Er was eens een prins, hij had een oogje op me. Het mocht alleen niet wederzijds zijn van hem. Als hij nu vraagt wat ik voel zeg ik dat onze lichamen bij elkaar passen. Hoe? Hij speelt de archeoloog door mijn botten op te graven. Een voor een houdt hij ze omhoog maar niet één goede vondst. Ik leg vervolgens mijn oor tegen zijn borstkas alsof het een kluis is waar … [Lees meer...] overGedicht: Dewi de Nijs Bik • Er was eens
gedichten
Gedicht: Jacob van Lennep • Gij vergt mij, dat ik zingen zal
• Gister 150 jaar geleden overleed Jacob van Lennep. Het onderstaande gedicht is nooit ter publicatie bedoeld geweest. Gij vergt mij, dat ik zingen zal, Dat heb ik nooit geleerd : Mijn keel is schor en ik wat mal; Maar als je 't toch begeert, Welaan, zoo luistert naar mijn lied; Maar 't zingen is mijn ambacht niet, En zoo je dit niet aan en staat, Loopt dan waar 't … [Lees meer...] overGedicht: Jacob van Lennep • Gij vergt mij, dat ik zingen zal
Gedicht: Jacob van Lennep • Aan een roosje
• Vandaag 150 jaar geleden overleed Jacob van Lennep. 'Aan een roosje' werd bij zijn leven niet gepubliceerd. Aan een roosje Zachtgekleurde lentebloesem, Die Selindes borstjes kust, Die zoo mollig op haar boezem Tusschen donzen peulen rust! Aartig roosje, versch ondoken*, ware uw zalig lot het mijn’, Lag ik ook zoo neergedoken Tusschen 't dubbel halssatijn, 'k Lei … [Lees meer...] overGedicht: Jacob van Lennep • Aan een roosje
Gedicht: William D. Kuik • Voor Walter
Voor Walter Eigenlijk houd ik van de winter, Mitty als het ijs gemeen blauw ziet, de wind een feestneus maakt. Dan ben ik Kazan de Wolfshond, ik snuif de geur op van dunne repen gebakken spek, half blind strompel ik door de hoge sneeuw naar de hut, O, joker. Maar het was dit jaar een kwakkel. Veel, veel regen, soep in een lauw kommetje. Dat heeft natuurlijk … [Lees meer...] overGedicht: William D. Kuik • Voor Walter
Gedicht: G.A. Bredero • Sonnet
Vandaag is het 400 jaar geleden dat Bredero overleed, en daarom is 2018 Bredero-jaar. Zie Bredero2018.nl. Sonnet Ick twijfel, lieve Lief, wat my eerst mocht vercrachten* De schoonheyt van u Ziel of van u rijpe* Jeucht, Of u verlicht verstant, of u volmaakte Deucht, Of wat ick sal voor 't Eelst van dese dingen achten. O soete straffe strijt!* o stribblighe* … [Lees meer...] overGedicht: G.A. Bredero • Sonnet
Gedicht: Jan Arends • Ik ben een arme man
Ik ben een arme man en ik verdien mijn dagelijks brood in schande. Ik haal dat is mij opgedragen met emmers water uit de regenput en voel mij schuldig omdat ik modder op de bodem zie. En zo begint de dag nog voor het kwaad ontwaakt is. … [Lees meer...] overGedicht: Jan Arends • Ik ben een arme man
Gedicht: Moya De Feyter • In een poging de krantenkoppen te halen
Uit Tot iemand eindelijk, de debuutbundel van Moya De Feyter. In een poging de krantenkoppen te halen de mooi oud geworden man trekt zijn broek op alsof het een staatszaak is, zegt dat ik niet bang moet zijn want de dagen komen een per een, zelfs als een stoel een tafel wordt zal dat langzaam gaan en wie zich te jong vindt voor het leven is al te oud om er niet mee … [Lees meer...] overGedicht: Moya De Feyter • In een poging de krantenkoppen te halen
Gedicht: Ana Roelofs • #234
[Transcriptie onderaan] Op deze snikhete plastic planeet vallen onderhuids de hardste klappen goedbetaalde konijnen verdoezelen de heilige geestverschijningen van de verrukkelijke doodsreutel van het bittere eind zoals altijd broeit er wrok tussen de monsters en in de ongeneukte kip moet ‘n pimmel en iedereen moet knus meedoen met de evolutie uw stampvolle … [Lees meer...] overGedicht: Ana Roelofs • #234
Gedicht: Gerrit Achterberg • Heelal
Heelal Mijn geest gaat met een bonzend hart over de dagen, want ergens wordt haar naam bewaard en haar lichaam is daar ook bij en het verhaal, slapende, van ons, aan haar zij. Slapende zonder medelij en zonder onrust in de armen der eeuwigheid nu haar voleinding openligt naar alle zijden. Gerrit Achterberg … [Lees meer...] overGedicht: Gerrit Achterberg • Heelal
Gedicht: Gerrit Achterberg • Herboren
Herboren Ik ben geheel terug gekeerd. Mijn lijf is nergens bezig. Ik ben een open morgen. Zoo lig ik bij het klokgetik koel in 't heelal. Zooals een leven, pasgeboren, uitligt. Alleen het uur deelt bloed en adem mede aan het staren naar oogen, die nog sterren waren in een vorig uur. Gerrit Achterberg … [Lees meer...] overGedicht: Gerrit Achterberg • Herboren
Gedicht: Karel van den Oever • Het open luik
Het open luik Het harde, houten luik is dicht; en daar achter is de dag met zijn parel-gouden licht; daarachter de boomen, de bergen, de wereld, de wind, de menschheid: man, vrouw en het fijne kind; daarachter de zon, daarachter de maan, daarachter de zilveren sterren; … [Lees meer...] overGedicht: Karel van den Oever • Het open luik
Gedicht: Willy Chanson • De dievenwagen
• De dievenwagen is geschreven door Willy Chanson, eigenlijk Willem Munnik (1884-1942), de helft van de gebroeders Chanson, vooral populair door hun act als het komisch duo Mie en Ko, een soort voorloper van Snip en Snap. Munnik schreef tientallen liedjes en tussen de lachsalvo's door was er dan plotseling, in 1924, De dievenwagen, waar tot op de dag van vandaag menig traantje … [Lees meer...] overGedicht: Willy Chanson • De dievenwagen
Gedicht: Gerda Blees • Drie vrouwen
Uit Dwaallichten, de debuutbundel van Gerda Blees. Drie vrouwen Drie vrouwen kennen elkaar langer wel dan niet. De eerste woont in een grijze stad, de tweede in een groene en de derde in een gele. Een van de drie leeft voor muziek terwijl de andere twee liever met een man onder de dekens naar voorbijrijdende auto’s luisteren. Van die twee is er een de weg kwijt … [Lees meer...] overGedicht: Gerda Blees • Drie vrouwen
Gedicht: Jan van Nijlen • De cactus
De cactus Kaal staat hij voor de blankheid der gordijnen, Verschrompeld in wat kiezel en wat zand En mist zijn ziel: het alverschroeiend schijnen Der eeuwge zomers van zijn vaderland. Maar aan het einde van zijn lijdzaam dulden, Spruit op een lichten morgen, als een vlam Van 't heet verlangen dat hem gansch vervulde, Een bloem van heimwee uit zijn dorren … [Lees meer...] overGedicht: Jan van Nijlen • De cactus
Gedicht: Jan van Nijlen • De reseda
De reseda Geen Hokousaï, geen Vermeer, Zelfs niet de vlammendste Vincent, Verteedert en ontroert mij meer Dan, met zijn bloembak van cement, De kamer, blauw en brons gekleurd, Waar, naast roos en petunia, De onoogelijke reseda, Onzichtbaar haast, standvastig geurt Als vroeger, als voor vijftig jaar. Hier, naar het lichaam en den geest, Is liefde werklijkheid … [Lees meer...] overGedicht: Jan van Nijlen • De reseda
Gedicht: Lode Krinkels • Sonnet
Lode Krinkels was toneelcriticus en journalist. Het internet laat weinig over hem los, maar hij schreef Een bundeltje oorlogsliederen na de inval van het Duitse leger in België, begin augustus 1914. Sonnet Gij, duitsche praalhans, schoftige Imperator, Wat schuilt gij achter benden moordenaren, Op welker daden huivrend volkren staren... Gij, van die roovers waardige … [Lees meer...] overGedicht: Lode Krinkels • Sonnet
Gedicht: Gerrit Kamphuis – Amsterdam
Amsterdam In 't natte asfalt van de straten Spieglen slierten witte lichten, flits en schaduw - De lucht is dun en glinstrend: Een groene sluier, Waarin millioenen fonkelingen suizen. En 'k zie mijzelf, een vreemdeling, hier in dit lichaam loopen Tusschen de velen, in wier oogen glanzen Hunkering en vrees en drift en dood - Weer ben ik uren lang den weg … [Lees meer...] overGedicht: Gerrit Kamphuis – Amsterdam
Gedicht: Jan Wolkers • De zomer kan me gestolen worden
De zomer kan me gestolen worden I De zomer kan me gestolen worden. Fris groen verschrompelt zinderend tot as. Mijn vader die vurig gelooft Dat God zijn goudreinetten stooft In zonlicht van miljarden jaren oud. De larf vreet zich tot worm des verderfs, Begeerlijk vruchtvlees roest tot op het bot, Het klokhuis wordt een tongewelf van smet. De ledigheid van liggen in … [Lees meer...] overGedicht: Jan Wolkers • De zomer kan me gestolen worden
Gedicht: Anthonie Donker • Het zieke meisje
Het zieke meisje Zij sloot haar ogen voor de wrede zon en Ontvoer volkomen de aanwezigheid Der anderen. Zij heeft zich diep bezonnen, Zij was alleen geweest ten allen tijd. Achter haar warme oogleden begonnen De fluisteringen van de eeuwigheid. Waarom was zij niet eerder overwonnen En van haar liefde en haar smart bevrijd? - Toen zij haar ogen eind'lijk … [Lees meer...] overGedicht: Anthonie Donker • Het zieke meisje
Gedicht: Elly de Waard • Ochtend in de tuin
Ochtend in de tuin Ochtend in de tuin, mijn ogen tranen van het opstaan Naar het mooie dat ik zien wil moet ik haast raden Het is maar klein verdriet dat meekomt, kleine tegenslagen Misschien van gisteren pas of enkele dagen … [Lees meer...] overGedicht: Elly de Waard • Ochtend in de tuin
Gedicht: Richter Roegholt • Amsterdam
Amsterdam Wanneer je denkt hoe het vroeger was de kleine orgelman in Casablanca - je ziet hem nu nog wel op straat - smeet de jofele meiden door de dancing het was de tijd dat Kid Dynamite nog leefde die alles kon op trompet en sax aan de drum zat een neger met een gouden bril zo ernstig we noemden hem de deftige sprinkhaan dat was 1950 dat was de muziek voordat de … [Lees meer...] overGedicht: Richter Roegholt • Amsterdam
Gedicht: Richter Roegholt • Wittenburg / Amsterdam
Wittenburg / Amsterdam In het huis dat geen stroom heeft kan je geen grammofoon draaien je hoort muziek van Mozart speelt er iemand van jullie fluit het is de draadomroep want die is wel hier in huis het meisje draait aan de knop maar voor ze het heeft gevonden klinkt de trompet van een jazzplaat het zijn maar een paar noten je wil dat ze het vasthoudt de trompet … [Lees meer...] overGedicht: Richter Roegholt • Wittenburg / Amsterdam
Gedicht: Boudewijn Büch • Boekenlust
Boekenlust I de dood in duizend delen ik bewoon haar wanden ga voor hen uit stelen en leef met duizend onderpanden voor steen betaal ik weliswaar de huur balken, kranen en het woongemak, maar houd hier beter agentuur in letterkundig onderdak dit is een sterfhuis van papier - want aanstonds komt de dief & antiquaar die maakt catalogus en goede sier met … [Lees meer...] overGedicht: Boudewijn Büch • Boekenlust
Gedicht: Hein Boeken • Café chantant
Café chantant (II) En onder 't zuivergele gaslicht blozen Blanke arme' en halze' en glanst het gouden haar, En kruise' of spreiden zich in rozen hozen De fijne slanke beenen paar naast paar. De blouse' omsluite' in velerhande posen De lichamen die groeiden jaar en jaar, Tot schoot en boezem konden voede' en kozen Wat in haar groei' met pijn en lijfsgevaar. En … [Lees meer...] overGedicht: Hein Boeken • Café chantant
Gedicht: Jan Emmens • Formule voor haar
Formule voor haar Media voor mijn voorstellingsvermogen, werden mijn daden door haar doen onthuld als kleine muggen, microscopisch omgelogen en door mijn jeugddromen goedkoop verguld. En ik, een denneboom vol onbenulligheden, mijzelf bekijkend, zelfgenoegzaam als de ster die bovenop stond en angstvallig werd aanbeden, werd rustig afgetuigd en raakte ver van het … [Lees meer...] overGedicht: Jan Emmens • Formule voor haar