Verwarwoordenboek Vervolg (6)
Door Jan Renkema
In het Verwarwoordenboek worden zo’n 500 woordparen behandeld met vaak onduidelijke verschillen: afgunst-jaloezie, bloot-naakt, geliefd-populair, plaats-plek, enz. Talrijke lezers hebben woordparen aangedragen met het verzoek om ook die te behandelen. Vandaar deze wekelijkse rubriek.
Mocht u ook een ‘verwarpaar’ behandeld willen zien, plaats dan een reactie onder deze rubriek. Kijkt u dan wel even op de website om te zien of de woorden al zijn opgenomen.
bluts / buts
Er is geen verschil in betekenis.
bluts deuk, kwetsuur
Moet je kijken, zeker door die enorme hagelbui. Allemaal blutsen in mijn auto!
buts deuk, kwetsuur
Wat jammer, die peren. Ik heb ze laten gevallen. Allemaal gebutst.
Een b(l)uts kan een instulping of uitstulping zijn. Zo’n toevoeging van een -l- komt overigens wel vaker voor. Een ‘pleisterplaats’ (bijvoorbeeld een tussenstop voor trekvogels) komt via het Franse ‘paître’ van het Latijnse ‘pascere’ (laten grazen, weiden), een woord zonder -l-. Vroeger schreef men ook ‘peisterplaats’. En ‘plaveien’ deed men in het Middelnederlands met tegels die ‘paveien’ heetten. Waarom die l-toevoeging? Misschien is dat bij buts gebeurd om de betekenis te intensiveren, zoals ook ‘blaffen’ uit ‘baffen’ is ontstaan. Dus na een hagelbui waar halve tennisballen uit de lucht vallen, is het voorstelbaar dat we het hebben over een geblutste auto.
Toch nog even over die -l-. Hoezo intensiveren? Is dat geen verklaring alleen voor dit geval? Nee, die -l- doet wel vaker iets in die richting. Vergelijk eens ‘hinken’ met ‘hinkelen’ en ‘kreuken’ met ‘kreukelen’. Hier zorgt de toevoeging -el- voor het opdelen in kleine partjes. De vorm met -el- is een zogenoemd frequentatief, zoals ‘druppelen’ naast ‘druppen’ en ‘huppelen’ naast ‘huppen’.
Laat een reactie achter