Door Marc van Oostendorp
Waarom zou een mens dialecten bestuderen? Waarom je werkzame leven besteden aan het vastleggen en beschouwen van de talloze gedaanten die het Nederlands kan aannemen? Er zijn oneindig veel onderwerpen op de wereld waaraan je aandachtige studie kunt wijden. Waarom dan de dialecten gekozen?
De komende week verschijnt een gigantisch boek waarin Nederlandse, Vlaamse en een paar buitenlandse deskundigen een overzicht geven over zo’n beetje alles wat je zou willen weten over de Nederlandse dialecten: van de zinsbouw in het Brabants en de manier waarop je Nederlandse dialecten kunt groeperen tot en met variatie in de gebarentaal en het Nederlands in Amerika, en zo nog enkele tientallen onderwerpen. Dat boek, Language and Space: Dutch, onder redactie van Johan Taeldeman uit Gent en Frans Hinskens van het Meertens Instituut in Amsterdam, wordt aanstaande vrijdag in Amsterdam gepresenteerd en woensdag over een week in Gent.
Ik heb het de afgelopen week helemaal gelezen en als ik me al niet als dialectoloog zag, was ik er subiet een geworden.
Ik ga het boek hier niet bespreken – ik heb zelf vijf hoofdstukken geschreven en hoewel dat slechts een fractie is van wat er in dat boek staat, ontneemt het me ieder recht op de pretentie van onpartijdigheid. Bovendien mag ik Johan en Frans allebei veel te graag.
Ik ga het boek hier niet bespreken – ik heb zelf vijf hoofdstukken geschreven en hoewel dat slechts een fractie is van wat er in dat boek staat, ontneemt het me ieder recht op de pretentie van onpartijdigheid. Bovendien mag ik Johan en Frans allebei veel te graag.
Nee, ik ga iets anders doen: de komende week zal ik voorbeelden geven uit dit boek die u alleen maar kunnen concluderen dat u op het verkeerde pad bent als u zich ook niet op zijn minst een beetje als dialectoloog beschouwt, al is het dan maar als amateur. (We kunnen niet allemaal zo boffen dat we een baan vinden op het Meertens Instituut.) Dat u eigenlijk uw leven aan het vergooien bent wanneer u doorgaat met het schrijven van reclameteksten, het ontwikkelen van een nieuw medicijn tegen wanhoop of het metselen van een muurtje zonder dat u ooit een dialectologisch artikel leest.
De belangrijkste reden is misschien dat je ontdekt dat de menselijke mogelijkheden eindeloos zijn. Dat geldt voor de dialecten zelf: door ze te bestuderen kom je erachter hoe rijk de mogelijkheden zijn. Of het nu gaat om de uitspraak van het woord paard, of om het woord voor paardebloem, of om de volgorde waarin de werkwoorden staan in ‘ik denk dat zij de kinderen hebben leren zwemmen’, of om duizenden andere kleine dingen: het blijkt allemaal net een beetje anders te kunnen.
Die eindeloze variatie wordt bovendien inmiddels weerspiegeld in de manieren waarop dialecten bestudeerd worden. Of je het nu leuk vindt om mensen te interviewen, of om akoestische signalen te meten; om grote gegevensbestanden met de computer de analyseren of theoretische modellen te bedenken; je data te betrekken van Whatsp-berichten of het bejaardentehuis op Ameland; je kunt het allemaal doen als je dialecten bestudeerd.
Kortom, wanneer u per se uw miezerige leventje wil blijven leiden, mijd Neder-L de komende week dan. En koop anders alvast een opschrijfboekje en wat stevige kaplaarzen om door de polder te banjeren.
Laat een reactie achter