Wetsteksten zeggen veel over het functioneren van een samenleving. Wat wordt gezien als een zwaar misdrijf, en hoe worden misdrijven bestraft? Recente toevoegingen aan het Oudnederlands Woordenboek van het INL werpen nieuw licht op straffen in de middeleeuwen.
De Oudnederlandse woorden uit de Salische Wet zijn vanaf vandaag op te zoeken in het Oudnederlands Woordenboek van het INL. De woordenschat van Lex Salica is bewerkt door Prof. dr. A. Quak in samenwerking met het INL . De geciteerde wetsteksten zijn daarbij allemaal voorzien van een vertaling.
Het INL bestudeert de Nederlandse taal en werkt aan een zo volledig mogelijke beschrijving van de woordenschat. Daarnaast beheert en onderhoudt het INL digitale taalmaterialen en stelt die via de TST-Centrale beschikbaar.
Lex Salica
Voor de middeleeuwen (500-1200) vinden we die informatie terug in de Lex Salica. Dit is de Salische Wet, die van toepassing was in het westelijke Frankische rijk. De wet was in het Latijn opgesteld, maar is overgeleverd met vertalingen van de belangrijkste Oudnederlandse woorden in de marge. Zo komen we te weten dat hārfrit ‘schedelwond’ betekende, en vigge ‘big’ en dat misdrijven vrijwel allemaal bestraft werden met boetes. Het stelen van een dienstmeisje (smala) kwam op een boete te staan van 15 schellingen, terwijl het stelen van iemands fokstier (*(*hēmhēto) ) bestraft werd met een boete van 45 schellingen. Tenzij de stier van de koning was, dan betaalde je het dubbele.
Laat een reactie achter