Wordt het Nederlands bedreigd door het Engels? Er zijn weinig tekenen die er concreet op wijzen, maar tegelijkertijd wordt de kwestie ook niet onderzocht. We maken onmiskenbaar een interessante tijd mee, met een internationale taal die langzaam maar zeker een steeds steviger positie inneemt in sommige deelgebieden van het leven. Dat gebeurt nagenoeg onopgemerkt, in ieder geval door de wetenschap. Je zou misschien denken dat zo’n interessante en ingrijpende gebeurtenis heel precies in kaart wordt gebracht, maar dat is in het geheel niet het geval.
Neem de ’topsectoren’, de negen gebieden waarop het Nederlandse bedrijfsleven volgens de overheid excelleert en waar dus meer geld in gestoken wordt — vooral ook veel geld dat bedoeld is voor wetenschappelijk onderzoek. Dit zijn de officiële namen van die topsectoren:
- Agrofood
- Creatieve industrie
- Energie
- Tuinbouw en uitgangsmaterialen
- Life sciences & Health
- Water
- High tech
- Logistiek
- Chemie
Het is een merkwaardig allegaartje van Nederlands en Engels. Waarom Agrofood geen natuurlijk voedsel of agrovoedsel heet, of chemie geen chemistry wordt nergens duidelijk gemaakt. (Alleen waarom water water heet, is duidelijk.) Je kunt je toch niet voorstellen dat de laatste een minder internationaal karakter heeft dan de ander.
Het is verleidelijk om in zo’n geval te denken dat de hoeveelheid Engels recht evenredig is met de hoeveelheid onzin (hoe onduidelijker de topsector, des te meer Engels), maar ook dat zie ik in dit geval niet in. Bovendien zijn ook de teksten van door- en door-Nederlandse sectoren als ‘Tuinbouw en uitgangsmaterialen’ over het algemeen niet te volgen (uitgangsmaterialen?).
De topsector Tuinbouw en uitgangsmaterialen omvat alle plantaardige ketens in het tuinbouwcomplex en voor wat betreft de uitgangsmaterialen, het totale plantaardige agrocomplex.
Het zou interessant zijn om dit tot op de bodem uit te zoeken. Duidelijk is in ieder geval dat tekstschrijven voor de regering geen topsector is. Engelse termen en Nederlandse zijn onder die omstandigheden waarschijnlijk lukraak gekozen, er is niemand geweest die er over heeft nagedacht.
We maken een taalkundige aardverschuiving bij (ten goede of ten kwade, dat doet er niet toe) zonder dat iemand het merkt.
Anoniem zegt
Het Nederlands wordt wel degelijk bedreigd door het Engels. Een goed voorbeeld is de universiteit. Een groot deel van de masteropleidingen is in het Engels. Bijna alle studieboeken zijn in het Engels. Ik vind het wel erg gemakkelijk om je er van af te maken door te zeggen dat er weinig tekenen zijn die er concreet opwijzen.
Waarom dit niet wordt onderzocht? Een goede vraag. Wat doen al die taalkundigen in Nederland toch? Ik ben bang dat dit onderwerp niet politiek correct is. Het ruikt naar verdediging van je eigen cultuur en dat mag beslist niet van onze zelf benoemde "elite". Nee, een Nederlandse taalkundige houdt zich bezig met de klankverschuiving van de letter a in de eerste helft van een woord in de Gelderse Achterhoek in de tweede helft van de 19e eeuw bij landarbeiders. Dat is lekker wroeten en je wordt er (door de belastingbetaler)nog voor betaald ook.
Wat die topsectoren betreft. agrofood vertalen met natuurlijk voedsel lijkt mij niet juist. Ik denk dat hier bedoeld wordt voedeselproductie. Belangrijker is de vraag waarom toch dat allegaartje van Nederlands en Engels. Het bedrijfsleven is uitgenodigd om mee te doen. Elke sector komt dus met een voorstel en de bij de sector horende kromtaal. Dan komt de vraag waarom die kromtaal. Het antwoord is eenvoudig. De mensen die deze kromtaal bezigen, zijn opgevoed in een tijdperk van cultuurrelativisme. De eigen taal en cultuur is niet belangrijk. Sterker nog: de eigen taal en cultuur moeten verdwijnen, want ze worden gezien als een struikelblok voor de persoonlijke en zakelijke expansie. Daarom die honger naar Engels. Het opmerkelijke is dat de academische "elite" vooroploopt bij dit cultuurrelativisme.
C. Heeres
Marc van Oostendorp zegt
Ik zou weleens wat concrete voorbeelden willen zien van (a) door de belastingbetaler betaald onderzoek naar klankverschuiving bij de 'letter' a, (b) enigerlei mondelinge of schriftelijke uitspraak van iemand die zegt dat het verboden is om de opkomst van het Engels te onderzoeken of dat 'de eigen taal en cultuur niet belangrijk' zijn. Het is u misschien ontgaan, maar dit is een elektronisch tijdschrift voor de neerlandistiek, dat dus vooral wordt geschreven door mensen die het onderwerp kennelijk belangrijk genoeg vinden.
In plaats van zo te tieren op een onzichtbare vijand (de elite), zou u uw tijd ook productiever kunnen gebruiken, bijvoorbeeld door te gaan zoeken naar feitelijke aanwijzingen voor uw standpunt. Geef ons bijvoorbeeld eens een concreet voorbeeld van iemand die heeft gezegd of geschreven: "de eigen taal en cultuur moeten verdwijnen, want ze worden gezien als een struikelblok voor de persoonlijke en zakelijke expansie." Ik heb echt nog nooit iemand ontmoet, in de academische wereld noch in het bedrijfsleven, die een dergelijke potsierlijke mening was toegedaan (nog afgezien van het feit dat het erg onzorgvuldig zou zijn om in zo'n geval van 'cultuurrelativisme' te spreken). Maar ik ben erg benieuwd naar uw voorbeelden.
Anoniem zegt
Uw reactie is nogal defensief. U gaat niet in op de inhoud. U vraagt alleen om voorbeelden. Ik wil u er op wijzen dat alle onderzoek door de belastingbetaler wordt mogelijk gemaakt. Op dat punt hoef ik dus geen voorbeelden te geven. De titels van proefschriften zeggen mij vaak al genoeg. Het is vaak van een enorm gedetailleerd gehalte. Mijn vraag is dan wat het maatschappelijk nut is van al dit onderzoek. Volgens mij is dat een terechte vraag.
U zegt het zelf al. Het is heel vreemd dat er nog geen onderzoek is gedaan naar de verengelsing van Nederland. Het onbreken van onderzoek op dit gebied kunt u niet zomaar naast u neerleggen. Dat heeft een oorzaak. Als u een betere verklaring hebt dan ik, dan hoor ik die graag.
Voorbeelden? De hele multiculturele stroming is daar het beste bewijs van. Weg met ons! En verder: zo erg is het nog niet dat iemand in een bepaalde functie beweert dat het Nederlands moet verdwijnen, maar er zijn genoeg mensen die beweren dat ze het helemaal niet erg vinden als het Nederlands op den duur verdwijnt. Dat is een natuurlijke ontwikkeling, zeggen ze. Bovendien kom ik privé wel degelijk regelmatig mensen tegen die beweren dat de eigen taal een struikelblok is.
Het heeft echter niet veel zin om op dit micro-niveau de discussie te voeren. Het gaat om structuurveranderingen. Als u die niet wilt zien, dan houdt het op.
C. Heeres
Marc van Oostendorp zegt
Onderzoekers houden juist van 'dit microniveau': als ik het goed zie, is dat hetgene dat u irriteert, zowel in de titels van proefschriften, als nu in deze discussie.
In zekere zin begint u die discussie ook met de verkeerde, want ik heb nu juist wel af en toe wat wetenschappelijk werk gepubliceerd over en onderzoek gedaan naar de opkomst van het Engels. Ook dat onderzoek ging over specifieke aspecten en de uitkomsten ervan waren u misschien te genuanceerd.
Mijn overtuiging is dat juist een discussie op het 'macroniveau' dat u ambieert moeilijk te voeren is: het wordt dan snel een welles-nietes-spelletje. Pas als we concreet samen de echte details in kaart brengen, kunnen we beginnen begrijpen wat er aan de hand is. (Zie ook mijn stukje van vandaag: http://nederl.blogspot.com/2012/04/pools-als-geheimtaal.html)