• In de DBNL: het vermaarde tijdschrift De Stijl (een | twee), met daarin veel werk van I.K. Bonset (een pseudoniem van Theo van Doesburg). I.K. Bonset (1883-1931) uit: De Stijl I.K. Bonset: wikipedia • dbnl • cambiumned (met filmpje) 17• muurgedicht Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere dag een gedicht per mail. … [Lees meer...] overGedicht: I.K. Bonset – X-beelden
Gedicht
Gedicht: Riemsnijder en/of Bilderdijk – Klinkdicht
Klinkdicht. Zonder de Letter R. Lieve Liefde, die de zinnen Met geneugten mild'lijk voed; Die ons neigt en noopt tot minnen, En in wellust blaaken doet! Wijst mij, wat ik moet beginnen, Om den Wensch van mijn gemoed, Om Elize's gunst te winnen, Die slechts lacht om mijnen gloed? 'k Heb, om tot mijn' wensch te koomen, Chloë's hulp te baat genoomen; Lize en zij zijn … [Lees meer...] overGedicht: Riemsnijder en/of Bilderdijk – Klinkdicht
Gedicht: Fernand Handtpoorter – Risquons tout
Risquons tout Ik weet dat die paarden geen paarden zijn een reis geen reis geen vrede vrede kome wat komt mij rukt gij mede het hachelijk besef ten spijt en spijt de vrede herkauwend grotendeels en voor de rest onzeker wantrouwig en verblind en zadelvast in schijn de zaligheid op zak de zege in de schede zijn mijn gezellen voos en voos de Rede … [Lees meer...] overGedicht: Fernand Handtpoorter – Risquons tout
Gedicht: Hans Faverey – Het landschap om mij, in mij
Het landschap om mij, in mij ademt aandachtig. Zonder haast verteert het zichzelf. Dit zijn de wortels van de wind die blootliggen: mijn ruggemergszenuwen. Hier slijt mijn hart, ontstaat zand, woelt soms licht onder mijn nagels. … [Lees meer...] overGedicht: Hans Faverey – Het landschap om mij, in mij
Gedicht: Soera Rana – Persische legende
Persische legende Aftoonende op de donker blauwe lucht, Een slanke palm, wien niet de flauwste zucht De bladerkroon beroert; in de uchtendgloed Der zonne een witte muur; aan zijnen voet, Een doode hond. Dan uit, dan in de poort, Ging steeds de stroom der menschen heen en weer; En dwaalde op 't vormloos lijk een blik soms neer, Zoo volgde ras een bits en hoonend … [Lees meer...] overGedicht: Soera Rana – Persische legende
Gedicht: Soera Rana – De karavane
De karavane In de woestenij der tijden Trekt de menschheid langzaam verder, Als de karavane voorthijgt Door de dorre zandwoestijnen. Boven de eindelooze vlakte Vlamt en blaakt de koopren hemel Hier en daar een groene oase Met wat lauwe lommerkoelte! … [Lees meer...] overGedicht: Soera Rana – De karavane
Gedicht: Michel van der Plas – School der liefde
School der liefde Woorden van geluk zijn moeilijk, ze zijn klank, wartaal, aaas en jijs en toedan, alles of niets. Het lekken van vuur; een gordijn in de wind. Ze zijn eigenlijk maar ballast. Want we zeggen geluk niet, we doen het. Dieren hebben alleen maar hun lichamen; snuiven, stampvoeten, hoeden warmte met warmte. Het leeft en trilt, het heeft geen namen. … [Lees meer...] overGedicht: Michel van der Plas – School der liefde
Gedicht: Delphine Lecompte – Abracadabra in zijn slaap
Uit Western, de nieuwe bundel van Delphine Lecompte. Abracadabra in zijn slaap Een man verleidt mij met een woordspeling Hij is een pas ontslagen kraanmachinist We nemen de bus naar de badstad waar ik leerde vechten Vechten, tellen, stelen, lezen, schrijven, goochelen, turnen De andere buspassagiers zijn jong en keurig. Ik haat keurigheid in jonge mensen Ik haat … [Lees meer...] overGedicht: Delphine Lecompte – Abracadabra in zijn slaap
Gedicht: Rudie van Lier – Twee gedichten
Perpetuum mobile Zoo wordt elk woord dat ik beweeg Beweging, die beweging wekt; Het valt terug tot 't in mijzelf, In jou, in u beweging wekt. Bewegende, bewegende Beweging, tot ik mij weer beweeg, Terwijl mijn hand die meeuw gelijkt, Wanneer ze op het watervlak Met hare witte pennen strijkt Beweging zwart op wit verkrijgt. … [Lees meer...] overGedicht: Rudie van Lier – Twee gedichten
Gedicht: Willem de Mérode – Oud en dwaas
Oud en dwaas Ik had een afspraak, en in roode zijde En schoon gewasschen trad ik voor den spiegel, Ik schrok en toornig trapte ik op het glas. Ik zag: mijn haar was grijs en dor geworden. Mijn oogen waren als het groezlig water, Vlak op den bodem van een diepen put. Ik zag 't gebarsten leder van mijn wangen, En zeide: niemand zal mijn weeke lippen Meer kussen tot … [Lees meer...] overGedicht: Willem de Mérode – Oud en dwaas
Gedicht: Sybren Polet – De oude natuur – de nieuwe natuur
De oude natuur - de nieuwe natuur Let op: je ligt met je hand in de wond van een wetenschappelijk landschap. Wie weet ontdek je zo de vrolijke natuurwetenschap: toekomend lichaam, karakter van cultuur, één- cellig en ingeboren, ìk erfde het niet. Opnieuw opgroeiend in bomen, boomwortels als hagedissen, in eenvoudige betekenissen, bedenken wij de tekens, de eerste: de … [Lees meer...] overGedicht: Sybren Polet – De oude natuur – de nieuwe natuur
Gedicht: Willem Kloos – O, ’t guitje in uw ziel is een oolijk guitje
O, 't guitje in uw ziel is een oolijk guitje, En danst soms in kleed van sleepend fluweel, Met sierlijk beweeg, maar fiertjes de keel In 't strotje rondend tot een bruusk geluidje, Waar 'k zoet van schrik, tot ik roep : „O, wat muit je, Mijn Lief, toch zoo, of lief-welige veel, Midden in diep-harmonieus gespeel, Pots op ging kaboutren als hoog-klaar fluitje?" … [Lees meer...] overGedicht: Willem Kloos – O, ’t guitje in uw ziel is een oolijk guitje
Gedicht: Prudens van Duyse – Vroeger en nu
Vroeger en nu Die vroeger zeide, of schreef, of prenten liet, Wat ieder dacht, die dacht, werd, zonder sagen, Na kort proces, het paste hem of niet, Gehangen of verbrand, of doodgeslagen. Men leeft nu slimmer met zoo'n stouten gast, Men laat hem zonder brood of broodambt loopen, Verduikt zijn schrift, waar niemand tegen bast, En laat hem met den dood zijn moed … [Lees meer...] overGedicht: Prudens van Duyse – Vroeger en nu
Gedicht: A. van Collem – Twee gedichten
Bloemen, sterren, grassen en de zon Bloemen, sterren, grassen en de zon Nemen voortaan het bedoelen over Van de kleine mensen op de aarde. Want de werelden die in hen zijn Moeten wachten op het mensenwoord Dat hun zeggen zal waarom zij werden Bloemen, sterren, grassen, en de zon. uit: Nieuwe Liederen der Gemeenschap (1920) … [Lees meer...] overGedicht: A. van Collem – Twee gedichten
Gedicht: Simon Vinkenoog – Strafrecht
Strafrecht Strafrecht, vroeg ik, wat is strafrecht? wie deelt het recht op straf uit en brengt het recht terecht? Wat is straf? Wie deelt de mens als buit? Een gestrekte draf, de wind die een moordenaar vindt of een hond die tegen zijn schaduw blaft? De mens is goed, hij rijdt in de regen langs zand en bloed, en rookt een natte sigaret. … [Lees meer...] overGedicht: Simon Vinkenoog – Strafrecht
Gedicht: Hans Verhagen – Momentum
• Onlangs verschenen: Alle gedichten van P.C. Hooftprijswinnaar Hans Verhagen, met daarin al zijn gedichten tot nu toe. Momentum Geen honderdste seconde krediet hebben ze ons gegeven nadat we toch de waarheid in transparante regels hadden weergegeven als een plastic kinderspeeltje van plusminus 12 cent dat door de veelkantigheid en equilibrium permanent tot in de … [Lees meer...] overGedicht: Hans Verhagen – Momentum
Gedicht: Jan van Nijlen – Augustusavond
Augustusavond Nu valt de wind, nu gaan de wolken rusten en de avondlucht is blauwer dan de dag, alles bereidt zich tot den onbewusten staat die geneest van alle leed en lach Wij naderen de lang begeerde kusten die onze droom jaren en jaren zag: straks is weer ’t hart gevangen in het rag der verre jeugd en weegt het zwaar van lusten … [Lees meer...] overGedicht: Jan van Nijlen – Augustusavond
Gedicht: Gust Gils – Biografie
Biografie gerateerde eenzaat ik ben te zeer vertroebadoerd sprak hij zijn omgangstaal beperkte zich gaandeweg tot een steeds beknopter sisteem van abrupte tekens voor hemzelf verstaanbaar – als kleurstoffen lang geleden … [Lees meer...] overGedicht: Gust Gils – Biografie
Gedicht: N.J. Storm van ‘s-Gravesande – De waarheid & De sterveling
De waarheid De waarheid is een brood, slechts goed voor scherpe tanden; Een spijs, die aan den disch liefst elk voorbij laat gaan; Een boek, dat menig slechts gedwongen neemt in handen; Een bruid, waarnaast geen mensch als bruigom graag wil staan. … [Lees meer...] overGedicht: N.J. Storm van ‘s-Gravesande – De waarheid & De sterveling
Gedicht: Raymond Herreman – Vrouw en kind
Vrouw en kind Ik met mijn pijp, die zachtjes paft; de wake van een hond, die blaft; op straat een snelle stap, die keert naar wat men zonder angst begeert of men het leven haat of mint: de vrouw die wacht, en 't slapend kind; ik met mijn pijp en stillen lach om 't loonend einde van den dag, die, was hij luide en kommervol gelijk een stroom die dreigend zwol, toch … [Lees meer...] overGedicht: Raymond Herreman – Vrouw en kind
Gedicht: Paul Snoek – Een mergpijp
Een mergpijp Het was de goedgeefse regen buigzaam als een buideldier, die het kleilichaam streelde van de hond van vanmorgen. Toen de goochelaars van vannacht het mengelwerk van de huizen achterlieten in het achterland, waar orgelmergpijpen speelden straalmagere koudmuziek uit de tijd der weduwen. … [Lees meer...] overGedicht: Paul Snoek – Een mergpijp
Gedicht: C.B. Vaandrager – Cyclus in de verleden tijd
Cyclus in de verleden tijd Ik kwam gek uit de hoek. Ik struikelde over mijn woorden. Ik zei maar wat. Ik wist niet wat ik moest zeggen. Ik zei niks. Ik sloot me aan bij de vorige spreker. Ik had kapsies. Ik was onzakelijk. Ik had geen geld. … [Lees meer...] overGedicht: C.B. Vaandrager – Cyclus in de verleden tijd
Gedicht: Kim Pauwels – Marthe
• Onderstaand gedicht komt uit Tweelingstrijd, de debuutbundel van Kim Pauwels, uit de afdeling 'Verf', met gedichten over schilderkunst. Marthe (naar Pierre Bonnard) Haar lichaam stroomt verf zoals fonteinen water. Hij heeft haar afgeschilderd met niets omhanden, tenzij het sop om te omarmen. … [Lees meer...] overGedicht: Kim Pauwels – Marthe
Gedicht: Mea Strand – Schreeuwde …
Schreeuwde ... Er was werkelijk een vogel in die grijze holte, naast de ijzeren lineaal van snelverkeersweg, waarover wij razend achter onze lichten aan. Als luchtalarm, erger nog, schreeuwde de vogel naast het open raam, maar ik verstond het niet. Een zwart, liggend paard, sprong weg en ik begreep het niet. Ik werd bang en nu hoor ik het weer en ik weet het … [Lees meer...] overGedicht: Mea Strand – Schreeuwde …
Gedicht: Willy Roggeman – Dertien blijvende meisjes van het denken
Dertien blijvende meisjes van het denken zodra de vloed der gedachten verbeent en droes en droevig weeft het waanbeeld zich zodra langs de liggende water- winden het bloed beu ingeslapen is om te weten waarheen één waar woord gevonden wordt voorbij de lentevrouw aan het venster die wij vroeger verdriet hebben genoemd … [Lees meer...] overGedicht: Willy Roggeman – Dertien blijvende meisjes van het denken