor... - voorbij: de trein vliegt door, ik laat geen spoor na als ik verder spoor,maar in mij staat een beeld met nieuwe namen:groen huis, meisje in 't groen - het gaat teloor:vanavond zijn de luiken voor de ramen. … [Lees meer...] overGedicht: Michel van der Plas • In de trein
Gedicht: Norbert De Beule • Zelfportret als Willy Slawinsky
Uit Vigor anorexia, de nieuwe bundel (voorproefje hier) van Norbert De Beule. Zelfportret als Willy Slawinsky De componist Gustav Mahler werd geïnspireerddoor het ritselen van een blad Blad van grauwe Els of vogelkers?Handnervig, niervormig, enkelvoudig of in trossen?Gevleugeld blad, ingekleurd en ingetogen? Dat ene blad van noten-boom in verder kaalgeslagen? Om het maximum uit … [Lees meer...] overGedicht: Norbert De Beule • Zelfportret als Willy Slawinsky
Gedicht: Nicolaas Beets • Bertha
Op 5 augustus 1835 schreef Nicolaas Beets aan een vriend over zijn zojuist voltooide boek Kuser. Hieronder een fragment. Bertha Daar zijn op aarde schepslen, in wier wezenZooveel geduld en goedheid is te lezen;In wier gelaat zich zóóveel liefs vereentAan zóóveel zwaks en tengers, dat men meentDat zy te zacht voor de aard zijn; dat wy vreezenDat al wat haar omringt te ruw zal … [Lees meer...] overGedicht: Nicolaas Beets • Bertha
Gedicht: Ad den Besten • Lof van Utrecht
Lof van Utrecht Stad, ik ben nietig als een stille plant,die argeloos ontluikt in uw plantsoenen;ik schuil in u voor 't wiss'len der seizoenenen bloei mijn bloemen in uw warme hand. Of, nog veeleer ben ik van uw mosgroene,rustieke torens aan de singelkanteen duif, die er zijn jonge vlerken spantmaar altijd weerkeert in de bladfestoenen. O stad, ik heb u lief, ik ben uw kind;ik … [Lees meer...] overGedicht: Ad den Besten • Lof van Utrecht
Gedicht: Jan Engelman • Geest van Utrecht
Geest van Utrecht Zacht klater water in de avondvreeen mensen zitten neder op de rand van een fontein,Zo roerloos, zo gelaten moet mijn stad wel zijn —ik vind haar wezen en ik neem het zingend mee. Want hier liep Warhold, die zijn wilde hart verwon.Jan van den Doem bleef bruidloos om zijn kathedraal.Een kerknis was het hemels voorportaalvan Bertken, felle minnares, en zoveel … [Lees meer...] overGedicht: Jan Engelman • Geest van Utrecht
Gedicht: Jacobus Bos • Vult verdriet met verdriet
Uit De waan en zin van het bestaan, de nieuwe bundel (voorproefje hier) van Jacobus Bos. Vult verdriet met verdriet Er kruipt een meerval door mijn hersensdie meer dan een meter lang isen elke uithoek daar verkent. Ik voel hem kronkelen en woelen.Hij voedt zich met mijn gedachten.Haalt alle zuurstof uit mijn bloed.Ik hang uit het raam en hap naar adem. Buiten ruikt het naar … [Lees meer...] overGedicht: Jacobus Bos • Vult verdriet met verdriet
Gedicht: Hans Andreus • (In plaats van)
Hier, op deze plaats,stond een ander gedicht; het ging verloren.Misschiennamen die vormen van de lucht die wij voor wind aanzienmaar wereldser geesten verbergen,het weg in een plotselinge hartstocht, een verliefdheid,en spelen zij er nu mee. Misschienook droeg het teveel wetenschapom te kunnen blijvenleven. (In plaats van) Hans Andreus (1926-1977)uit: … [Lees meer...] overGedicht: Hans Andreus • (In plaats van)
Gedicht: Max de Jong • Sonnet
Sonnet Wanneer de zon haar licht tot vlammen bundelt,die om de schijf gekranst de zee in dansendhet water kleuren tot een pruttelénd veldvan rode inkt, de horizon verschansend achter zijn uitzichtloos laaiende gloed.En als de zon dan zichtbaar lager zakt,zodat de inkt verkeert in golvend bloed,dat tot de weelde van een meer verstrakt — … [Lees meer...] overGedicht: Max de Jong • Sonnet
Gedicht: Remco Campert • Impasse op de heide
Impasse op de heideeen kempse zon schijnt hierde wereld ontdaan van de franjeder stadse bijgeluidenligt als een hersenloos zoogdiereeuwen te herkauwenver van de ijle bomender gedachten, eronderligt de weg op mij te wachtenwat doe ik in dit niemandslandik loop over het dierdat niet beweegt maarhet speeksel van de urenvan haar kaken druipen laatik denk niet meer dan:pierre laat … [Lees meer...] overGedicht: Remco Campert • Impasse op de heide
Gedicht: Pierre Kemp • Idylle
Idylle De boeren hebben de faeces vande koeien gespreid in ringenover de weiden. Een laatste manstrijkt met zijn vork nog even uiten een kind staat er bij te zingenonder het rijpende fruit.Het kind zingt misschien om het avondroodof om de pop met haar zaagmeel-schooten anders om andere dingen.Het hoort ongemerkt de avondkloken den laatsten ring, dien de boer daar trok.Het gras … [Lees meer...] overGedicht: Pierre Kemp • Idylle
Gedicht: Pierre Kemp • Fanfare
FanfareIk sta al lang niet meer vooraan,als er stoeten door de straten gaan.Ik moet luisteren naar de bomenen niet naar mensen, die komen.Ze komen, de mensen, en gaan voorbijin gelederen van dwazen,maar de élite onder hen, voor mij, zijn zij,die in koperen buizen blazen. Pierre Kemp (1886-1967) • • • • • • • • • • • • • • • • • • Abonnees van Laurens Jz. … [Lees meer...] overGedicht: Pierre Kemp • Fanfare
Gedicht: Martinus Nijhoff • Het uur U (fragment)
Het uur U Het was zomerdag.De doodstille straat lagte blakeren in de zon.Een man kwam de hoek om.Er speelde in de verte op de stoepeen groep kinderen, maar die groepbetekende niet veel,maakte, integendeel,dat de straat nog verlatener scheen.De zon had het rijk alleen.Zelfs zij, wier tweede natuurhen bestemde, hier, op dit uur,te wandelen: de student,de dame die niemand … [Lees meer...] overGedicht: Martinus Nijhoff • Het uur U (fragment)
Gedicht: J.C. Bloem • Een man
Een manEen rood raam aan een oude gracht,Een deur, die open schrijnt,En een man, die even wachtEer hij in den nacht verdwijnt.De sleetsche rug was kromGebogen onder den smaad,Toen wendde hij zich omNaar de geul van een gore straat. … [Lees meer...] overGedicht: J.C. Bloem • Een man
Gedicht: F. Schmidt Degener • Cloaca maxima
Cloaca maxima De nacht met lantarens,geboomte en gracht;de bruggen, het waterdat spiegelend wacht.Kozijntjes en hekken,gordijntjes verlicht;de stoep en het venster,en 't lokkende wicht.'t Is zomernachtstil. – Geen ril in het water.Te slaap gaat de buurt.Het uur wordt steeds later.Een glansje poetst zachtde deur, en er buitende fiets die er wacht.De ontucht gaat sluiten. … [Lees meer...] overGedicht: F. Schmidt Degener • Cloaca maxima
Gedicht: Gentil Antheunis • De schuchtere
De schuchtere Zij lonkte naar mij, zo verscholen.Haar blik scheen te zeggen: ‘Welaan!’Ik stond daar op brandende kolen,En kon toch geen stapje vergaan. 't Hart poppelde mij van verlangen!Och God! wat de liefde toch is!'k Vond woorden, zo schoon als gezangen,En toch bleef ik stom als een vis. … [Lees meer...] overGedicht: Gentil Antheunis • De schuchtere
Gedicht: Jacob Israël de Haan • Het kleine dorp
Het kleine dorp Laat ik u schrijven, vriend, hoe zalig stilHet dorpjen is waar ik nu woon, gevluchtVoor schrille stad en havenend gerucht,Heelend mijn ziel en mijn verwoesten wil. 't Heeft weinig huizen rond een oude toren,Om ieder huis een mildbloeiende heg,Geen luide straat, maar smallen zachten wegVan zand waarin geen stappen zijn te hooren. … [Lees meer...] overGedicht: Jacob Israël de Haan • Het kleine dorp
Gedicht: A. Marja • Bergschap
Bergschap Als de gesteenten verschuivenbreken er spleten open:gapend en zwart. Ik mag op vlinders en duivenin de verste verte niet hopen:slangen komen gekropen,radeloos slaat mijn hart. … [Lees meer...] overGedicht: A. Marja • Bergschap
Gedicht: A. Marja • Droevige keuken
Droevige keuken Boezem van celluloid,schichtige schede van kantkoek,schuurpapier haar huid. Sporen bloed aan de handdoekdie ik al jaren gebruik:flets is de stof geruit. Bezemsteel in de kast,zandloper op de plank,orde waarin ik niet pas,schraalheid waarvoor ik bedank. … [Lees meer...] overGedicht: A. Marja • Droevige keuken
Gedicht: A. Marja • Poëzie
Poëzie Poëzie is een ziekte, eenwoekering op de oesterdie men leven noemt: ietsdat slijmerig vegeteerttussen harde en scherpe schelpendie wrokkend het stromende weren - Poëzie is een parel dus,glad en glanzend maar netniet weerspiegelend water aan vlezigs en vliezigs vergingeer die kernige korrelzich vormde — … [Lees meer...] overGedicht: A. Marja • Poëzie