(…) we waren immers vies en vuiluit protest tegen het onrecht hier en daar en
vooral ver van bed in andere landen zodat we
konden boycotten want dat was immers politiek correct (…)[1]
Reden voor die terugtrekking was de komst van de Deense cartoonist Kurt Westergaard, die al jaren hoog op de dodenlijst van Al Qaida staat. Verbazing alom, want PEN Nederland staat sinds jaar en dag vóór de bescherming van het vrije woord. Een dag eerder had de organisatie nog de toekenning van de prijs voor de vrijheid van expressie aan het Franse weekblad Charlie Hebdo, door het PEN American Center, onderschreven.
Manon Uphoff, voorzitter van Pen Nederland verdedigde de terugtrekking als volgt: “Er werd buiten ons om besloten Westergaard uit te nodigen. We wilden betrokken worden bij de beveiliging.[2]
De verbazing steeg verder, doordat Uphoff deze uitlatingen deed in een NRC-interview dat gemaakt werd door … een PEN-lid.[3] En die verbazing bleef maar rijzen, toen Uphoff een week later verklaarde: “Als een schrijver uit Bahrein in één zin genoemd kan worden met Kurt Westergaard is dat vrijwel zeker een doodvonnis.”[4]
Noch is de verbazingsclimax bereikt – de wijze waarop het PEN-bestuur over haar programmaonderdeel communiceerde, wekte bij velen de indruk dat de vervolgde auteurs lijfelijk in De Balie aanwezig zouden zijn. Niets is minder waar: Nederlandse auteurs zouden uit brieven van vervolgde auteurs voorlezen.
Bij al deze stijgende verbazing steeg natuurlijk ook de media-aandacht. Waardoor het PEN-bestuur nog verder in paniek geraakte. Op 11 mei verklaarde het:
“De afgelopen week is er veel commotie geweest rond PEN Nederland. (…) Interviews werden gegeven aan Nieuwsuur (uitgezonden op 2 mei, van de twintig minuten uitleg werd maar een fractie getoond).”
Dat Nieuwsuur (om het modern te zeggen: de media) de schuld in de schoenen geschoven kreeg verbaasde de al verbaasde burger nóg meer. Want het PEN-bestuur was er in een miraculeus een-twee-drietje met het NRC Handelsblad, De Volkskrant en diverse regionale kranten in geslaagd de beeldvorming over het gebeurde om te draaien. Niet het bestuur viel iets te verwijten, maar de serieuze critici (vijf in getal).
Die werden door PEN-lid en gazettenvuller Tommy Wieringa afgeserveerd als ‘het monster van de publieke opinie’.[5] PEN-bestuurslid en Volkskrantcolumnist Aleid Truijens smaalde: “Door af te geven op het laffe PEN Nederland staan de critici vanzelf aan de goede kant, ook degenen die zich nooit openlijk druk hebben gemaakt om vervolgde schrijvers. Het zij zo.”[6] PEN-lid en NRC– journalist Toef Jaeger over criticus Elly de Waard: “[Ze] wist niet hoe snel ze haar lidmaatschap na dit weekend moest opzeggen.”[7] En Manon Uphoff uitte zich denigrerend over Maartje Duin, het enige bestuurslid dat uit protest tegen PEN’s distantiëring van Westergaard uit het bestuur was gestapt: “Misschien heeft ze in de organisatorische hitte de broosheid van haar project een tikje uit het oog verloren.”[8]
Deze gerichte spin & damage control-campagne verbaast mij nog het meest. Want in het PEN Charter, dat elk PEN-lid geacht wordt na te leven, staat: “Leden beloven te strijden tegen de uitwassen van een vrije pers, zoals leugenachtige publicaties, opzettelijke vervalsing en verdraaiing van feiten voor politieke of persoonlijke doeleinden.”
Omdat in het Charter ook staat dat elk lid zich verplicht ’te strijden tegen elke vorm van onderdrukking van de vrijheid van meningsuiting in het land en de maatschappij waartoe zij behoren’ is in mij de grootst mogelijke verbazing ontstaan over het bestuur van PEN Nederland.
Dat bestuur heeft tot op de dag van vandaag geen enkel zinnig argument aangevoerd voor de terugtrekking uit het Festival van het Vrije Woord, waarmee het zich in daad van Kurt Westergaard gedistantieerd heeft. Het heeft daarentegen een rookgordijn van schijnargumenten en verdachtmakingen gecreëerd.
De enige logische verklaring die ik kan verzinnen is dat de bestuursleden het in de aanloop naar 2 mei spaans benauwd kregen en daarom kozen voor het hazenpad. Dat is heel menselijk, want niemand (nou ja, op een handvol kamikaze-idioten na) staat te popelen om zich te laten opblazen. Maar zeg dat dan, wees eerlijk en benoem de angst. Want alleen daardoor kan tegen de angst en tegen dat wat de angst veroorzaakt, gestreden worden.
Juist dat niet oprecht zijn van het PEN-bestuur brengt me tot de in verbazing tot stand gekomen mening dat de huidige bestuurders van PEN Nederland per direct moeten aftreden. Ik heb gezegd.
[1] Uit het gedicht ‘Jong waren we’. In: Bart FM Droog, Benzine, Passage, 2000. 3de druk DBNL, 2014.
http://www.dbnl.org/tekst/droo001benz01_01/droo001benz01_01_0004.php
[2] Toef Jaeger. ‘Vrije woord? Niet over andermans rug. Schrijversdebat’. Interview met Manon Uphoff. NRC Handelsblad, 05-05-2015.
[3] idem
[4] Manon Uphoff.Nieuwsbrief PEN Nederland, 11-05-2015.
Een kopie van dit artikel staat op https://www.facebook.com/pennederland , d.d. 09-05-2015.
[6] Aleid Truijens. ‘In De Balie gebeurde geen ongeluk goddank. De Volkskrant, 09-05-2015.
[7] Toef Jaeger. NRC Handelsblad, 05-05-2015.
[8] Manon Uphoff, geciteerd in ‘Schrijvers, angst en principes’. De Volkskrant, 04-05-2015.
Laat een reactie achter