door Marieke Winkler
Voor uw lichamelijke verkoudheid
een schone zakdoek
Voor uw geestelijke verkoudheid
DE SCHONE ZAKDOEK
(motto uit De Schone Zakdoek, nr.3)
Het tijdschrift De Schone Zakdoek waart als een mythe door de Nederlandse literatuurgeschiedenis. Niet alleen omdat De Schone Zakdoek het enige Nederlandse surrealistische tijdschrift was, maar ook, of eigenlijk vooral, omdat een nummer van het tijdschrift schaars goed was. Het verscheen namelijk tussen 1941 en 1944 in de bijzondere oplage van één exemplaar.
De keuze voor de minimale oplage was een manier van de oprichters Gertrude Pape en Theo van Baaren om de tijdens de bezetting ingestelde censuur te omzeilen: doordat het verscheen in één exemplaar kon het simpelweg niet als officiële publicatie genoteerd worden. De Schone Zakdoek ontweek daarmee de verplichte registratie bij de Kultuurkamer, het door de bezetters ingestelde controle-instituut. De oplage van één exemplaar bracht echter nog een ander, inhoudelijk voordeel met zich mee. Het werd namelijk mogelijk om uniek beeldmateriaal zoals handgemaakte collages, foto’s en tekeningen op te nemen. Ondanks de beperkte omstandigheden en middelen konden Pape en Van Baaren op deze manier een zeer gevarieerd, fullcolourtijdschrift aanbieden, waarbij woord en beeld naast elkaar op de pagina stonden.
Gedurende het driejarige bestaan van het tijdschrift hebben bijna veertig verschillende mensen meegewerkt. De belangrijkste medewerkers die ook na de oorlog nog zouden publiceren, naast de harde kern van Van Baaren en Pape, waren: dichter Ad den Besten, dichter-schrijver C. Buddingh’, dichter-tekenaar Chris J. van Geel, dichter-schrijver L. Th. Lehmann en schrijver-fotograaf-filmmaker E. van Moerkerken (pseudoniem Eric Terduyn).
De enige exemplaren liggen tot de dag van vandaag veilig opgeborgen in de klimaatkasten van het Letterkundig Museum.
Begin jaren ’50 had Cees Buddingh’, oud-medewerker van het tijdschrift, het plan opgevat om een bloemlezing van De Schone Zakdoek uit te brengen. Het bleef echter bij een plan. Het lukte hem niet de financiën niet te rondkrijgen. “En misschien is dat ook maar het beste,” schrijft hij later in Buddingh’ van A tot Z. Ontmoetingen met Nederlandse en Vlaamse letterkundigen (1990), “legenden moet je niet tot werkelijkheid proberen te maken. Er zijn er al zo weinig.”
In 1981 kon een breder publiek uiteindelijk toch een indruk krijgen van het tijdschrift. In dit jaar verscheen een bescheiden zwart-wit bloemlezing uit de verschillende jaargangen van de hand van oprichter Theo van Baaren. De bloemlezing was een dankbetuiging aan de literaire vrienden van Van Baren en Pape die tijdens de oorlog samenkwamen en die het maken van De Schone Zakdoek mogelijk maakten.
Afgelopen zaterdag werd in de Nicolaikerk te Utrecht nummer 36/37 van De Schone Zakdoek gepresenteerd. Maar liefst zeventig jaar na dato geven vijfentwintig (voornamelijk Utrechtse) tekenaars een eerbetoon aan het uniekste tijdschrift uit de Nederlandse literatuur. Zij deden dat op een manier die recht wilde doen aan het kleurige en veelzijdige materiaal dat ieder nummer van De Schone Zakdoek rijk was, namelijk door het maken van een extra nummer. Jawel, in één exemplaar. Dit ene exemplaar is inmiddels ook weer onderweg naar een klimaatkast in het Letterkundig Museum, maar niet voordat het volledig gedigitaliseerd werd. U kunt het nieuwe nummer van De Schone Zakdoek bekijken op de weblog: http://schonezakdoek.blogspot.nl
Kijkt u vooral ook eens naar de eerdere stukken die verschenen op deze weblog waaronder foto’s van de omslagen van De Schone Zakdoek uit de eerste twee jaren, collages van Theo van Baren, tekeningen van Gertrude Pape en één van de zeer jonge Gerdi Wagenaar, dochter van de kunstenaar Willy Wagenaar.
Mocht u geïnteresseerd zijn geraakt in dit unieke tijdschrift en meer willen zien: op het moment loopt in het centraal museum de expositie ‘ Surreële Werelden’ waarin tevens aandacht wordt besteed aan De Schone Zakdoek.
Marieke Winkler deed voor haar MA-scriptieonderzoek naar woord en beeld interacties in De Schone Zakdoek. Daarnaast verscheen van haar hand het artikel ‘Authenticiteit of creatieve recycling? Over een heruitgave van het ondergrondse tijdschrift De Schone Zakdoek’ verschenen in Trends en thema’s in de editiewetenschap. Peter de Bruijn, Edward Vanhoutte & Bert van Raemdonck (red.) Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, Verslagen en mededelingen 2009, p.217 e.v.
Laat een reactie achter