In de gebiedende wijs laten we het onderwerp meestal weg, maar niet altijd, schrijft Hans Bennis in zijn boek Korterlands (net verschenen, met veel plezier gelezen). Voorbeeld: de zin Doe jij eens niet zo raar is even correct als Doe eens niet zo raar. Bennis noemt dat op bladzijde 144, in het kader van een hele redenering. Ik ruk het hier even uit zijn verband omdat het me aan het denken zette – dat doet Korterlands wel vaker.
Beide zinnen kloppen natuurlijk, maar het verraste me dat de schrijver in beide een gebiedende wijs ziet. Het feit dat doe qua vorm overeenkomt met een gebiedende wijs, met de stam van het werkwoord dus, bewijst op zich niets. In Doe jij dat graag? en Daarom doe jij dat graag ziet het werkwoord er ook uit als een gebiedende wijs, zonder het te zijn.
Toch denk ik dat Bennis gelijk heeft, en wel op grond van het enige Nederlandse werkwoord met een (gangbare) gebiedende wijs die niet hetzelfde is als de persoonsvorm gevolgd door jij, te weten zijn. Wees jij eens niet zo eigenwijs klinkt me grammaticaler in de oren dan Ben jij eens niet zo eigenwijs.
De Algemene Nederlandse Spraakkunst denkt er net zo over, en zo’n product van collectieve deskundigheid spreek ik nog minder graag tegen dan een individuele taalwetenschapper. Als voorbeeld geeft de ANS onder meer Doe jij de deur dicht!
Maar zou je niet een gebiedende wijs meervoud kunnen vormen door, naar analogie met Doe jij…, de tweede persoon meervoud, jullie, te gebruiken? Zeker kan dat: Lachen jullie maar, Zijn jullie nou eens rustig, Laten jullie verdorie die kat met rust.
Inmiddels heb ik, with a little help from my friends, ontdekt dat andere grammatica’s dan de ANS die meervoudsvorm van het type Lachen jullie maar wél kennen. P.C. Paardekooper schreef er in 1963 al over (zie onder 2.4.3.3.1), en de recente Syntax of Dutch eveneens. Beide vermelden trouwens de vorm wezen jullie, die ik hierboven afkeurde; Paardekooper zonder commentaar, de Syntax vindt die vorm zelfs béter dan zijn jullie. Kennelijk zit ik er op dat punt naast.
Dat mijn taalgevoel niet maatgevend is, wist ik al natuurlijk al langer. Dat de ANS me in de steek heeft gelaten, zit me meer dwars. Mijn vaste naslagwerk – daar wil ik als eindredacteur wel van op aan kunnen.
Laat een reactie achter