Toen na veel zwervens... Toen, na veel zwervens op een donkre baan, raapte ik, wat nog aan kracht me bleef, te gader: ‘Hij woont toch hier, Hij, die zich noemt mijn Vader?’ - en 'k ben den klopper op zijn poort gaan slaan. En luistrend bleef ik lang te wachten staan, en luider sloeg ik, immer kwaad en kwader; soms hoorde ik iets als kwamen stappen nader, maar 't was … [Lees meer...] overGedicht: Urbain Van de Voorde – Toen na veel zwervens…
gedichten
Gedicht: G.J. Resink – Djangir
Djangir Zij dansen. Duizend dromen in één nacht. De dromen van een licht bewogen leven: Hoe men lief kan hebben; hoe men best zacht Mag zijn, maar niet half-zacht; hoe men zich geven Moet, maar nooit helemaal; hoe men wel beven Kan van ontroering, doch, op vorm bedacht, De hartstocht door een gouden huid moet zeven Tot zweetglans, oogopslag en pradadracht. … [Lees meer...] overGedicht: G.J. Resink – Djangir
Gedicht: Wanda Koopman — Zooals de dotterbloem
Zooals de dotterbloem Hart in het bosch van de nacht Is bij een vijver gebracht Zag in de donkere poel Schijnsel van gouden bloem Schijnsel van gouden bloem Dof als een dotterbloem Schaduw die schaduw neemt Jij die in leven bleef … [Lees meer...] overGedicht: Wanda Koopman — Zooals de dotterbloem
Gedicht: I.K. Bonset – 9 x B
9 × B 1 De bomen zijn de benen van het landschap. B. 2 De mens is goed, wanneer hij er geen belang bij heeft slecht te zijn. Hij is slecht wanneer het niet in zijn belang is goed te zijn. B. 3 De antimakassar is de graadmeter onzer cultuur, het sentimentalisme, de speen. B. 4 Ziet ge? B. 5 Ten einde raad bracht ik … [Lees meer...] overGedicht: I.K. Bonset – 9 x B
Gedicht: Petra Kottman – Bot
Bot Ik heb het koud. Jij doet er alles aan om mij weer warm te maken. Je masseert mijn voeten. Veel te zacht, want je bezeert toch niet mijn harde bot, van vlees ontdaan: beenderen voelen niet. Ik zie het aan, je goedbedoelend strelen. Is 't verkeerd als ik vertel: ik heb allang geleerd dat niemand helpt, dat kou scherp blijft bestaan? … [Lees meer...] overGedicht: Petra Kottman – Bot
Gedicht: Willem ten Berge – Liftboy
Liftboy De deur viel schokkend uit de wand: en op de drempel van zijn sombre kooi stond de liftboy klein en kinderlijk mooi - zwijgend kwam ik bij hem staan, de motor zette zwoegend aan - … [Lees meer...] overGedicht: Willem ten Berge – Liftboy
Gedicht: Nora Gomringer – De H. Apollonia indachtig / Vandaag was ik bij de tandarts
• De Duitse Nora Gomringer is een van de dichters op Poetry 2018. De H. Apollonia indachtig / Vandaag was ik bij de tandarts Wagenwijd open lag ik daar, een grote wond mijn mond. Blijk van feest en overvloed. Mijn oogleden stijf van borende pijn, mijn handen knepen elkaar als gekken, zochten houvast tegen beter weten in. Vaardig, zwijgzaam, maakte de reus van … [Lees meer...] overGedicht: Nora Gomringer – De H. Apollonia indachtig / Vandaag was ik bij de tandarts
Gedicht: Christian Bök – Arken en dierentuinen
• De Canadees Christian Bök is een van de dichters op Poetry 2018. Arken en dierentuinen herbergen nu wat nog rest van onze refreinen. Welke poëzie kunnen we ons voorstellen als poëzie zelf uitgestorven is? Moeten we haar zoeken in het roet van onze verbrande boeken? Moeten we haar ontcijferen uit de vertrapte koolzaadweiden bij Barbury Castle? Moeten we haar achterhalen … [Lees meer...] overGedicht: Christian Bök – Arken en dierentuinen
Gedicht: Albert Verwey – Er zijn er, die van ’t Leven eischen durven
Er zijn er, die van 't Leven eischen durven, Zoo of ze er, vóor den koop, 'n kontrakt meê sloten: Het Leven mag hun geen blaauw oogje stooten Voor 'n grapje, of 't heeft het glad bij hen verkurven. Zij vliegen 't aan: zij wouden 't bij de lurven Nemen en mores leeren: zij begrooten Daaglijks hun klachten, of hun geene ontschoten: 't Leven is zot! leit in hun mond … [Lees meer...] overGedicht: Albert Verwey – Er zijn er, die van ’t Leven eischen durven
Gedicht: Hein Boeken – 31 mei ’33
31 mei '33 Weer is voorbij der nachtegalen maand, Der meerelen, die van het leven zingen Toch in hun tongval tot beseffen dwingen Dat niets van al dit schoone is stille-staand, Dat alles is in gauwen gang vergaand. En bij het zien van al Mei's lieve dingen Was het mij niet of heen mijn krachten gingen? Heb 'k niet dees Mei mijn laatste maand gewaand? … [Lees meer...] overGedicht: Hein Boeken – 31 mei ’33
Gedicht: Henk van der Waal – Liefdesgemoed
Uit Door alle honderd harten wit te kalken, de nieuwe bundel van Henk van der Waal. Liefdesgemoed Niets ten nadele van de kraai, de ransuil of de ekster, maar soms grijpt hun kreet je naar de keel en word je somber als hun herhaalde krassende gekrijs je duidelijk maakt dat geen geluid hen los kan koppelen van hun gevederd lijf jij produceert eenzelfde grijze … [Lees meer...] overGedicht: Henk van der Waal – Liefdesgemoed
Gedicht: Jacob Israël de Haan – De jonge vogel
De jonge vogel Ik sliep niet meer: een jonge vogel floot, Mijn hart doordringend, en ontwakend zag Ik 't kalme kleuren van den klaren dag En vagen van het verre morgenrood. Wijl sterren bleekten zilverzacht en bleeker, Blies warme wind de morgennevels over, Luid juichend zong en hoog en klaar en zeker De jonge vogel in het wiegend loover. … [Lees meer...] overGedicht: Jacob Israël de Haan – De jonge vogel
Gedicht: Saul van Messel – Presumptief & Jodenhoek
presumptief een onvermoede dageraad had plotseling mijn droom gestaakt ik droomde dat ik sterven ging maar was uiteindelijk ontwaakt of droom ik nu dat ik nog leef terwijl ik stervend dromen bleef mij niet bewust van vroeg of laat in onvermoede dageraad … [Lees meer...] overGedicht: Saul van Messel – Presumptief & Jodenhoek
Gedicht: Hélène Swarth – Sanskriet?
Sanskriet? Mijn ziel is een gesloten boek; ik geef Aan wie 't mij vraagt zoo licht den sleutel niet. De tijd is ver, toen 'k mij verleiden liet Tot zoet vertrouwen, waar ik thans voor beef: Toen ik dien sleutel leende voor een lied, Een lieven brief, dien meisje of knaap mij schreef, Een traan, die warm in droomende oogen dreef.... Wat baatte 't hun? - Zij kenden … [Lees meer...] overGedicht: Hélène Swarth – Sanskriet?
Gedicht: Margot Vos – Wie de pijnen mijdt…
• Margot Vos was een socialistische dichteres. Wie de pijnen mijdt... Wie de pijnen mijdt zal niet de liefde kennen; Waak op, blinde vrind, en verman uw vrees! Als een reiger zet uit met gestrekte pennen; Aan de levenswaat'ren uw ziel genees! Hadt ge licht noch leider? Zijn de wilde vogels Van het groot verlangen langs u heen gegaan? Hebt ge neergezeten in het … [Lees meer...] overGedicht: Margot Vos – Wie de pijnen mijdt…
Gedicht: Dean Bowen – .roest
• Dean Bowen is een van de vier genomineerden voor de C. Buddingh'-debuutprijs. .roest Littekens roesten niet; het leek een kleine traditie, hoe wij elkaar verdichtten tot trofeeën. Sokkels uit binaire algoritmen op- getrokken, er is te veel wat breken kan. … [Lees meer...] overGedicht: Dean Bowen – .roest
Gedicht: Radna Fabias – adam spoelt aan
• Radna Fabias is een van de vier genomineerden voor de C. Buddingh'-debuutprijs. adam spoelt aan op zondagochtend op het kerkplein in de stad – het is herfst er ligt blad het toeval is van overheidswege afgeschaft – ik raap hem op ik dep hem droog ik houd hem om hem om hem heen schrijf ik een zin waarin zijn knapzak past … [Lees meer...] overGedicht: Radna Fabias – adam spoelt aan
Gedicht: Elisabeth Tonnard – Ik vaar in een boot
• Elisabeth Tonnard is een van de vier genomineerden voor de C. Buddingh'-debuutprijs. Ik vaar in een boot alleen op het water. Er kabbelen golfjes, er is nauwelijks wind. Geen wolken. De zon zeilt neer, hemel en water zijn velden van zon. In de verte een kerf minimalistisch, … [Lees meer...] overGedicht: Elisabeth Tonnard – Ik vaar in een boot
Gedicht: Arno Van Vlierberghe – De methode (iv)
• Arno Van Vlierberghe is een van de vier genomineerden voor de C. Buddingh'-debuutprijs. De methode iv. Hoe vinden we elkaar? Neem een vorm aan, en wijk ervan af. Grijp een toeschouwer, en vermaak de afstand als ondenkbaar. Spuw een streep op straat, en maak het veilige ridicuul. Bots op de nuance, alle nuances, drijf ze op de klippen. … [Lees meer...] overGedicht: Arno Van Vlierberghe – De methode (iv)
Gedicht: Annie M.G. Schmidt – Aan een klein meisje
• Vandaag is het de sterfdag van Annie M.G. Schmidt. Aan een klein meisje Dit is het land, waar grote mensen wonen. Je hoeft er nog niet in: het is er boos. Er zijn geen feeën meer, er zijn hormonen, en altijd is er weer wat anders loos. En in dit land zijn alle avonturen hetzelfde, van een man en van een vrouw. En achter elke muur zijn an'dre muren en nooit een … [Lees meer...] overGedicht: Annie M.G. Schmidt – Aan een klein meisje
Gedicht: Annie M.G. Schmidt – Op een mooie pinksterdag
• Vandaag is het de verjaardag van Annie M.G. Schmidt. • Oeruitvoering 'Op een mooie pinksterdag' Op een mooie Pinksterdag Op een mooie Pinksterdag Als het even kon Liep ik met mijn dochter aan het handje in het parrekie Te kuieren in de zon Gingen madeliefjes plukken Eendjes voeren Eindeloos Kijk nou toch, je jurk wordt nat Je handjes vuil En papa boos … [Lees meer...] overGedicht: Annie M.G. Schmidt – Op een mooie pinksterdag
Gedicht: Hendrik Marsman – Paul Robeson zingt
Paul Robeson zingt (vier stemmen en de stem van Christus) mijn hart is zwart mijn hart is rood mijn hart is hard mijn hart is dood maar ieder hart... mijn hart is dood! maar ieder hart... mijn hart is rood... maar ieder hart 't zij hard of … [Lees meer...] overGedicht: Hendrik Marsman – Paul Robeson zingt
Gedicht: Annemarie Estor – Global Underground
Uit Niemandslandnacht. Een crime poem, de nieuwe bundel van Annemarie Estor. Global Underground Ik ben gegaan. Voorbij de Villersstraat, voorbij de Verbrande Brug Noord. Ergens hoorde ik tatoeëerders tatoeëren. Ik zag een man met een zonnebril in een nachtclub. Ik zag een man een mond vol witte vlokken kotsen. Ik zag de pestmeesters. Ik zag pijnlijke vrouwen op … [Lees meer...] overGedicht: Annemarie Estor – Global Underground
Gedicht: Jaap Harten – De koffergrammofoon uit de hongerwinter
De koffergrammofoon uit de hongerwinter was het enige wapen dat ik had tegen het calvinisme van mijn inwonende tante die ouderwets zat te treuren of bladerde in haar krakende bijbel om ons jongens te troosten met een stichtelijk woord. Zij las: ‘Niets hebbende, alles bezittende’ (2 Cor. 6:10) en gluurde ondertussen naar de stamppot die mijn moeder van bieten had … [Lees meer...] overGedicht: Jaap Harten – De koffergrammofoon uit de hongerwinter
Gedicht: C. Buddingh’ – Top Naeff
Top Naeff Top Naeff* was mijn beroemdste stadgenote. Maar wat ze schreef, vond Du Perron maar niks. En ik dus ook. Pas in de oorlog kwam ik via mijn verzen toch met haar in contact. Misschien wel onze laatste ‘grande dame’. Zo af en toe vroeg ze mij op de thee. En toen 'k ziek thuis lag kwam ze mij opzoeken en bracht dan vaak een pakje boter mee. … [Lees meer...] overGedicht: C. Buddingh’ – Top Naeff