Verwarwoordenboek Vervolg (12)
Door Jan Renkema
In het Verwarwoordenboek worden zo’n 500 woordparen behandeld met vaak onduidelijke verschillen: afgunst-jaloezie, bloot-naakt, geliefd-populair, plaats-plek, enz. Talrijke lezers hebben woordparen aangedragen met het verzoek om ook die te behandelen. Vandaar deze wekelijkse rubriek.
Mocht u ook een ‘verwarpaar’ behandeld willen zien, plaats dan een reactie onder deze rubriek. Kijkt u dan wel even op de website om te zien of de woorden al zijn opgenomen.
beker / mok
De woorden worden vaak door elkaar gebruikt, maar kenners zien (soms) wel verschillen.
beker drinkgerei, vaak smal en hoog, meestal met oor
Ik drink thee liever uit een beker met dubbele wand en oor; dan wordt die niet zo snel koud.
mok drinkgerei, vaak wijd en laag, meestal zonder oor
In China drinkt men thee vaak uit porseleinen mokken, maar dan zijn de hoeveelheden kleiner dan in een beker.
Voor deze twee varianten van een behoorlijke kop (zonder schotel) vindt men op internet vaak dezelfde soorten afbeeldingen. Dus u moet niet gaan mokken wanneer uw gesprekspartner dit onderscheid niet hanteert. Bovendien spreek je ook van een wegwerpbeker als er geen kartonnen ‘aanvatsel’ is bijgeleverd. O ja, ‘mokken’ (een soort klanknabootsend neusophalen) heeft niets met drinkmokken te maken: je laat dan zien dat je boos of verongelijkt bent, maar dat je er niet over wilt praten. Er zijn ook taalgebruikers die vinden dat een mok altijd van porselein moet zijn, maar ook hierover heeft mokken geen zin. Er zijn voldoende plastic mokken in omloop die dan door anderen toch weer bekers genoemd worden. Een mok is doorgaans wel lager en wijder, en ook minder vaak cilindrisch dan een beker, die naar onderen doorgaans meer taps toeloopt.
Beker wordt ook gebruikt in de betekenis ‘wedstrijdbeker’ of bokaal; dat is een grote beker met een voet, en vaak met twee oren, zoals ook bij een kinderbeker. Maar bij een ‘bokaal’ heten die oren dan eerder handvaten of handvatten of handvatsels. En als je mok omdraait, krijg je een woord dat er in betekenis veel op lijkt: kom. Een ‘kom’ is eigenlijk een lagergelegen deel in het landschap of een deel van een bol of holte. De ‘bebouwde kom’ was dus vroeger een lagergelegen deel, en ‘holte’ zien we terug in bijvoorbeeld ‘schouderkom’. Naast ‘bokaal’ bestaat ook nog kelk, naar boven wijder uitlopend. En naast ‘mok’ en ‘kom’ bestaan ook nog kroes (vaak van metaal) en nap (met platte bodem).
Als ik theedrink, kan ik gelukkig alle varianten gebruiken. Ik neem een theebeker als ik mijn thee lang warm wil houden, een theemok als ik ook mijn handen wil warmen. Als ik Chinese thee probeer, dan heb ik van die prachtige porseleinen theekommetjes. Van mijn roestige oude emaillen theekroes heb ik geen afscheid willen nemen, maar voor wandelingen heb ik nu toch zo’n uitschuifbare rubberen theenap in mijn rugzak. En bijzondere losse thee bewaar ik in een fraai versierde theebokaal uit India. Die thee koop ik in een winkel waar je uit kleine plastic theekelkjes vers gezette thee kunt proeven. En voor Engelse thee gebruik ik wedgwood theekopjes. Maar dan leg ik eerst zo’n mooi klein kleedje op tafel, dat tot mijn verrassing ook theenap heet. En zo is taal altijd weer sterker dan welke poging tot onderscheiding dan ook.
Gherardus Havingha zegt
Ik vind een “beker” juist meestal zonder oor en een “mok” met oor.
Maar ja, wie ben ik?
Marten zegt
Ik vind dit maar een lastig paar: kun je wel zeggen dat er een fundamenteel verschil is tussen beker en mok? Volgens mij heeft Labov in een van zijn klassieke studies juist deze objecten genomen om te laten zien dat sommige dingen beter in een categorie passen dan andere.
Daarnaast: voor mij heeft een mok altijd een oor. Ik vraag me af of meer mensen dit hebben. Is het hoe dan ook niet een beter idee om een dergelijke afbakening te baseren op daadwerkelijk taalgebruik of intuïties van mensen?
René zegt
Mee eens. Ik ken zelf inderdaad geen mokken zonder oor, terwijl bekers dan juist weer wel zonder oor kunnen. Voor mijn gevoel is een mok wel steviger uitgevoerd en van dikker materiaal.
Marc van Oostendorp zegt
De beste manier om een te onderzoeken wat het ‘daadwerkelijk taalgebruik’ hier zegt is waarschijnlijk Google Images. Maar zoals Jan Renkema hierboven zegt, geeft dat geen duidelijk beeld.
Juist bij dit soort fijne onderscheidingen is de hier gevolgde methodologie, waarbij een ervaren taalgebruiker heel precies zijn eigen intuïties opschrijft volgens mij een heel goede. Al hoef je het er niet altijd mee eens te zijn; ook voor mij heeft een mok waarschijnlijk altijd een oor, en is dat bij een beker juist minder gebruikelijk.
Wllm Kalb zegt
Thee drink ik het liefst uit een glas (met oor) dan zie je de mooie kleur zo goed.
Jan Renkema zegt
Dank voor de reacties. Ik ga nog wat ‘bekerstudie’ doen om te kijken of ik de tekst moet aanpassen.
Natalie zegt
Ik kom uit België. Voor mij is een beker van plastiek (meestal zonder oor), een mok voor verwaande mensen (die koste wat kost het standaardtaalwoord willen gebruiken, ook al komt dat in België niet voor) en een tas uit porcelein (meestal met oor).