Gelukkig voor u kunt u tot aswoensdag doorwerken en toch in Oeteldonk zijn: door de tweets te volgen van Driek Pakaon, Boer Knillis en Hendrien. Gisteren berichtte de BBC dat nieuwe media bedreigde talen kunnen redden. Dat geldt zeker ook voor het Oeteldonks, een dialect met een wonderlijke geschiedenis.
Meer dan in andere carnavalssteden is carnaval in Den Bosch een groot rollenspel: de stad verandert voor een paar dagen in een dorp (‘Oeteldonk’) waar de meeste inwoners spelen dat ze boeren zijn en er verder een groot aantal vaste rollen worden vervuld door allerlei plaatsgenoten.
Parodie
Net als veel Nederlandse feesten heeft het carnaval in Den Bosch in de negentiende eeuw zijn huidige vorm heeft gekregen. Zoals Sinterklaas met een stoomboot komt — een typisch vervoermiddel van hondervijftig jaar geleden — zo kent Oeteldonk een groot aantal functionarissen die verwijzen naar die tijd en die zich negentiende-eeuws kleden: een prins met een steek en een soort smoking, natuurlijk, maar ook een burgemeester (‘Peer vaan den Muggenheuvel’).
Zowel de prins als de burgemeester hebben een gevolg, met een heldere verdeling in taalgebruik: de prins en zijn gevolg spreken standaard-Nederlands, de burgemeester en de zijnen spreken Oeteldonks. Dat laatste is traditioneel een parodie op Meierijse dialecten uit de buurt met woorden die het moderne Bosch’ helemaal niet meer kent (durske voor ‘meisje’). De verdeling in taal verwijst natuurlijk ook naar de negentiende-eeuwse situatie toen de elite Nederlands sprak en het volk dialect.
Twitter-Oeteldonks
Sommige van de traditionele Oeteldonkse rollen twitteren de laatste jaren. Het prominentst zijn de drie die ik hierboven noemde: Driek Pakaon, de ‘veldwachter’, Hendrien, de ‘huishoudster van Peer’ en Boer Knillis, de archetypische boer en ‘stichter van Oeteldonk’ voor wie op de Markt tijdens carnaval een beeld is opgericht. Dat levert een schat aan nieuw Oeteldonks op:
– Dè vein ik nou zo’n fraoi gezicht,mense die smèrregus bij ut deurbreke van ut daglicht,meej unnen rôôdwitgele das om naor dur wèrruk sjeeze! (Driek Pakaon; rood-wit-geel zijn de kleuren van Oeteldonk)
– Tis bekant zo ver. Nao 4 jaor hard werken eindelijk unne vrije dag. Laot de boere mar dorsen. Ik zie oe merrege. Kus, kus, kus. (Hendrien)
– We zien dan wèl niks, ut klinkt vergimmes gezellig zô om ons héne. We kenne nie wachte om oe allemaol wir in oe ugskes te kijken 🙂 (Knillis)
Er gaat af en toe wat mis (kenne zeggen in plaats van kunnen is eerder Hollands dan kenmerkend voor het dialect van de Meierij) maar alles bij elkaar biedt Twitter een fascinerende nieuwe verzameling van carnavalstaal. En ook wat er mis gaat is interessant: je ziet overal de standaardtaal en de in heel Nederland gebruikelijke ‘fouten’ erdoorheen schemeren, je merkt dat het dialect niet van nature komt, dat de carnavalsvierders er hun best voor moeten doen.
Het dialect krijgt in onze samenleving toch al steeds meer de rol van dit soort Twitter-Oeteldonks. Het is niet langer de taal van alledag — dat is de standaardtaal —, maar het is een manier waarop je tijdens carnaval of op andere dagen even kunt laten zien waar je vandaan komt door niet jaar te schrijven, maar jaor, niet een maar unne vrije dag. Het dialect wordt een taalkundige rood-wit-gele das, iets wat je omslaat als je naar de optocht gaat kijken om te laten zien dat je meedoet. Ook buiten het carnavalsseizoen gebruiken mensen dat soort merktekenen in sms’jes en op Twitter.
Agge me zuukt veur aswoensdag, kunde me veinde op Twitter.
Anoniem zegt
het woord durske wordt in venlo-blerick nog steeds gebruikt, vlgs mij
Anoniem zegt
Den preins van Oeteldonk droagt hillemoal gin steek!!!
Lampy
Ingmar Roerdinkholder zegt
"Kenne" voor kunnen is mij ook bekend uit Eindhoven en omgeving, bv. "da ken hendig" dat kan makkelijk (zo zijn). Misschien is het stadstaal.
Anoniem zegt
Inderdaad, een steek bij Amadeiro. Ammehoela. Twee dingen gebeuren niet in Oeteldonk. Een prins met een steek en Alaaf roepen. De eerste wordt met pek en veren afgevoerd wanneer hij zo'n ding opzet en op het schreeuwen van Alaaf staat levenslange verbanning. Polonaise is ook al iets waar we in Oeteldonk van gruwen.