Door Peter J.I. Flaton In het kennismakingsartikel over de dichter Gery Helderenberg (Neerlandistiek van 11 juli jl.) vermeldde ik, dat hij zich zowel liet inspireren door het (bijbelse) Jeruzalem als door het pagaan-klassieke erfgoed van Athene. Ter illustratie van het eerste besprak ik het gedicht “De vis”. Laat me daar bij wijze van toegift “Lier” uit de … [Lees meer...] overGery Helderenbergs Lier: een toegift
Zoekresultaten voor: peter flaton
‘Vis voor altijd’: Gery Helderenberg, een kennismaking
Door Peter J.I. Flaton Een aristocratisch dichterschap, zo typeert Rudolf Van De Perre dat van Helderenberg (dichternaam van Hubert Buyle, 18-01-1891- 09-12-1979) in “De geestelijk-literaire nalatenschap van Gery Helderenberg”, in: Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Academie voor Nederlandse letterkunde (nieuwe reeks), 1991, 27-42. Een aanwijzing daarvoor is, … [Lees meer...] over‘Vis voor altijd’: Gery Helderenberg, een kennismaking
ik tracht op poëtische wijze: Luceberts school der poëzie
Door Peter J.I,. Flaton Aldus de eerste regel van het 2e gedicht in de 2e afdeling van Luceberts in 1952 verschenen debuut: Apocrief/De analphabetische naam. Daarmee is de toon gezet: die van een versinterne expliciet verwoorde poëtica waarin de dichter (immers) zijn visie op de taak van de schrijver en de functie van de literatuur onder woorden brengt: “ik tracht op … [Lees meer...] overik tracht op poëtische wijze: Luceberts school der poëzie
P.C. Boutens’ Emmaüs: een tussenspel
Door Peter J.I. Flaton Druk in de weer met zijn vertalingen van Homerus’ Odyssee (in 1937 verschenen) en Ilias (waarvan Boek I in 1939 het licht zag; Boutens kreeg er uiteindelijk 14 af die werden gepubliceerd in deel VII van de Verzamelde werken in 1954), werkte hij ‘nebenbei’, zo is de suggestie, aan wat zijn laatste dichtbundel zou worden: Tusschenspelen … [Lees meer...] overP.C. Boutens’ Emmaüs: een tussenspel
Zie! de dag komt aan: P.C. Boutens’ In de sluis
Door Peter J.I. Flaton In de na zijn dood gepubliceerde reeks essays, eerder afzonderlijk verschenen in Ons Erfdeel, getiteld Dichters die nog maar namen lijken (Amsterdam, 2003) portretteert A.L. Sötemann onder anderen P.C. Boutens: in het interbellum als meesterdichter gevierd door bv. Victor E. van Vriesland (die trouwens goed bevriend met hem was), Martinus Nijhoff en … [Lees meer...] overZie! de dag komt aan: P.C. Boutens’ In de sluis
Zoetgevooisde vinders: Henry Wadsforth Longfellow en Guido Gezelle
Door Peter J.I. Flaton Toen Longfellow in 1868 in audiëntie ontvangen werd door koningin Victoria, merkte die tot haar verbazing dat haar personeel op gepaste afstand samendromde om een glimp van de dichter op te vangen: al die kamermeisjes en lakeien bleken zijn werk te kennen: ‘Such poets wear a crown that is imperishable’, noteerde ze (hier en in wat volgt, laat ik me … [Lees meer...] overZoetgevooisde vinders: Henry Wadsforth Longfellow en Guido Gezelle