Langzaam zijn de dialecten aan het verpolderen. Dat blijkt uit de rap die hierboven staat: het Poldernederlands heeft ook nu ook minstens één stadsplat bereikt.
Dit jaar onderzoekt het Tilburgse Stadsmuseum de ’taal van Tilburg’. Er gebeurt blijkens het weblog van het project al van alles. Zo gaat iemand bijhouden wat er allemaal in het Tilburgs getwitterd wordt, en is er een pagina met gedigitaliseerde oude dialectopnamen (en er komt nog meer). Verder is er de speciale rap gemaakt die ik hierboven heb geplaatst.
Het Poldernederlands is een variëteit van het Nederlands waarvan de meest in het oor springende eigenschap is dat de tweeklank ei/ij wordt uitgesproken als aaj. Op de website van Jan Stroop (de naamgever van het Poldernederlands) kunt u er allerlei voorbeelden van beluisteren.
Blijkens de tekst van de rap rijmt Hier kom ik tot rust, ik adem vrij voor jonge Tilburgers op In de stad maar saai.
In het traditionele Tilburgs was dat anders. In de oude opnamen waarnaar ik hierboven een link geef kun je dat nog horen: de ei-klank klonk er veel meer als een langgerekte èè, zoals in het woord gêne, zoals de ui en de au klonken als ùù en àà. Ook die laatste twee zijn in deze rap vervangen door Poldernederlandse versies.
Jan Stroop dacht zo’n tien jaar geleden nog dat het Poldernederlands de standaardtaal zou vervangen. Uit dit voorbeeld blijkt: het wordt net zo goed dialect.
Ingmar Roerdinkholder zegt
Volgens mij spraken Tilburgers die Nederlands (proberen te) praten de ij/ei, ui en au toch ook nooit uit zoals in hun dialect, dus ää, öö, åå? Toen ik in Brabant woonde (eind jaren tachtig tot begin jaren nul) viel mij al op dat mensen met een Tilburgs accent in het Nederlands dingen als kaike, zaike, aüt en vraauw zeiden. Dit in tegenstelling tot Eindhovenaren, mijn toenmalige stadsgenoten. Studenten uit Tilburg zeiden dat ze Eindhovenaren een Limburgs accent vonden hebben, want die zeiden iets keeike, euit, vrow.